Het kabinet benadrukt dat de doorgifte van persoonsgegevens naar de Verenigde Staten gewaarborgd blijft onder het Data Privacy Framework (DPF), ondanks zorgen over het recente ontslag van toezichthouders bij de Amerikaanse Privacy and Civil Liberties Oversight Board (PCLOB). Volgens het kabinet leidt deze ontwikkeling niet automatisch tot een verlies van privacybescherming.
Het DPF, dat sinds juli 2023 van kracht is, stelt dat de VS een niveau van gegevensbescherming biedt dat vergelijkbaar is met dat van de Europese Unie. Dit adequaatheidsbesluit van de Europese Commissie (EC) blijft volgens het kabinet overeind, omdat de Verenigde Staten bindende waarborgen hebben geïmplementeerd, zoals een beperking van de toegang van Amerikaanse inlichtingendiensten tot Europese data en een onafhankelijke klachtenprocedure.
Noodzakelijke structuren en procedures
De EC heeft in juli 2024 een eerste evaluatie van het DPF uitgevoerd en vastgesteld dat de VS de noodzakelijke structuren en procedures heeft ingericht. Het recente ontslag van toezichthouders bij de PCLOB verandert hier volgens het kabinet niets aan. De EC blijft de situatie echter nauwgezet monitoren en zal indien nodig het adequaatheidsbesluit herzien. Mocht het DPF komen te vervallen, dan moeten organisaties passende waarborgen implementeren, zoals modelcontractbepalingen of bindende bedrijfsvoorschriften.
Digitale strategische autonomie
Daarnaast benadrukt het kabinet dat Nederland inzet op digitale strategische autonomie en onderzoekt hoe meer gebruik kan worden gemaakt van Nederlandse en Europese clouddiensten. Dit moet zorgen voor een sterkere onafhankelijkheid en een betere bescherming van persoonsgegevens binnen de EU. De Tweede Kamer zal door het kabinet op de hoogte worden gehouden van verdere ontwikkelingen omtrent de doorgifte van persoonsgegevens naar de VS.
Lees meer:
- Waarom winst van Trump mogelijk grote gevolgen heeft voor de digitale overheid
- Waarom het cloudbeleid van de Nederlandse overheid veiliger kan