Het idee van vrijheid wordt vaak geromantiseerd
De romantische visie op vrijheid omvat onbeperkte keuzemogelijkheden, de mogelijkheid om het eigen lot te bepalen en het leven zonder beperkingen of onderdrukking. Alleen, in de dagelijkse, snel evoluerende werkelijkheid, botsen deze idealistische opvattingen vaak met diverse factoren.
In de praktijk worden individuele vrijheden beperkt door sociale en economische structuren, wetten en regelgeving, die nodig zijn om een geordende en functionerende samenleving te onderhouden. De snelle evolutie van technologie heeft nieuwe vraagstukken rond privacy en controle met zich meegebracht. Surveillance, datacollectie en -analyse door zowel overheden als private organisaties kunnen de perceptie van vrijheid verminderen. Nationale veiligheid en publieke veiligheid kunnen restricties opleggen aan individuele vrijheden.
Dan zijn er nog de interpersoonlijke relaties: vrijheid is niet alleen een individueel concept, maar ook een sociaal concept, dus je ontkomt niet aan compromissen in persoonlijke vrijheid. Dus wat in het artikel van de politicus als vrijheid wordt gezien, brengt morele en ethische dilemma’s met zich mee, waarbij de acties van het ene individu de vrijheid van een ander kunnen beperken. In onze wereldwijd digitaal verbonden wereld kunnen beslissingen en acties die in het ene land worden genomen, gevolgen hebben voor de vrijheid en het welzijn van mensen in andere landen. Zoals besturingssystemen zo knullig ontwerpen dat ze altijd wel honderden kwetsbaarheden hebben. Dus is onze romantische visie op vrijheid wel in balans met de complexe realiteit van een veranderende wereld, waarbij vrijheid zowel als een persoonlijk recht is, als een verantwoordelijkheid tegenover anderen en de samenleving als geheel? Als je de digitale macht van de Staat wilt herijken, wordt er dan ook voldoende aandacht besteed aan het vinden van het juiste evenwicht tussen autonomie en interdependentie, tussen rechten en verantwoordelijkheden en tussen individuele en collectieve belangen?
Stel ons burgers voor als een kudde schapen. ‘Wij’ hebben een hond, die ons met zijn leven beschermt.
Onze hond is getraind om de kudde te beschermen tegen wolven – de gevaarlijke roofdieren die op de loer liggen, wachtend op een kans om toe te slaan.
Als lid van onze kudde, kent onze hond ook nog wat de geheime paden en zwakke plekken in het terrein waar wolven zich zouden kunnen verstoppen of doorheen kunnen sluipen om de schapen aan te vallen. Door deze kennis kan onze hond de wolven op afstand houden, ze uit de buurt van de kudde leiden of zelfs een verrassingsaanval uitvoeren als de wolven te dichtbij komen.
In de context van nationale veiligheid, zijn de zero-day exploits of weinig bekende kwetsbaarheden in software de geheime paden en zwakke plekken.
Onze inlichtingen- en veiligheidsdiensten zijn de herdershond. Zij kennen deze kwetsbaarheden maar houden ze geheim, zodat ze ze kunnen gebruiken om de ‘wolven’ (bijvoorbeeld cybercriminelen of vijandige landen) te monitoren of aan te vallen zonder dat deze doorhebben dat ze in de gaten worden gehouden. Net zoals een herdershond niet altijd alle zwakke plekken zal dichten omdat hij ze soms nodig heeft om de wolven te vangen, zo zullen nationale veiligheidsdiensten deze kwetsbaarheden soms intact laten. Ze gebruiken deze als een tactisch voordeel om hun ‘kudde’ te beschermen, in dit geval de nationale belangen en de veiligheid van het land, waar ook hun familie en kids wonen.
Anders dan bij onze Russische buren is onze herdershond geen dictator over de kudde; hij is eerder een beschermer en maakt ook deel uit van het ’team’. Hij is van jongs af aan strak getraind en geen van de schapen is ooit vergeten dat het, diep onder de huid, op de wolf lijkt. Zijn primaire rol is echter om de schapen te beschermen tegen gevaren; niet om over hen te heersen. Hij handelt op de strikte instructies van de door de kudde tijdelijk gekozen herder (die om de vier jaar vertrappeld mag worden), luistert (meestal) goed naar het fluitje van de herder en werkt onvermoeibaar in het belang van de kudde. Zelfs al heeft hij als ervaren herdershond meer macht en kennis over eventuele gevaren dan de schapen zelf hebben en zeker als de herder heeft. Hij staat ook vooral in het veld om de eerste klappen op te vangen, maar moet over elke stap verantwoording afleggen.
De herder heeft zowel een stok als hondenkoekjes. Onze herdershond heeft de autoriteit en de middelen om acties te ondernemen die de ‘kudde’ – de burgers en het land – beschermen tegen externe ‘wolven’ – bedreigingen zoals cyberaanvallen of andere nationale veiligheidsrisico’s. Hij en zijn roedelgenoten zijn geen dictator, maar dienstbaar aan het land en haar burgers door hun veiligheid en welzijn te garanderen. Ze opereren vaak achter de schermen, met meer informatie en capaciteiten dan het publiek heeft, maar het doel is om een veilige omgeving te creëren en te behouden, niet om de bevolking te onderdrukken of te controleren.
Er moet natuurlijk altijd toezicht en verantwoording zijn om ervoor te zorgen dat deze macht op een juiste en ethische manier wordt gebruikt, maar het zou beter zijn om de aandacht te besteden aan de systemen die onderuit zouden gaan als de boef de gaten in de telefoon zou gebruiken om ons echt te pesten. Stop die energie in het bevorderen van Data Governance, data kwaliteit, procesmodellering en Trust & Governance Frameworks.