Goede buren en verre vrienden

Beter een goede buur dan een verre vriend, zo luidt het spreekwoord. Maar als het aankomt op afluisteren en spioneren, lijkt het niet zoveel uit te maken. Luistervinken doen ze beiden. Terwijl de Europese regeringsleiders verontwaardigd briesen dat ze worden afgeluisterd door de Amerikaanse geheime dienst, blijkt dat ze elkaar om het hardst afluisteren en bespioneren. Ook de Russen en de Chinezen laten zich niet onbetuigd. Bondgenootschappen en goede diplomatieke betrekkingen tussen bevriende naties lijken er volstrekt niet meer toe te doen.

En intussen heeft de burger het nakijken: wie geen Angela Merkel, François Hollande of Dilma Roussef heet, moet zich laten welgevallen dat al zijn handelingen en contacten worden gadegeslagen en bewaard. De enkele onnozelaar die nog gelooft dat dit allemaal nodig is voor onze veiligheid, en ons beschermt tegen een duistere vijand van buiten, zal toch moeten erkennen dat bijvoorbeeld het afluisteren van het hoofdkantoor van de Europese Commissie in Washington of de Bundestag in Berlijn geen erg waarschijnlijke bijdrage levert aan het voorkomen van aanslagen.
 
En hoe rechtvaardigen ze het afluisteren en intimideren van journalisten, klokkenluiders en advocaten, die tot staatsgevaarlijk worden bestempeld wegens hun kritiek op het beleid en het blootleggen van misdragingen van de overheid? De Britse regering slaat de computers van de Guardian stuk en gebruikt antiterreurwetten om journalisten de mond te snoeren. Terwijl – pakweg – het Iraanse regime kan rekenen op sancties bij dergelijke praktijken, blijft het in Europa oorverdovend stil. Zwarte Piet maakt meer discussie los dan het muilkorven van het hart van onze democratie.
Crime-fighter-in-chief Opstelten vindt het niet nodig een onderzoek in te stellen naar de vermeende inbraak door de NSA in de servers van SWIFT (een bedrijf dat bankgegevens verwerkt) op Nederlands grondgebied. Als een pukkelige tiener zou inbreken op die server, had Opstelten hem vast en zeker voor decennia in de bak geslingerd. Een inbraak door de Chinese regering had tot een diplomatieke rel geleid. Maar als de Amerikanen onze wetten overtreden op ons eigen grondgebied, blijft het stil.
 
Mijn collega’s uit Midden- en Oost-Europese landen reageren sceptisch en bitter: dat in naam van ‘veiligheid’ elke beweging kan worden gadegeslagen hebben ze al eens eerder meegemaakt.
Als het dorpje van Asterix verdedigt het Europees Parlement als laatste nog de grondslagen van de democratie en de rechtsstaat tegen de oprukkende troepen van de supermacht. Het Europees Parlement voert met beperkte middelen een parlementair onderzoek uit naar het massale afluisteren van Europeanen. In oktober eiste het Europees Parlement dat het EU-VS-verdrag over de doorgifte van bankgegevens wordt opgeschort.
 
Is de overheid eigenlijk nog wel de vriend van de burger? Op wie kunnen we rekenen om de wetten te handhaven en onze privacy te beschermen? Wanneer trommelen we buren en vrienden op om in groten getale naar het Malieveld te gaan om onze democratie te verdedigen?

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren