CIP FG-Enquête biedt verrassende inkijk in werkveld FG’s
Ruim 215 Functionarissen Gegevensbescherming (FG’s) hebben deelgenomen aan de eerste grootschalige digitale enquête onder deze beroepsgroep, die eind augustus namens het Centrum Informatiebeveiliging en privacybescherming (CIP) werd verstuurd.
Hoewel het beroep van FG al zo’n 20 jaar bestaat, was dit nog niet eerder gebeurd. Met de komst van AVG werd de invulling van deze beroepsgroep onlangs aangescherpt. Desondanks is er geen sprake van formele certificering van zowel functie als relevante opleidingen. FG’s geven aan daar wel behoefte aan te hebben. Dit vormde de aanleiding voor CIP om meer te weten te komen over het werk en functioneren van de huidige FG’s.
Vooral ervaren medewerkers
82% van de deelnemers aan de enquête werkt bij een aan de overheid gerelateerde organisatie, en 78% heeft 10 jaar of meer werkervaring. Voorop staat dat veel FG’s een HBO/WO (93%) achtergrond hebben, waarvan ruim de helft een juridische. De meesten hebben een dienstverband voor onbepaalde tijd en rapporteren, in de rol van senior medewerker, rechtstreeks aan een bestuur of algemeen directeur. Hierbij wordt aangegeven dat FG’s weliswaar voldoende ondersteuning ervaren vanuit bestuurders voor de uitoefening van de FG-functie, maar niet kunnen beschikken over structureel budget (94%).
Externe ondersteuning zoeken de ge-enquêteerden vooral bij CIP en IBD. De ondersteuning vanuit de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) wordt belangrijke gevonden, maar blijkt voor verbetering vatbaar: 45% vindt de website van de AP te weinig informatief en slechts 17% is van mening dat vragen adequaat worden afgehandeld.
Nog beperkt toezicht houdend
De meeste deelnemers vervullen de FG-functie op deeltijd basis: 29% slechts gedurende één dag per week of zelfs minder. Terwijl 86% van hen werkzaam is binnen organisaties met 100 of meer medewerkers en 39% met meer dan 500 medewerkers. Het merendeel van hen houdt zich vooral bezig met advies en begeleiding. Opvallend is dat aan de in de AVG benoemde toezichthoudende verantwoordelijkheid nog slechts beperkt invulling wordt gegeven.
FG’s worden vanuit de AVG geacht “professioneel, deskundig en onafhankelijk” te zijn. De onafhankelijke positie van de FG lijkt volgens de uitkomsten van de enquête goed te lukken. Aan de deskundigheid wordt vanuit de AVG geen specifieke eisen gesteld, iets dat geldt voor zowel de beroepsregistratie als voor de beschikbare opleidingen. Terwijl de eisen aan professionaliteit juist zeer breed ingevuld kunnen worden: “juridisch, bestuurlijk sensitief, slagvaardig, adviserend, corrigerend, veranderkundig, communicatief vaardig, ondernemend”. Gelukkig geven veel FG’s (71%) aan één of meer medewerkers te hebben, waarmee in dit kader wordt samengewerkt. In het verlengde hiervan blijkt er binnen de beroepsgroep grote behoefte te bestaan aan onderling contact, intervisie en sparren.
Het volledige CIP FG-Enquêterapport is hier te vinden op.