Overheid in transitie
Blog

Drama’s voorkomen

Uitvoerbaarheid en digitalisering staan als urgente vraagstukken op het lijstje van de formatieverkenningen. Ik ben daar blij mee. Laten we hopen dat het nieuwe kabinet daarop doorpakt. Want zo voorkomen we nieuwe drama’s. In de uitvoering vindt niet alleen de legitimatie van beleid plaats, maar ook die van politiek en bestuur.

Laten politici de aandacht voor uitvoering en digitalisering vasthouden in de formatie, voor al onze inwoners en voor de legitimiteit van de overheid.

Dat hebben we de afgelopen tijd helaas ondervonden, zoals bij de kinderopvangtoeslagaffaire, de haperende afhandeling van de aardbevingsschade in Groningen en problemen tijdens de bestrijding van de coronacrisis. In de eerste plaats zijn deze heel ingrijpend voor de inwoners die het treft. Maar ze zijn ook heel schadelijk voor het vertrouwen van burgers in de overheid in het algemeen.
Om aan dat vertrouwen te werken, hamert de VNG in de formatie op meer aandacht voor uitvoerbaarheid van wet- en regelgeving en de rol van digitalisering daarin. Ik was dan ook blij om te lezen dat Mariëtte Hamer in haar rol als informateur in haar eindverslag digitalisering en uitvoerbaarheid als grote, urgente thema’s benoemt. En dat het een plek kreeg in het conceptregeerakkoord van D66 en VVD.

Digitalisering en uitvoerbaarheid gaan hand in hand. IT speelt net zo’n kaderstellende rol bij de haalbaarheid van de uitvoering als geld en wetgeving. Alle uitvoeringsprocessen zijn afhankelijk van digitale middelen, niet alleen voor een efficiënte uitvoering maar ook om de juiste beslissingen te nemen. Je zult aan de voorkant goed moeten nadenken over wat je nodig hebt en waarvoor inzet en dat vervolgens op orde moeten brengen. Want anders krijg je uitkomsten waar je spijt van krijgt en die je niet gemakkelijk rechtzet.

Laten we het daarom anders aanpakken. Met aandacht voor digitalisering en een goede uitvoerbaarheid van wet- en regelgeving. Ik doe alvast een voorzet. Ik denk dat het zinvol is om bij uitvoeringsvraagstukken een onderscheid te maken tussen waar bulkverwerking kan en waar maatwerk nodig is. De bulkprocessen kun je automatiseren en die worden vormgegeven naar de letter van de wet. Waar mensen in deze processen tussen wal en schip dreigen te vallen, of waar de complexiteit te groot is voor volledige automatisering, daar is menselijke interventie nodig. Daar wordt gewogen en gehandeld naar de geest van de wet.

Of de burger voldoende geholpen is met een bulkproces staat niet vanaf het begin vast. Of menselijke interventie nodig is, is iets dat je continu moet toetsen en aanpassen. Je wilt en moet als overheid de maatschappelijke impact van beleid steeds monitoren en bijstellen. Eigenlijk heb ik het over de klassieke beleidscyclus, waarin evaluatie een belangrijk onderdeel is. Om de één of andere reden zijn we dat kwijtgeraakt. Die feedbackloop moeten we herstellen, om de menselijke maat terug te brengen bij de overheid en om weer te bouwen aan vertrouwen.

Mijn hart ligt bij een goede kwaliteit van het openbaar bestuur en bij het vertrouwen van de samenleving in de overheid. Laten we eerlijk zijn: het kan beter. Iedereen heeft wel een voorbeeld van hoe hij of zij in conflict kwam met de overheid en hoe lastig het was om dat te herstellen. Ik heb zelf gekke dingen meegemaakt met de precariobelasting en een parkeervergunning. Beide heb ik uiteindelijk opgelost, maar daar waren grote administratieve vaardigheden voor nodig. Ik werk bij de overheid om dat te helpen verbeteren.

Nathan Ducastel is beleidsdirecteur Informatiesamenleving bij de VNG en directeur van VNG Realisatie.

  • Jan Grijpink | 7 oktober 2021, 12:34

    Hoi Nathan, Boeiend betoog! Eigenlijk mis ik speciale aandacht voor ketensamenwerking, lokaal en regionaal. Laten we even overleggen, of we daar iets aan kunnen bijdragen!

  • Mariette Lokin | 7 oktober 2021, 12:42

    Ha Nathan,
    We hoeven elkaar niet te overtuigen van het belang van aandacht voor de verbinding tussen wetgeving en digitalisering, daarvoor kennen we elkaar lang genoeg :-) Toch een kleine reactie. Je schrijft: “Ik denk dat het zinvol is om bij uitvoeringsvraagstukken een onderscheid te maken tussen waar bulkverwerking kan en waar maatwerk nodig is.” Ik zou nog wat verder willen gaan: het is absoluut noodzakelijk om dat onderscheid te maken. Het vraagt een goede, gestructureerde analyse van wetgeving om te kunnen bepalen wat je machinaal kunt afdoen (de gesloten normen) en waar je de afslag moet nemen naar een handmatig proces (de open normen). En dat laatste liefst niet alleen als iemand al in de knoop zit (dus als Kafka-knop…), maar gewoon in alle gevallen waar een afweging nodig is.
    Gelukkig is de afgelopen jaren hard gewerkt aan een methode om die analyse te kunnen uitvoeren. Ik ben zo vrij om een beetje reclame te maken voor het boek Wetsanalyse voor een werkbare uitvoering van wetgeving met ICT (https://www.boomdenhaag.nl/webshop/wetsanalyse). Waar we nog een wereld te winnen hebben is in het realiseren van de multidisciplinaire samenwerking die hierbij nodig is. Schotten weg tussen beleid, wetgeving en uitvoering, of het nu centraal of decentraal is. En ook schotten weg tussen juristen en ‘techneuten’. Het is misschien nog wel meer een cultuur- en organisatievraagstuk dan een inhoudsvraagstuk… Ik hoop dat een nieuw kabinet en ook het parlement ons de ruimte gunnen om juist in die ‘ontschotting’ te investeren!

  • Mr A.F. le Gras | 9 oktober 2021, 01:36

    De kern van het probleem is niet bulk versus maatwerk, maar de omzetting van code 1 (wetgeving) naar code 2 (gedigitaliseerde uitvoering). Daarbij spelen 3 problemen :

    1. De meeste juristen hebben geen verstand van code 2 (IT) en de meeste IT’ers hebben geen verstand van code 1 (wetgeving). Dat is op zich al bijna een garantie voor babylonische spraakverwarring.
    2. Wetgeving heeft de neiging steeds complexer te worden , mede op basis van de (verkeerde) aanname dat de uitvoering kan beschikken over digitale tools die al die complexiteit aankunnen.
    3. Uitvoeringsorganisaties zijn het zicht op hun rol kwijtgeraakt, daar waar ze (ten onrechte) de burger als klant en de overheid als dienstverlener zijn gaan beschouwen.

    De burger is geen klant van de overheid , maar heeft bij wet geregelde aanspraken die, onder doorgaans specifieke voorwaarden, door de overheid als uitvoerder van de wet gehonoreerd moeten worden. Daarbij moet elke beslissing, ongeacht haar aard (lees bulk of maatwerk), adequaat gemotiveerd worden zodat die beslissing toetsbaar is bij de rechter. De gedachte dat beslissingen bij bulkprocessen vormgegeven zouden kunnen worden naar de letter van de wet en dat overigens de geest van de wet bepalend zou moeten zijn is juridisch volstrekt onhoudbaar. Het is een goed voorbeeld van het wensdenken van IT’ers die met een mission impossible opgescheept worden.

    Laten we daarom ophouden er van uit te gaan dat elke wet, hoe onzinnig, complex of gedetailleerd ook, digitaal uitvoerbaar is cq zou moeten zijn. In plaats van zich in alle bochten te wringen om de uitvoering altijd digitaal vorm te geven , zouden de uitvoeringsorganisaties de ballen moeten hebben om strict uit te gaan van uitvoering conform de wettelijke eisen , daar een reeel prijskaartje aan te hangen en zich niet in een hoekje moeten laten drukken door opgelegde bezuinigingen cq “efficiencymaatregelen” die het onmogelijk maken hun wettelijke taken naar behoren uit te voeren. Als het resultaat daarvan simpeler wetgeving is, hebben we echt veel meer bereikt.

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren