Digitaal 2017: ‘Alleen haalbaar met meer samenwerking’

In 2017 kunnen burgers en bedrijven al hun zaken met de overheid digitaal doen. Voor die tijd moet nog 32 procent van de overheidsproducten en -diensten gedigitaliseerd worden. “We zijn goed op weg, maar als we zo doorgaan, halen we het niet”, waarschuwt programmamanager Anja Lelieveld. Een gezamenlijk pleidooi voor samenwerking. Een verslag uit de iBestuur Congres 2016 Special.

Simone Roos (DG Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk) leidt de discussie over Digitaal 2017.

Van de meest gebruikte overheidsdiensten en producten is 68 procent inmiddels digitaal beschikbaar. De resterende 32 procent moet volgend jaar zijn afgerond. Doet de tachtig/twintig-regel zijn intrede bij de digitalisering van de overheid en kost de laatste twintig (of in dit geval dertig) procent tachtig procent van de tijd? Programmamanager Digitaal 2017 Anja Lelieveld ( BZK) legt de vinger op de zere plek. “Ieder wil nog te veel zijn eigen agenda voeren. Daardoor maken we te weinig tempo, het kost te veel geld en het wordt te ingewikkeld. Die laatste 32 procent kan alleen worden ingeboekt als er veel meer dan nu samengewerkt wordt.” Ze geeft een voorbeeld: “De gemeente Haarlem is onlangs uitgeroepen tot Nederlands meest digitale gemeente. Bereikt door veel en goed jatwerk; het kan dus prima, overheden hoeven het niet allemaal zelf te doen.”

Urgency

Larissa Zegveld: algemeen directeur King/VNG onderstreept het belang van samenwerken. “Gemeenten verschillen niet zoveel. Maar als iedereen het op zijn eigen manier wil doen, ligt het tempo te laag.” Ze is ervan overtuigd dat die tijden echt voorbij zijn. “Ook bij gemeenten is de sense of urgency er. De Digitale Agenda 2020 van de VNG kun je zien als één grote ‘collectiveringsafspraak’, om samen dingen op te pakken. We gaan elkaar meer aanspreken, doen bijvoorbeeld visitaties op informatiebeveiliging. Er lopen ook vier concrete pilots op het gebied van digitale dienstverlening. Als de pilots succesvol zijn, schalen we eerst op naar vijf gemeenten, dan naar dertig en als het allemaal werkt, geldt het voor iedereen.” Ook zijn er initiatieven op het gebied van inkoop, zoals op het geied van telefonie. “We gaan enorm besparen.”

SESSIE:
Digitaal 2017: de implementatie-agenda

  • Simone Roos – DG Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk, Ministerie van BZK
  • Frits Beckerman – Wethouder dienstverlening, gemeente Veenendaal
  • Larissa Zegveld – algemeen directeur King/VNG

De uitdaging ligt niet alleen in verdere digitalisering, maar ook in het verbeteren van de kwaliteit ervan, schreef minister Plasterk eind vorig jaar in de Kamerbrief met de voortgangsrapportage van Digitaal 2017 aan de Tweede Kamer. ‘De toegankelijkheid en gebruiksvriendelijkheid van digitale diensten vergroten de bereidheid van burgers en bedrijven om die diensten ook daadwerkelijk digitaal af te nemen.’
Wethouder Dienstverlening Frits Beckerman (gemeente Veenendaal) gelooft in het centraal stellen van de klant. “Ik hoor het mensen vaak zeggen. Maar, wees heel eerlijk: doen we dat echt? Denk dus steeds na over de vraag: zou je klant willen zijn van je eigen organisatie? Voor een Identiteitsbewijs moet je nog naar de gemeente bij de aanvraag. Maar waarom kan die daarna niet gewoon thuis of op je werk bezorgd worden? We moeten dan wel organiseren dat de bezorger de identiteit kan checken.”

Postkamer

Moderator Simone Roos (DG Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk) vraagt wethouder Beckerman om een goed en een slecht voorbeeld uit de eigen praktijk. “Goed voorbeeld is het digitale burgerpanel, met 500 mensen, waarmee we intensief overleggen over de kwaliteit van website en dienstverlening.” En de minder digitale burger? Voor Beckerman is het niet ingewikkeld. “Als testcase gebruik ik zelf mijn ouders. Ik roep ook vaak mijn collega’s op in hun eigen omgeving naar voorbeelden te zoeken. De buitenwereld is veel dichterbij dan we vaak denken.” Bovendien moét het niet digitaal. “Het blijft en-en-en.” En waar gaat het fout bij de digitale dienstverlening van Veenendaal? “In de postkamer, een belangrijke schakel, want vaak het startpunt van de gemeentelijke dienstverlening. Iedere afdeling heeft nu nog eigen afspraken over de manier waarop de post wordt aangeleverd. Uniformering van poststromen hoort ook bij goede dienstverlening!”

Deadline?

Voor wie dacht dat de digitale overheid vanaf 1 januari volgend jaar helemaal klaar is, heeft het mis. Het hele jaar 2017 doet ook mee in de planning. 31 december 2017 is dus ook nog 2017. “Maakt de datum iets uit?”, vraagt Roos. Beckerman: “Zo’n deadline helpt om samen het gesprek aan te gaan; het geeft een sense of urgency.” Zegveld voegt toe: “Helemaal af is het dan niet. Dat is het overigens ook niet in 2020. We zijn nooit helemaal klaar, dat idee moeten we loslaten.”
Roos haalt de speech van Digicommissaris Bas Eenhoorn aan uit het openingsprogramma van het iBestuur Congres. “De Digicommissaris noemde als lastige punten onder andere het geld en de samenwerking. In hoeverre herkennen jullie dat?” Beckerman: “Hoeveel geld verliezen we door alleen met onszelf bezig te zijn? Ik denk bijvoorbeeld aan de Berichtenbox. Waarom zouden wij als gemeenten dan zelf iets ontwikkelen voor het versturen van onze digitale post? We hoeven niet steeds zelf het wiel uit te vinden.”

Tijdens de sessie Digitaal 2017 werd het filmpje ‘Ervaar het gemak van MijnOverheid’ voor het eerst getoond:

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren