Van Burgerlijke Stand en GBA één systeem maken scheelt honderd miljoen per jaar. Wel even doorpakken.
Ambtenaren van de Burgerlijke Stand zijn vanouds deftige lieden, zo vonden zij zelf, ook vanouds. Verantwoording verschuldigd aan de minister van Justitie en beëdigd door de rechtbank, maken zij akten op van geboorte en overlijden, van huwelijk en tegenwoordig ook partnerschap en als die op de klippen lopen leggen ze ook hun ontbinding vast. De kroontjespen van begin 19e eeuw is ingeruild voor een typemachine, die weer plaats maakte voor een computer-met-printer, maar alles bleef schrijfgerei en de Burgerlijke Stand van papier. Zeer voornaam, zorgvuldig en precies.
Daarnaast bestaat vanouds het Bevolkingsregister (inmiddels GBA), dat de in Burgerlijke Stand-akten vastgelegde rechtsfeiten ook registreert en daarnaast nog een reeks andere zaken als adressen, nationaliteit en gezinssamenstelling. Deze registratie kan een dubieus gegeven nog wel eens ‘in onderzoek’ plaatsen en lange tijd ‘in onderzoek’ laten. Het Bevolkingsregister viel en de GBA valt onder Binnenlandse Zaken. Hadden preciezen de Vereniging van Ambtenaren van de Burgerlijke Stand, voor rekkelijker bevolkingsambtenaren bestond de Vereniging voor Bevolkingsboekhouding en Militaire Zaken. Pas bij het ontstaan van de GBA in 1994 fuseerden beide clubs tot de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB).
Zijn Burgerlijke Stand en GBA inmiddels ook gefuseerd? Nee, tot ergernis van velen. Zeker ook van een zich ‘20×20’ en ‘tijdelijke alliantie van doorpakkers’ noemende initiatiefgroep, die de aanstaande regering wil interesseren voor een forse verbetering van de dienstverlening en een besparing van honderd miljoen euro per jaar door GBA en Burgerlijke Stand te integreren.
De omgang met de burger wordt eenvoudiger en gaat sneller ‘omdat alle (semi‐)overheidsinstanties sneller over betere persoonsinformatie beschikken’. En: “Frauderen wordt lastiger. Uittreksels verdwijnen. Burgers hebben nog slechts één overheidsadministratie waarin zij zijn geregistreerd. Dit vormt een startpunt voor nieuwe diensten en zekerheden aan private partijen.”
Naast ‘20% beter’ maakt het voorstel, onderdeel van een heel ideeënpakket, de zaak ook ‘20% goedkoper’. Want: “Door de integratie worden geen papieren akten meer opgemaakt. Er is geen archiefruimte meer nodig. De persoonsgegevens worden digitaal en op nog maar één plaats verzameld. Het vastleggen van feiten en registreren in een dynamische verzameling schuift ineen. Hierdoor zijn minder ICT‐voorzieningen nodig. Ook de rol van JustID die de dubbelen van de akten bewaart en nu nog digitaliseert, kan worden beëindigd.”
Door het GBA-moderniseringsprogramma ‘een aanvullende opdracht’ te geven en eenmalig ‘maximaal’ vijftig miljoen te investeren, kan het dubbele daarvan jaarlijks worden geïncasseerd. Kwestie van één zin, die Rutte en Samsom maar uit het voorstel hoeven te knippen en in het regeerakkoord te plakken.
Onder de initiatiefnemers Henk Duinkerken en Eric Loe, die zichzelf omschrijven als interim‐manager en managementadviseur respectievelijk veranderkundige en resultaatgerichte leidinggevende. Eerder gaven ze de stoot tot Doorbraak in dienstverlening en kregen mensen als Annemarie Jorritsma, Tof Thissen, Erik Gerritsen, Johan Hakkenberg en David Jongen (onder veel anderen) warm voor hun ‘Nationale beweging: Samen grensverleggend vernieuwen’. Nu staan ze met hun 06-nummer in het 20×20-rapport, samen met Marianne van den Anker, Linda Bijl, Marit Luschen, Rob Oudkerk en Arre Zuurmond, representanten van de Kafkabrigade, Transformatiefabriek en Titanic zoekt sloepen.
Beter en goedkoper, allebei nog wel twintig procent, wie kan daar tegen zijn? Gek eigenlijk dat je daar doorpakkers voor nodig hebt. En als er een rol voor doorpakkers is weggelegd, dan zal dat toch vooral bij de uitvoering zijn. Dat realiseert de tijdelijke alliantie zich kennelijk ook. Ze stelt dat ‘partijen in het land’ klaar staan om de integrale GBA/BS in te voeren en noemt daarbij fusieclub NVVB met name. De NVVB is inderdaad voorstander van de integratie en wel op basis van een onderzoek door Berenschot naar de concordantie (twee aparte stelsels, maar wel onderling goed afgestemd) of integratie van GBA en Burgerlijke Stand, dat vorig jaar is uitgevoerd.
Los daarvan was al een Wetsvoorstel elektronische dienstverlening burgerlijke stand tot stand gekomen, dat procedures voor burgers eenvoudiger en bijvoorbeeld de elektronische geboorteaangifte mogelijk wil maken. De Tweede Kamer heeft het in juni 2011 met algemene stemmen aangenomen, waarna de Eerste Kamer er voortvarend mee aan de gang ging. Toen deze in oktober vijf A4’tjes opmerkingen en vragen formuleerde, schreef ze erbij de reactie van de regering ‘graag binnen vier weken’ te verwelkomen.
De NVVB is er ongelukkig mee dat gemeenten niet verplicht zijn e-dienstverleningsmogelijkheden te scheppen, waardoor wat straks in de ene gemeente kan, in de andere onmogelijk is. In mei klaagde NVVB-voorzitter Cees Meesters op het jaarcongres van zijn organisatie dat op de invoering ‘geen enkele coördinatie’ zat, dat voor een invoeringsscenario ‘Justitie geen geld’ had, ‘BZK ook niet scheutig’ was en ‘KING wel wat doen’ wilde, maar ‘ook geen geld’ had. Toen was de door de Senaat gewenste vierwekentermijn voor Justitie al te kort gebleken. De Eerste Kamer, zo meldt deze vandaag nog altijd gelaten op haar website, ‘wacht op de memorie van antwoord’. Samenvattend had Meesters in mei gesteld: “De schuld ligt duidelijk bij het departement van Justitie.” Sindsdien is weinig veranderd. Desgevraagd verklaart hij de traagheid met een gebrek aan capaciteit bij het ministerie.
Als Justitie voor de elektronische geboorteaangifte te weinig capaciteit heeft, hoe zal dat dan zijn als het de Burgerlijke Stand met de GBA moet integreren? Schijnbaar zijn doorpakkers vooral dáár nodig.