Laveren tussen lobbyisten, kiezers en gezond verstand

Heeft Nederland in Europa nog wat te vertellen op het gebied van de privacyregels, internet en iOverheid? Bestaan er bij die onderwerpen wel nationale belangen? Europarlementariërs zijn realistisch, maar hebben in 2014 wel weer te maken met hun sceptische nationale kiezers.

Respect voor de privacy van burgers, de bescherming van de onafhankelijkheid van internet als communicatiemiddel, een nette omgang met digitale burgergegevens door overheden – het zijn kwesties die beter op Europees niveau geregeld kunnen worden. Belangrijke kwesties dus ook voor de Europarlementariërs.
Jan Mulder is al bijna 20 jaar Europarlementariër en heeft de invloed van Nederland op dit gebied zien tanen gedurende die periode. Dat heeft niet louter kwantitatieve redenen, te weten de uitbreiding van 12 naar 28 landen sinds hij begon. “Het probleem is vooral het gebrek aan kennis bij de Tweede Kamer, gecombineerd met de negatieve oordelen over Europa. Dat beperkt zich zeker niet tot de SP en de PVV.”

Zijn eigen VVD probeert Mulder bij te sturen. Bovenal betekent invloed uitoefenen immers dat je intelligent moet optreden: “Naar intelligent geformuleerde argumenten en kwaliteit luistert iedereen, ongeacht waar je vandaan komt. Niemand zit te wachten op een land dat met de voeten stampt en roept: ‘Ik heb gelijk’.”

Mulder houdt zich intensief bezig met de concept-privacyverordening. Die houdt de gemoederen in Brussel danig bezig met maar liefst ruim 3000 amendementen, voor het merendeel gericht op afzwakking. In één keer wordt immers – zo wil de Europese Commissie, gesteund door consumenten en privacyorganisaties – de macht over dataverstrekking bij consumenten gelegd. Met een krachtig sanctiestelsel voor toezichthouders zoals het CBP.

In één keer

Het is een Verordening, wat betekent dat de privacyregels direct in werking moeten treden voor 28 landen. Anders dan bijvoorbeeld met de recente ‘cookiewet’ is nationale interpretatie niet meer nodig en mogelijk. Dat geldt nog wel voor het aanpalende voorstel om privacy met overheden te regelen. Dat is een aparte richtlijn die nationale staten in een wet moeten vervatten.
De concept-privacyregels werden ineens heel actueel door de onthullingen over Prism en de NSA. Het politieke vaarwater wordt breder nu privacy een rol speelt in de Duitse verkiezingen, terwijl juist Engeland de strenge regels probeert te torpederen, geholpen door de Amerikaanse lobby. Bovendien is er grote tijdsdruk vanwege de Europese verkiezingen van 22 tot 25 mei 2014.

Mulder luistert wel naar krachtig verzet van het Nederlandse bedrijfsleven, zoals van VNONCW, maar laat er de oren niet naar hangen. Hij diende 49 amendementen in, waarvan de helft een afzwakking of relativering is, de andere helft neutraal of een versterking. “We hebben ze hier allemaal gehad met hun bezwaren: Google, Amazon, Microsoft, The American Chamber of Commerce. Maar het principe van die verordening is belangrijk voor ons: de burger moet zeggenschap krijgen over het verzamelen en gebruiken van zijn data.”
Op Lobbyplag.eu is te zien welke parlementariërs letterlijk amendementen op deze verordening indienen die door lobbyisten zijn geformuleerd. Vooral Amerikanen weten de weg te vinden naar conservatieve Britten, een krachtige invloed van Washington in Brussel. Opvallend is dat de Nederlandse privacylobby Bits of Freedom de weg weet naar buitenlandse Groenen die letterlijk voorstellen overnemen.

Ofschoon Mulder niet genoemd staat, vindt hij letterlijke overname van een lobbystandpunt niet getuigen van luiheid of te krachtige beïnvloeding. “Het is transparant. Wij vergaderen open. Iedereen kan thuis meekijken en oordelen of Jan Mulder zich goed verweert of waanzin verkondigt.”
Mulder is positief over de groeiende invloed van het EP, maar bezorgd over de gesloten deuren waarachter de ambtenaren namens de raden van ministers meer en meer schimmige compromissen sluiten. “Maak dat ook transparant, en niet enkel een paar vergaderingen.”

Nederlandse PV en bedrijfsleven

Vooral Wim van de Camp (CDA) is krachtig in de weer om de Verordening af te zwakken, met bijna honderd amendementen. Hij schat de oppositie tegen strakke regulering op zo’n 49 procent. “Dus een klein zetje is genoeg om de balans te doen doorslaan.”
Hij schetst twee Nederlandse lijnen van beïnvloeding. “De eerste is zeg maar de publieke lijn van de Permanente Vertegenwoordiging in Brussel, waar zo’n zestig intelligente ambtenaren Nederlandse zienswijzen en belangen uitdragen. Zo eens per maand laat ik me grondig bijpraten over de onderhandelingen in de raden van ministers. Dan ga ik na in hoeverre dat past bij de opstelling van mijn partij, de EVP, en of ik ze dichter bij elkaar kan brengen.”

De tweede, private lijn van Nederlandse beïnvloeding verloopt via lobby’s voor de privacyverordening: “Die wordt voor mij aangevoerd door VNONCW, met in het kielzog bedrijven als Philips, Shell en Elsevier, die belang hebben bij een zekere vrijheid van herprofilering en mogelijkheden om data door te verkopen. Ik hoor natuurlijk ook buitenlandse partijen als Bertelsmann waarvan de opvattingen in dezelfde lijn liggen.”
Ook Erasmus Universiteit wist Van de Camp te vinden met een lobby voor afzwakking van de beoogde strenge regels: “Zij willen geanonimiseerde patiëntgegevens kunnen gebruiken voor onderzoek, bijvoorbeeld van duizend nierpatiënten.”

Twee kampen beluisteren

D66-Europarlementariër Sophie in ’t Veld is de krachtigste Nederlandse pleitbezorger voor de nieuwe Verordening en ziet met lede ogen hoe groot de kracht is waarmee lobbyisten van bedrijven en regeringen die proberen uit te kleden.
Qua lobby’s zegt ze alle kanten van het bedrijfsleven en privacy- en consumentenorganisaties voorbij te hebben zien trekken. “Maar die van de overheden zijn de sluwste, want voor een groot deel onzichtbaar. En vrijwel allemaal met het oogmerk de wetgeving af te zwakken.”

De 28 Europese regeringen zijn, vaak ongeacht politieke gezindte, niet wezenlijk beter dan de Amerikaanse, volgens In ’t Veld. De laatste kreeg het zelfs gedaan om al in de ontwerptekst delen te schrappen. “Dat is absoluut ongehoord. De Europese Commissie ontkent in alle toonaarden dat het is gebeurd, maar track changes in gelekte teksten laten duidelijk de verschillen zien tussen een interne conceptversie van november 2011 en de officiële definitieve versie van januari 2012.”

Wie de klaagschriften beziet, constateert dat VNONCW de grootste bezwaren uit. In ’t Veld: “Sommige sectoren, landen en lobbygroepen roepen moord en brand en ‘dit is het einde van internet’. Terwijl er juist grote kansen liggen. Gelukkig begint het VNONCW er meer het nut van in te zien. Slimme bedrijven spelen erop in en gaan ook vooroplopen met het bieden van vertrouwen.”
Ze ziet een sterke parallel met eerdere Europese chemieregels, waar uiteindelijk de hele ‘groene markt’ uit voortkwam en bedrijven zich laten voorstaan op hun groene imago. Dat ziet ze in privacy ook gebeuren. “Het is het nieuwe groen, dat ook kansen biedt voor innovatie.”

Niet Nederland

Het gaat allerminst om een exclusief Nederlands geluid. In ’t Veld: “Hoe definieer je het Nederlandse belang met tien partijen in de Tweede Kamer? Het belangrijkste is inhoudelijke kwaliteit. Ik luister naar de zorgen van het MKB dat vreest voor hoge uitvoeringskosten, maar niet naar de Amerikaanse lobby om de wet geheel uit te kleden.”

Ook de Europese invloed van collega D66’er Marietje Schaake als telecomspecialist is onmiskenbaar, en reikt tot over de Europese grenzen waar het gaat om netneutraliteit. Dit begrip staat voor non-discriminatie van internetdiensten door telecombedrijven. Zo mogen bijvoorbeeld KPN, Vodafone en T-Mobile concurrerende diensten zoals Skype niet weren en UPC en Ziggo geen online concurrerende videodiensten.
Een amendement van D66 leidde ertoe dat Nederland als eerste in Europa netneutraliteit wettelijk heeft geregeld. D66 pakte dat ook Europees voortvarend op via Marietje Schaake, met haar bijna 37 jaar een van de jongste parlementsleden. “Mijn voorkeur gaat uit naar een Europees voorstel, geschoeid op de Nederlandse wet die benadeling van diensten helder verbiedt.”

Net als In ’t Veld treft ze niet enkel krachtige lobby’s van bedrijven, maar ook meer en meer van overheden die het parlement in een vroeg stadium willen beïnvloeden. In dit geval willen de VS netneutraliteit juist wel geregeld zien om hun Google, Facebook, Microsoft (Skype), Amazon enzovoort vrije toegang tot de markt van 500 miljoen consumenten te laten behouden. Frankrijk gaf een eigen uitleg aan netneutraliteit. Het probeert in onderhandelingen te voorkomen dat zijn telecombedrijven zoals Orange verplicht vrijelijk toegang moeten verlenen aan Skype en Google Hangout.

Open debat

Schaake wil op haar gebied geen lobbyisten en lobbypartijen bij naam noemen. Ze zegt wel dat KPN als een van de weinige Europese telecombedrijven Europese netneutraliteit nu steunt. “Ik ben niet in voor besloten lobby’s. Ik organiseer regelmatig open hoorzittingen over thema’s waarvoor ik verantwoordelijk ben. Zo wordt de discussie in alle openbaarheid gevoerd en gaan tegenstanders met elkaar in debat.” Dit werkt goed voor het werven van steun in het parlement dat inmiddels achter het wettelijk garanderen van netneutraliteit staat. Temeer daar, zoals meestal, parlement en het Europese consumentenverbond (Beuc) op één lijn zitten.

Minder goed werkt het in de contacten met de macht zelve, zoals in de pogingen om Neelie Kroes, Europa’s digitale bazin, mee te krijgen. Ze wil telecombedrijven de ruimte bieden om zakelijk netverkeer waarvoor hun bedrijven meer betalen voorrang te geven. Lijkt logisch, maar de twee Nederlandse vrouwen staan tegenover elkaar.

Schaake: “Kroes is voorstander van het regelen van netneutraliteit. De vraag is alleen op welke manier. De devil is in the details. Het gaat mij principieel om behoud van open internet.”
Dat ‘principieel’ zijn werkt niet met zoveel belangen. Net als bij privacy gaat het meer en meer om juridische formuleringen waarmee een middenweg wordt gevonden tussen het grote aantal belangen waarover uiteindelijk een raad van ministers het laatste woord heeft.
Schaake klaagt openlijk over het ontoereikende kennisniveau, waardoor ze enorm moet sleuren aan technische kwesties die ze agendeert zoals digitale vrijheden, open data en hervorming van auteursrechten: “Europa wil de sterkste kenniseconomie bouwen, maar beseft onvoldoende dat je dit technisch moet ondersteunen.”

In hun werk moeten parlementariërs ook een balans zien te vinden tussen het tevreden houden van de nationale achterban en de Europese belangen. D66 is het meest Europagezind en met Sophie in ’t Veld ook het meest zichtbaar op bijvoorbeeld Twitter en in debatten in Nederland over Europese kwesties als privacy. Schaake: “Voor ons staat Europa echt op de eerste plaats. Maar we zijn wel gekozen om Nederland te vertegenwoordigen…”

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren