Btw-fraudeurs opgespoord met big data
Btw-fraudeurs gaan massaal voor de bijl in België. Het geheime wapen van de belastinginspecteur heet intelligence by datamining. “Ik zou haast zeggen dat we inmiddels een kristallen bol hebben”, zei een inspecteur die op het iBestuur Congres een boekje opendeed over de aanpak.
Bij de zogenaamde btw-carrousels gaat het om bedrijven die voor niets anders in het leven zijn geroepen dan om btw op te strijken. “Er gaat geen enkele handel in om, het is louter georganiseerde misdaad die de fiscus wil tillen”, aldus Yannic Hulot van de Belgische belastinginspectie. Hij schat dat de Belgische staat door deze fraude in het recente verleden 1,1 miljard euro per jaar zag vervliegen. Dankzij de toepassing van geavanceerde analytische technieken, vervat in het ‘Hybride Detectie Model’, is dat bedrag inmiddels met niet minder dan 95 procent teruggebracht tot slechts 48 miljoen.
Hulot en consorten maken bij het opsporen van btw-carrousels intensief gebruik van big data. De klassieke stelling van Karinthy – dat elk mens hooguit zes handshakes verwijderd is van een willekeurige mede-aardbewoner – is verouderd, aldus Hulot. “Dankzij big data zijn het er nu minder dan vijf.”
‘Social network analysis’ legt patronen bloot tussen mensen en ondernemingen, hun gedragingen en de eventuele afwijkingen. Als een Belgische ondernemer bijvoorbeeld een vestiging opent in Panama, gaat er een alarmbel af. De Belgische belastinginspectie graaft zo in de enorme hoop big data waar zij toegang toe heeft, naar piepkleine btw-fraudenetwerkjes.
Footprints
Hulot: “Je bent bezig met het reduceren van superclusters tot relevante netwerken. Het is een zelflerend systeem: elke opgespoorde casus helpt de nauwkeurigheid van symptomen dat er iets niet in de haak is te vergroten.” Daarbij speelt textmining een belangrijke rol. De Belgische software is gespitst op subtiele fratsen zoals verandering van bedrijfsnamen met maar één letter.
Het kostte de belastingdienst enkele jaren om het huidige grote succes van datamining te bereiken. Er zijn nu acht fraudetypologieën beschreven, met de bijbehorende indicatoren. “Ook de keren dat we het mis hebben helpt dat onze opsporing beetje bij beetje te verscherpen: de fraud footprints worden steeds beter herkenbaar. We zijn nu zo ver dat vrijwel elke ondernemer die een topscore aan indicatoren op zijn naam heeft, inderdaad een fraudeur blijkt te zijn”, aldus Hulot. “Vroeger was de enorme massa data een probleem, nu is die een deel van de oplossing. Ik schat dat wat we vroeger in enkele weken wisten bloot te leggen, momenteel in vijf minuten duidelijk is.”
Europa
Yannic Hulot en Julie Coyotte, die als adviseur van analytics-gigant SAS Institute nauw met hem samenwerkt, reizen heel Europa af om trots hun kristallen bol te laten zien. Op Europese schaal wordt naar schatting voor bijna 200 miljard euro gefraudeerd, waarvan 20 tot 30 procent btw-fraude betreft. Als de Belgische aanpak op de schaal van de EU even krachtig zou werken, dan zouden de lidstaten 40 à 60 miljard minder kwijt zijn aan btw-fraude.
Vroeger was de massadata een probleem, nu een deel van de oplossing
Hulot: “Ons systeem is heel snel te implementeren. Praktisch en technisch is er geen enkel obstakel, het zijn vooral politieke krachten die andere lidstaten kopschuw maken. Duitsland bijvoorbeeld wordt geplaagd door zeer omvangrijke fraude, maar dat openlijk toegeven is de Duitse fiscus’ eer te na. De Fransen brengen vooral bezwaren op het gebied van privacy naar voren.”
Preventie
En Nederland? “Wij hebben het redelijk goed voor elkaar”, zegt inspecteur omzetbelasting Menno Griffioen, die te boek staat als een van de deskundigen op het gebied van btw-fraude. “Onze btw-fraude is 5 procent, goed voor zo’n twee miljard op jaarbasis.” Afgemeten aan het Europese gemiddelde van 15 procent en een enkele uitschieter tot 44 procent (Roemenië) is dat heel weinig. “Nederland is al lange tijd wat dat betreft het beste jongetje van de klas”, aldus Griffioen. “Ik moet er nog bij zeggen dat in die 5 procent die wij derven alle btw zit die theoretisch binnen zou moeten komen in de schatkist, maar niet binnenkomt door wat voor oorzaak dan ook. Dat kan komen door vergissingen van ondernemers, maar ook door faillissementen. Het is dus niet allemaal frauduleus.”
Er zijn volgens Griffioen verschillende verklaringen voor de relatief gunstige positie. Ten eerste bestaat er in Nederland een goede infrastructuur voor ondernemers. Het is aantrekkelijk voor hen om daarin mee te draaien, en zo zijn hun handel en wandel goed te volgen.
Verder zet Nederland, meer dan België, in op het voorkomen van fraude. België zit meer op de intelligencelijn, dus op de opsporing, terwijl de Nederlandse belastingdienst de omgeving waarin fraudeurs handlangers moeten zien te vinden preventief mobiliseert, onder het adagium ‘Ken uw klant’. “We doordringen verschillende beroepsgroepen, zoals notarissen, accountants, bankiers en belastingadviseurs, van de mogelijkheid dat hun klanten voor het karretje van btw-fraudeurs worden gespannen.” Maar ook voor de Nederlandse fiscus is datamining gewoon.