Staatssecretaris van Digitale Zaken Zsolt Szabo gaat anonimiteit op sociale media niet aanpakken. Dat besluit neemt hij op basis van uitkomsten van een literatuurstudie van de Wageningen Universiteit dat risico’s van anonimiteit op sociale media voor de democratie onderzocht.
Het kabinet liet de risico’s onderzoeken nadat een motie van Volt-Kamerlid Gundogan werd aangenomen. Daarbij werd de rol van anonimiteit expliciet meegenomen. Szabo ziet echter geen aanleiding om op basis van de literatuurstudie anonimiteit online aan te pakken.
Voor- en nadelen
Het kabinet herkent volgens Szabo het beeld dat anonimiteit online zowel voor- als nadelen heeft. “Het is voorstelbaar dat mensen zich beter gedragen online als zij niet anoniem zijn. Echter, er zijn principiële en pragmatische argumenten om anonimiteit op sociale media niet te verbieden. Het principiële argument is dat er ook legitieme redenen kunnen zijn om anoniem te zijn op sociale media, bijvoorbeeld voor klokkenluiders of jongeren die in een proces van coming-out zitten.”
Praktische problemen
Szabo ziet ook diverse praktische problemen bij een verbod. Bijvoorbeeld dat een verbod slechts kans op effect heeft als het internationaal afdwingbaar wordt vastgelegd in wetgeving, en kan worden gehandhaafd. “Ook zou een verbod sociale mediabedrijven verplichten meer persoonlijke gegevens te verzamelen.” Het kabinet ziet volgens hem meer in een gecombineerde inzet van wettelijk verplichte moderatie van sociale mediabedrijven. Ook de mogelijkheid tot meer interventies door politie en justitie wanneer strafbare feiten worden begaan is een optie.
DSA geeft mogelijkheden
Het is volgens Szabo niet zo dat anonimiteit online op dit moment absoluut is en dat de verspreiding van zowel illegale als schadelijke inhoud online reeds wordt tegengegaan met de digitaledienstenverordening (DSA). “Door middel van het IP-adres of aangeleverde emailadressen kunnen dienstverleners de gegevens van gebruikers achterhalen. Bij illegale of onrechtmatige content hebben opsporingsinstanties bevoegdheden om met behulp van die gegevens de identiteit van gebruikers te achterhalen via dienstverleners.”
Lees ook: