Markt en overheid
Artikel

Nederland moet pijn lijden voor soevereiniteit

Wladimir Mufty, Marriëtte van Huijstee en Ludo Baauw tijdens het symposium ‘Digitale Autonomie van de Nederlandse overheid’. beeld: studio arash
Wladimir Mufty, Marriëtte van Huijstee en Ludo Baauw tijdens het symposium ‘Digitale Autonomie van de Nederlandse overheid’. | Beeld: Studio Arash

De Nederlandse overheid staat voor een cruciale, maar pijnlijke keuze: vasthouden aan gemak en kostenbesparing, of kiezen voor digitale autonomie, zelfs als dat betekent dat er functionaliteit moet worden ingeleverd en extra kosten moeten worden gemaakt.

Tijdens een symposium ter voorbereiding op de NAVO-top van 24 juni, getiteld ‘Digitale Autonomie van de Nederlandse overheid’, waren experts het erover eens: echte digitale onafhankelijkheid is niet makkelijk en vraagt om harde keuzes. De veranderende geopolitieke verhoudingen, met name sinds Donald Trump het Witte Huis bewoont, maken de afhankelijkheid van Amerikaanse technologie een steeds grotere kwetsbaarheid.

Afhankelijkheid werd kwetsbaarheid

Dennis Broeders, hoogleraar Global Security and Technology aan de Universiteit Leiden, opende het symposium met een heldere constatering: de relatie tussen Europa en de Verenigde Staten is drastisch veranderd. Wat voorheen jarenlang als een gegeven werd beschouwd – de afhankelijkheid van Amerikaanse technologie – wordt nu steeds meer gezien als een strategische zwakte. ‘Kantoorsoftware geldt sinds Trump dreigt met handelstarieven voor Europa ineens als een wapen’, aldus Broeders. ‘Het vraagstuk is sindsdien urgenter, maar zeker niet makkelijker geworden. Deze middag zal laten zien dat de uitdaging complex en duur is.’
Deze urgentie is niet langer puur hypothetisch, benadrukt Marriëtte van Huijstee van het Rathenau Instituut. ‘Als het misgaat wil je wel ergens op kunnen terugvallen. Nu Trump aan de knoppen draait in de VS is die situatie niet meer puur hypothetisch. Onze overheid kan met één druk op de knop ontzettend worden ontwricht.’ Voor Van Huijstee is de keuze voor autonomie een principiële. Als de Nederlandse overheid echt werk wil maken van digitale soevereiniteit, moet die eis bovenaan de lijst staan bij de inkoop van nieuwe technologie. ‘Dat kan mogelijk betekenen dat we functionaliteit inleveren en meer kosten moeten maken.’ Naast America First klinkt dus ook steeds vaker ‘Europe First’.

Nederlandse cloudcapaciteit

Ludo Baauw, oprichter en CEO van Intermax, een Nederlandse speler in de cloudsector, trapte de discussie af met een optimistische noot over de capaciteiten van de Nederlandse cloudsector. Volgens Baauw, die namens de sector meeschreef aan de position paper voor de Tweede Kamer en het rapport ‘Wolken aan de Horizon’, is er de laatste tijd veel meer interesse in Nederlandse en Europese cloudoplossingen. ‘Onze oranje vriend in het Witte Huis heeft ons daarbij enorm geholpen’, grapt hij, verwijzend naar de onbedoelde stimulans die Trumps beleid heeft gegeven aan de zoektocht naar alternatieven.

Kantoorsoftware geldt sinds Trump dreigt met handelstarieven voor Europa ineens als wen wapen.

Wat kosten betreft, zou de overstap naar een Europese partij volgens Baauw wel eens mee kunnen vallen. ‘De Amerikaanse cloud is namelijk hartstikke duur.’ De grootste belemmering lijkt niet financieel, maar eerder een kwestie van gemak en luiheid. ‘Digitaal autonoom worden gaat echt heel veel pijn doen. De knopjes staan ineens op andere plekken, ambtenaren moeten worden omgeschoold. Daar is allemaal geen tijd voor, roepen organisaties dan. Ik vind dat we in Nederland erg lui zijn. Ik hoor ambtenaren regelmatig verzuchten dat een overstap naar een soevereine cloud veel te veel werk gaat kosten.’

Nederland heeft jarenlang geslapen

Baauw vreest dat Nederland dertig jaar lang heeft “geslapen’. Waar landen als Frankrijk en Duitsland hun overheidsdata veel meer in eigen handen hebben gehouden, was Nederland gemakzuchtig. Hoewel Europese aanbestedingsregels uitsluiting op basis van het land van herkomst verbieden, hebben andere landen bewezen dat dit geen onoverkomelijk obstakel hoeft te zijn. ‘Zij hebben nu een grote, volwassen cloudindustrie.’ Baauw vreest dat een compelling event nodig is om organisaties echt tot actie te dwingen. ‘Ik maak me daar wel zorgen over. Ik denk nu: begin nu in elk geval met de meest cruciale data over te zetten voordat het echt misgaat.’

Encryptie is niet genoeg

Een cruciale vraag uit het publiek betrof de rol van end-to-end beveiliging en encryptie. Is dit niet voldoende om digitale autonomie te waarborgen? Wladimir Mufty van SURF nuanceerde dit standpunt: ‘Deels wel. Je kunt alle data encrypten en dichtdoen, maar als de machine in de VS uitgaat, kun je niet meer inloggen in je applicaties. Het staat op een plek waar je niet bij kan. Niemand kan erin kijken, maar je kunt er zelf ook niet meer in.’ Dit onderstreept dat de fysieke locatie van data wel degelijk cruciaal is. Het is dus niet alleen een kwestie van wie erbij kan, maar ook van wie de controle heeft over de infrastructuur. De consensus onder de aanwezigen was duidelijk: de noodzaak om ‘pijn te lijden’ voor digitale autonomie wordt breed gedeeld.

Van openheid naar verslaving

Ludo Baauw schetste een historisch perspectief: ‘Vroeger was het internet helemaal open en bij wijze van spreken kende ik iedereen die erop zat. Zo is internet geboren. Toen hebben Amerikanen het een beetje gekaapt, gebruikers op het platform verslaafd gemaakt, zoals ook Coca-Cola dat ook ooit deed met heel veel suiker. Daar zijn zij nu eenmaal veel beter dan wij.’ De metafoor van Coca-Cola, mogelijk ingegeven door de flesjes die bij de ingang van het symposium werden uitgedeeld, weerspiegelt de kritiek dat Amerikaanse tech­giganten op slinkse wijze Europese gebruikers aan hun platforms binden.

Essentieel is dat er een alternatief is voor als het misgaat. ‘Alleen wet- en regelgeving is niet voldoende; diversificatie is cruciaal om dit te laten slagen.

Baauw hekelde ook de ondoorzichtigheid rondom de uitgaven van de overheid aan Amerikaanse techbedrijven. ‘Niemand weet hoeveel de overheid besteedt bij Microsoft. Het gaat over miljarden. En hoeveel belasting wordt erover betaald in Nederland? Nul euro.’ Volgens Baauw zou aanbesteden in Nederland enorme belastingopbrengsten met zich mee kunnen brengen. ‘Alles wat alleen al wordt afgedragen aan loonbelasting komt weer terug bij onze overheid.’

Prioriteren

De schaal van de uitdaging is groot. Als de overheid morgen belt met ‘ik wil alle data bij je brengen’, dan denk ik: dat kan helemaal niet.’ Het advies van Baauw? Beginnen met medische dossiers, economische info, et cetera op te slaan op eigen servers. ‘Als je dat doet, kun je iets meer autonoom worden. Dit creëert ook een betere onderhandelingspositie met techgiganten. Je moet gaan prioriteren dus en zo beginnen en dan stapje voor stapje.’
Mufty voegt daaraan toe dat Big Tech zelf ook slachtoffer is van hun eigen regering en niet van deze situatie houden. ‘Zij willen ook het liefst een stabiele situatie. We moeten dus vooral meer naar onszelf kijken, naar wat wij kunnen doen om dat te bereiken.’

Meer dan zelfredzaamheid

Van Huijstee benadrukt dat digitale autonomie niet betekent dat Nederland volledig Amerikaans-vrij moet zijn, maar wel dat het op eigen benen moet kunnen staan. ‘Dat op eigen benen staan hoef je niet in één keer te kunnen. Je kunt bij wijze van spreken ook op één been staan en een stok erbij houden.’ Een schokkend feit dat Van Huijstee benoemde, was dat uit recent onderzoek bleek dat 30 procent van de Nederlandse organisaties niet kon aangeven waar hun data staan.
Essentieel is dat er een alternatief is voor als het misgaat. ‘Alleen wet- en regelgeving is niet voldoende; diversificatie is cruciaal om dit te laten slagen.’
Baauw concludeert dat het gesprek over digitale autonomie en de cloud een breder publiek moet bereiken. Hij prijst de rol van televisieprogramma’s die het onderwerp op de kaart hebben gezet zoals die van Arjen Lubach: ‘Lubach helpt enorm, zelfs mijn moeder snapt het probleem nu.’ Een andere noodzakelijke stap is dat het probleem ook bij bestuurders aan tafel wordt besproken.

De weg vooruit

De consensus tijdens het symposium was duidelijk: het versterken van digitale autonomie is geen gemakkelijke opgave, en het zal onvermijdelijk pijn doen in de vorm van extra kosten, aanpassingen van processen en het omgaan met een mogelijk verminderde functionaliteit.
De experts riepen de Nederlandse overheid op om autonomie niet langer als een optionele waarde te zien, maar als een absolute vereiste bij alle toekomstige IT-aanbestedingen. Dit vraagt om een mentaliteitsverandering binnen overheidsorganisaties, waarbij gemak en de laagste prijs niet langer de doorslaggevende factoren zijn. De Nederlandse cloudsector staat klaar om een grotere rol te spelen, en de technologie is er. De vraag is nu vooral of de Nederlandse overheid de moed heeft om de pijn te lijden die nodig is voor ware digitale soevereiniteit.

Road to Summit

Highberg, Red Plume en de Universiteit Leiden organiseerden dit symposium in het kader van de Road to Summit, een initiatief van de Gemeente Den Haag met activiteiten rondom Vrede en Recht richting de NAVO-top.

Dit artikel werd ook gepubliceerd in iBestuur Magazine #55 van juni 2025
Nog geen (gratis) abonnement? Klik HIER

Lees ook:

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren