Overheid in transitie
Congres

Nederland moet flink been bijzetten als het gaat om open source

Presentatie samenwerking tussen Frankrijk, Duitsland en Nederland met betrekking tot open source werkpleksoftware.
Presentatie samenwerking tussen Frankrijk, Duitsland en Nederland met betrekking tot open source werkpleksoftware. Op het scherm een foto met ook Art de Blaauw, directeur CIO Rijk bij BZK.

De Nederlandse gemeenschap was op 1 en 2 februari aanwezig bij de internationale open source conferentie FOSDEM om de ontwikkelingen te volgen. Ook in Nederland wordt open source steeds groter. Maar tussen de duizenden internationale bezoekers bekruipt de indruk dat we in Nederland ook nog een flink been moeten bijzetten als het gaat om open source.

FOSDEM is het grootste open source evenement van de wereld, en dat op een steenworp afstand van Nederland. Desondanks is het aantal Nederlands-Engelse accenten bij de vele sprekers beperkt. De Nederlandse netbeheerder Alliander is via hun Open Source Policy Office (OSPO) wel al een aantal jaren gerepresenteerd. Ook zijn verschillende OSPO’s van andere publieke organisaties, zoals de Provincie Zeeland, het UWV en het Ministerie BZK aanwezig. Maar de mate van Nederlandse organisatie van het open source landschap is erg beperkt als je je bedenkt wat de cruciale rol is die open source software ook voor Nederlandse cruciale infrastructuren speelt. Er is nog volop ruimte voor verbetering als Nederland werk wil maken van de eigen digitale weerbaarheid.

Open source

Open source wordt steeds bekender en is overal. Open source was al nooit weg te denken uit cruciale IT-infrastructuren, zoals het internet. Om je het belang daarvan enigszins in te laten beelden: ook de bekende ‘closed source’ techgiganten zoals Apple, Microsoft, Google en Meta (Facebook) hadden zonder open source software nooit kunnen bestaan. Recentelijk dragen ook steeds meer Nederlandse publieke organisaties bij aan het open source softwarelandschap. Soms worden zij door een Woo-verzoek gedwongen hun broncode te openbaren, zoals de app DigiD. Soms kiezen zij voor opensourcewerken vanuit overtuiging, zoals de verkiezingssoftware van de Kiesraad en de weerapp van KNMI. De Nederlandse zichtbaarheid van open source neemt daardoor steeds verder toe.

Van links naar rechts: Boris van Hoytema (OSPO BZK), Peter Giskes Giskes (adviseur enterprise architectuur BZK), Eva van Sloten (Opensourcewerken, auteur artikel), Thieu Caris (OSPO Provincie Zeeland)

Van links naar rechts: Boris van Hoytema (OSPO BZK), Peter Giskes (adviseur enterprise architectuur BZK), Eva van Sloten (Opensourcewerken), Thieu Caris (OSPO Provincie Zeeland)

FOSDEM 2025

Maar als je ergens wilt ervaren hoe zeer opensourcewerken in de lift zit, moet je niet in Nederland zijn, maar op een internationaal event zoals FOSDEM op 1 en 2 februari. ‘FOSDEM’ is een afkorting van Free and Open source Software Developers’ European Meeting.

Het evenement begon 25 jaar geleden als relatief onbekende samenkomst voor developers. Inmiddels heeft het jaarlijkse evenement meer dan 1000 (!) sprekers en meer dan 10.000 (!!) bezoekers vanuit de wereldwijde open source IT-sector. En die aantallen stijgen elk jaar.

Men komt bij FOSDEM gelijkgestemden tegen die ook het belang van open source voor de basale infrastructuren van de samenleving erkennen.

Uniek aan het evenement is dat je geen ticket hoeft te kopen. Vanuit de open source gedachte, die sterk leunt op de doelstelling om ICT vrij beschikbaar te maken en te houden, is ook dit evenement van oorsprong gratis en zonder aanmelding toegankelijk. En dat is het nu, anno 2025, nog steeds. FOSDEM is inmiddels uitgegroeid tot het grootste open source event wereldwijd, waar verschillende andere open source events, zoals de Europese Open Source Policy Summit, aan worden gekoppeld. En dat allemaal op een Brusselse universiteitscampus op slechts enkele uren afstand van Nederland.

Specialistische sessies

Het is onder andere de massaliteit van FOSDEM waar de open source gemeenschap erg trots op is. Het evenement is gi-gan-tisch. Er draaien twee dagen lang continu meer dan 10 specialistische parallelle sessies, die veelal ook weer zijn opgebouwd uit korte lezingen of panelgesprekken van 10 tot 15 minuten. In verschillende universiteitszalen worden open source onderwerpen behandeld zoals veiligheid, sociale media, energie, internationaal beleid, hacken of community. Het tempo is hoog en het tijdmanagement is strak. Vrijwilligers helpen de evenals vrijwillige sprekers herinneren aan hun overgebleven tijd. De gespecialiseerde sprekers zijn gepassioneerd en spreken snel. Zij delen in korte tijd allerlei informatie over hun specialisme, werven enthousiastelingen werven voor open source subcommunity’s wisselen uit over actuele ontwikkelingen. De grote opkomst bij FOSDEM betekent dat voor veel zalen lange rijen staan, soms van maar liefst een uur lang. De sfeer in de rijen is niet ongeduldig, maar positief! Men komt hier gelijkgestemden tegen die ook het belang van open source voor de basale infrastructuren van de samenleving erkennen. De rijen hebben daardoor iets weg van een festival, waarbij je in de rij misschien wel je nieuwe vrienden leert kennen.

Communitygedreven ontwikkelen betekent dat je open met elkaar samenwerkt in een informele structuur, waarbij externe ideeën welkom zijn.

Informeel samenwerken

De tijd buiten de parallelle sessie wordt kortom als minstens even belangrijk ervaren op deze conferentie. In de wandelgangen van het ene naar het andere gebouw ontmoeten open source experts elkaar en maken zij informele afspraken. Op deze informele manier is eerder bijvoorbeeld een samenwerking tussen de Franse, Duitse en Nederlandse overheden opgestart om gezamenlijk open source werkpleksoftware te ontwikkelen.

Op het moment dat een succesvol idee eenmaal informeel is beklonken is het makkelijker om deze formeel te bestendigen dan door eerst de formele routes uit te lopen, zo is de gedachtegang op dit evenement. Directeuren van internationaal beroemde open source initiatieven, zoals onder andere het sociale mediaplatform Mastodon, lopen hier incognito tussen allerlei soorten developers en zelfs kinderen. Want sinds enige jaren heeft FOSDEM ook een parallel programma voor kinderen opgezet. De kracht van communitygedreven ontwikkelen zie je hier als het ware gebeuren. Communitygedreven ontwikkelen betekent dat je open met elkaar samenwerkt in een informele structuur, waarbij externe ideeën welkom zijn. Het enige wat je moet doen is als bouwteam precies laten zien hoe de software eruit ziet en daardoor kunnen anderen waardevolle toevoegingen doen. Een goed idee wordt geïntegreerd in de broncode, ongeacht iemands formele positie.

Transparante sociale media

Voorbeelden van zo’n externe bijdrage worden gepresenteerd in de zaal over sociale media. Iemand heeft een sociale bookmark-app ontwikkeld voor de Fediverse, een verzameling verbonden open sociale media platformen waaronder Mastodon. Dit kon alleen maar omdat de Fediverse draait op een open standaard, waardoor inzichtelijk hoe precies aangekoppeld kan worden. In een andere presentatie wordt uitgelegd hoe je zelf een algoritme kunt ontwikkelen voor het platform Mastodon en daarmee een persoonlijke tijdlijn samenstelt. Zo zorgt open source sociale media dat de censuur of andere ongewenste beïnvloeding via sociale media onmogelijk is. Broodnodig in een wereld waarbij techgiganten AI benutten om je zoekvraag zo te herformuleren dat je op zoveel mogelijk reclames klikt en commerciële techgiganten en politiek nauw met elkaar verweven zijn en steeds meer mensen zich irriteren aan hun eigen sociale media dopamineverlaving.

Europese onderzoeken laten zien dat open source software circa 65 tot 95 miljard euro bijdraagt aan het Europese bbp.

Europese belangstelling

Dit jaar is ook de Europese Commissie, voor de tweede keer, aanwezig om via sessies te informeren over en input op te halen voor Europese wet- en regelgeving. De Europese Commissie heeft al enige tijd een Open Source Policy Office (OSPO) ingesteld, getrokken door de Nederlander Gijs Hillenius. De Europese Commissie heeft al langer serieuze belangstelling voor open source. Zo blijkt uit Europese onderzoeken dat open source software circa 65 tot 95 miljard euro bijdraagt aan het Europese bbp. Desondanks is het betrekken van de open source community in beleidsvorming nog geen gesneden koek.

Zoals wel eens wordt gezegd “heeft open source geen telefoonboekje” en dat betekent dat andere mechanismes nodig zijn om in een vroeg stadium feedback te ontvangen op nieuw beleid. Je kunt niet zomaar de lobbyisten van een handvol grote bedrijven bellen, maar je moet bijvoorbeeld via conferenties of online experts verleiden om te participeren. Een pijnlijk voorbeeld hoe dit mis kan gaan is toen pas in een laat stadium bekend werd wat de impact van de Cyber Resilience Act (CRA) zou zijn. De wet had er bijna voor gezorgd dat gevalideerde open source componenten niet meer gebruikt konden worden zonder hiermee de dikwijls onbezoldigde makers van deze componenten een financiële strop te bezorgen. Gelukkig is dit op het nippertje voorkomen en sindsdien zoekt de Europese Commissie bewust het contact op met de internationale open source gemeenschap. Ook voor grote internationale organisaties zoals de Verenigde Naties is dat inmiddels gebruikelijk.

Lees ook:

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren