Wordt de zevende datum van de Omgevingswet de definitieve? Het heeft er alle schijn van nu minister De Jonge de gemeenten, provincies en waterschappen een half jaar extra respijt geeft tot de invoering. In het conceptbesluit dat De Jonge vandaag naar de Eerste Kamer stuurt, wordt gemikt op 1 januari 2024.
Beeld: Dreamstime
De nieuwe invoeringsdatum komt tegemoet aan de wens van de gemeenten. Tijdens een recente algemene ledenvergadering van de VNG werd een motie om minimaal een half jaar voorbereidingstijd op de wet te hebben bijna unaniem gesteund. De verwachting van De Jonge is dat de Eerste Kamer nog voor 1 juli met de wet zal instemmen.
Duidelijk en zorgvuldig
‘In de afweging van de interbestuurlijke partijen om te komen tot een besluit heeft het belang van duidelijkheid en zorgvuldigheid vooropgestaan’, laat de VNG in een reactie weten. ‘Partijen zijn van mening dat het DSO voldoende technisch gereed is voor het vaststellen van een moment van inwerkingtreding. Daarnaast is er door het inregelen en intensief testen in de praktijk een duidelijk beeld wat werkt en waar bijvoorbeeld Tijdelijke Alternatieve Maatregelen (TAM’s) nodig zijn.’
Technisch voldoende
In een brief bij het besluit benadrukt De Jonge dat de landelijke voorziening van het Digitale Stelsel Omgevingswet – het heetste hangijzer – technisch voldoende gereed is voor inwerkingtreding. Daarom geldt er tot 1 juni 2023 een ‘stabiliseringsperiode’ waarbij er geen grote nieuwe functionaliteiten aan worden toegevoegd. Zo kan, aldus de minister, ‘de ontwikkeling van het decentrale deel van het stelsel kan worden afgerond’. ‘Tegen die tijd zal in overleg met de bestuurlijke partners en de softwareleveranciers worden bezien of het wenselijk is de stabiliseringsperiode (gedeeltelijk) te handhaven tot het moment van inwerkingtreding per 1 januari 2024.’
Nader onderzoek
Volgens De Jonge heeft ook het bedrijfsleven aangegeven het DSO werkbaar te vinden voor inwerkingtreding. ‘Zij zijn voorstander van inwerkingtreding per 1 januari 2024 en vragen om tijdige duidelijkheid.’ De Eerste Kamer is nog in overleg met het Adviescollege ICT-Toetsing over een nader onderzoek naar de staat van het digitaal stelsel. Of dat er komt en zo ja wanneer, is nog onduidelijk.
Dit artikel werd eerder gepubliceerd bij onze collega’s van Binnenlands Bestuur