zoeken binnen de website

DLG: alleen intranet is niet genoeg

door: Davied van Berlo | 12 juli 2012

Davied van Berlo

Het beantwoorden van maatschappelijke vraagstukken vraagt steeds vaker om een goede samenwerking tussen overheidsorganisaties, ondernemers en maatschappelijke partijen: samenwerking over overheids- en organisatiegrenzen heen. Aan alleen een intranet heb je dan niet genoeg. Een netwerkorganisatie heeft ook een netwerkomgeving nodig. Dienst Landelijk Gebied koos voor een combinatie van Rijksportaal en Pleio.

De afgelopen jaren heeft er rond gebiedsinrichting in Nederland een grote decentralisatie plaatsgevonden. Door de Wet Investeringsbudget Landelijk Gebied (WILG, 1 januari 2007) kregen provincies al meer zeggenschap en onlangs heeft het kabinet besloten het ILG nog verder te decentraliseren. “Het rijk bemoeit zich de komende jaren niet met de uitvoering van beleid voor de inrichting van het landelijk gebied. Dat is nu aan provincies en hun partners in de gebieden”, constateert de WUR.

Die decentralisatie heeft veel gevolgen gehad voor Dienst Landelijk Gebied. DLG is een agentschap van het ministerie van EL&I en houdt zich bezig met gebiedsinrichting in heel Nederland. Voorheen gebeurde dat in opdracht van het ministerie, maar sinds de invoering van de WILG is die verantwoordelijkheid verspreid over meerdere opdrachtgevers. Als baten-lastendienst werkt DLG nu voor zowel Rijk en provincies als waterschappen en gemeenten. In totaal werken er op dit moment 1100 medewerkers.

Simultaanschaken

DLG schaakt op meerdere borden. Zo bestaat er nog steeds een nauwe band met het ministerie van EL&I, waar bijvoorbeeld het natuurbeleid wordt gemaakt en waarmee wordt samengewerkt op het gebied van bedrijfsvoering (steeds vaker ook in Rijksverband). De uitvoering van projecten geschiedt in samenwerking met provincies en gemeenten, maar ook met andere uitvoeringsorganisaties zoals Rijkswaterstaat en terreinbeheerders zoals Staatsbosbeheer.

Niet alleen overheidsorganisaties zijn een partij bij de herinrichting van gebieden. Gebiedsprojecten raken al gauw de doelen en belangen van meerdere partijen. Zo zitten Natuurmonumenten en provinciale landschappen vaak rond de tafel, evenals natuurorganisaties. Daarnaast worden bewoners en ondernemers in de omgeving steeds nauwer betrokken. Via online en offline participatie worden meningen en kennis van omwonenden verzameld. Opgeteld zorgt dat voor een complex speelveld.

DLG als facilitator van cocreatie

In dat speelveld stelt DLG zich op als verbinder: “Bij de inrichting van gebieden spelen vele partijen een rol, elk met hun eigen belangen. DLG is de spil tussen deze partijen en ziet er op toe dat alle belangen worden meegenomen in het proces.” DLG zorgt ervoor dat de juiste partijen aan tafel zitten en faciliteert de samenwerking en kennisuitwisseling over de grenzen van al deze organisaties heen. Voor DLG is cocreatie de praktijk van alledag.

Voor overheidsorganisaties is dit geen uitzonderlijke situatie. Elke organisatie bevindt zich in een netwerk van verbindingen, een web van samenwerkingsverbanden. Dit is hoe de netwerksamenleving zich manifesteert. Rond elke opdracht ontstaat weer een nieuw netwerk, met collega’s uit de eigen organisatie, ambtenaren van andere overheden en mensen van buiten. Bij elk project ontstaat een nieuw web van cocreatie.

DLG en Pleio 2

Van organisatiegericht naar netwerkgericht

Mede door de nieuwe wet vindt er bij DLG een verschuiving plaats van een hiërarchische uitvoering van projecten naar cocreatie in netwerken. Daardoor vindt ook een verschuiving plaats in de manier van werken: niet de organisatiestructuur staat centraal, maar het project en het gebied. De nadruk ligt niet meer op de samenwerking binnen de organisatie, maar in het netwerk. En dat vraagt om andere voorzieningen.

De ICT-voorzieningen van de meeste organisaties zijn nog gericht op kennisuitwisseling en samenwerking binnen organisaties. De huidige intranetten en ICT-omgevingen sluiten daardoor niet aan op deze nieuwe manier van werken. Cocreatie gaat over organisatiegrenzen heen. Samenwerking rond projecten, onderwerpen, dossiers, etc. vraagt om een ander soort samenwerkplatform. Zo kwam DLG op Pleio terecht.

Pleio en Rijksportaal

Als DLG zijn rol als facilitator van cocreatie in het landelijk gebied goed wil vervullen, dan is een goede informatie-uitwisseling met al die verschillende partijen van cruciaal belang. Voor collega’s van het Rijk is een site aangemaakt op Rijksportaal. Daar presenteert DLG zijn diensten aan de andere ministeries. Daarnaast is in Pleio een intranet ingericht waar de 1100 medewerkers informatie van de organisatie kunnen vinden en met elkaar kennis kunnen uitwisselen.

Maar dat is niet het enige. Pleio biedt ook de mogelijkheid om mensen van buiten te betrekken. Medewerkers kunnen op het DLG-intranet groepen aanmaken en daar hun contacten in uitnodigen. Op die manier ontstaan projectdossiers waar verschillende partijen kunnen samenwerken en discussiëren. Voor participatietrajecten kunnen weer aparte deelsites worden aangemaakt, zodat bewoners en omwonenden betrokken kunnen worden.

Een platform voor samenwerking

DLG heeft zo de beschikking gekregen over een samenwerkomgeving die op verschillende manieren ingezet kan worden, afhankelijk van de behoefte van dat project. Door een samenwerkingsverband een platform te bieden kan de samenwerking naar een hoger plan getild worden. Daarmee kan DLG de komende tijd zijn rol als facilitator van cocreatie in het landelijk gebied verder invulling geven. Ik ben benieuwd welke nieuwe vormen van cocreatie hier zullen gaan ontstaan.

DLG en Pleio

Davied van Berlo is initiatiefnemer Ambtenaar 2.0

tags: ,

Reactieformulier

De met een * gemarkeerde velden zijn verplicht. U ziet eerst een voorbeeld en daarna kunt u uw bijdrage definitief plaatsen. Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond. Reacties zonder achternaam worden verwijderd. Anoniem reageren alleen in uitzonderlijke gevallen in overleg met de redactie. U kunt bij de vormgeving van uw reactie gebruik maken van textile en er is beperkt gebruik van html mogelijk.