De Nederlandse roboticasector ontwikkelt zich snel en heeft een sterke koepelorganisatie nodig die krachten bundelt en Nederland opstoot in de vaart der volkeren. RoboNed wil zichzelf transformeren in zo’n organisatie.
Een robot uit het Delftse RoboValley-filmpje
Vorige maand vertoonde de Delftse robotica-hoogleraar Martijn Wisse op het iBestuur congres trots een kek promotiefilmpje waarin de TU Delft zich presenteert als het hart van RoboValley. RoboValley is de naam waaronder de universiteit regionale krachten bundelt om de concurrentie aan te gaan met andere roboticahotspots op de wereld. “Wij moeten de leiding nemen op het gebied van robotica, anders trekken Silicon Valley, Japan en Duitsland alles naar zich toe en zijn wij alleen maar gebruiker”, zo hield Wisse zijn gehoor voor. Hij riep de deelnemers aan het congres op om TU Delft te helpen bij verwezenlijking van haar ambities.
Arrogantie
“Ik ken het filmpje. Mooi filmpje, maar niet helemaal slim”, zegt zijn Eindhovense vakgenoot Maarten Steinbuch. “Er wordt gesuggereerd dat Delft het brandpunt is van de Nederlandse robotica. Het is een beetje opgeklopt door de arrogantie van de oudste technische universiteit. In Enschede, Wageningen en Eindhoven gebeurt ook heel veel op dit gebied. Tot aan robotethiek en rechten voor robots toe. De Nederlandse universiteiten doen niet onder voor elkaar. En wij zijn nog altijd wereldkampioen robotvoetbal.”
De vraag rijst of het niet veel strategischer zou zijn als de Nederlandse universiteiten samen de wereldmarkt zouden bestormen. Er is een organisatie die daarin een rol als samenbinder zou kunnen spelen: de stichting RoboNed, het landelijke roboticaplatform voor kennisinstellingen, bedrijven en maatschappelijke organisaties, dat zich juist met strategie bezighoudt. De organisatie, die inmiddels ruim vijf jaar bestaat, is volgens woordvoerder Pierre Morin toe aan een nieuwe fase in haar bestaan. Morin zit namens de Stichting Toekomstbeeld der Techniek – leverancier van toekomstverkenningen op het snijvlak van technologie en samenleving – in het bestuur van RoboNed. De roadmap die de stichting een paar jaar geleden uitbracht, komt anno 2106 al gedateerd over. Er wordt nu hard gewerkt aan een vernieuwde roadmap.
Internationale profilering
Morin: “RoboNed heeft veel verkennend werk verricht, maar moet nu meer naar buiten treden. De maatschappelijke context betrekken bij de robotica.” Een van de grootste verdiensten van Roboned is de Dutch Robotica Inventory, een omvangrijk overzicht dat de roboticawereld met alle namen en rugnummers ontsluit voor iedereen die geïnteresseerd is. Daarvan verschijnt binnenkort ook een nog uitgebreidere update, compleet met alle startups en studies op het gebied van robotica. RoboNed heeft, aldus Morin, behalve aan een nieuwe koers ook een nieuw elan en een nieuwe kapitein nodig. “Een nieuw kopstuk waar de universiteiten zichzelf herkennen.”
RoboNed moet nu meer naar buiten treden
RoboNed wil meer dan voorheen een koepelorganisatie zijn en nadrukkelijk ‘een concrete rol spelen in het publieke debat over robotisering; RoboNED zal daarin ook een maatschappelijke adviesfunctie invullen’, zo staat te lezen in een recent perscommuniqué. En meer: bevordering van innovatie-ecosystemen, een interdisciplinaire benadering van robotica, een makelaarsfunctie vervullen, ontwikkeling van nieuwe verdienmodellen en… internationale profilering.
Gouden bergen
Het Delftse promofilmpje was volgens Martijn Wisse toch vooral nodig om samenhang te brengen in de ambities van de TU, de eigen identiteit eens goed neer te zetten en nieuwe onderzoekers aan te trekken. Maar RoboValley wordt wat hem betreft de naam voor alle Nederlandse initiatieven tezamen. “Wij hebben als TU Delft wel iets te weinig bijgedragen aan de nationale agenda, en dat komt vooral doordat we zo druk zijn met onderwijs. Dit jaar hebben we 1000 eerstejaars”, aldus de Delftse hoogleraar.
“We doen het heel goed als onderzoekende natie en het zou mooi zijn als de overheid kopschuwe investeerders over de brug helpt door zelf ook te investeren in robotica. Robotica kan een ongekende productiviteitswinst brengen én – niet te vergeten – een ongekende welzijnsverhoging.” Over vernietiging van werkgelegenheid maakt Wisse zich geen grote zorgen. “De beroepsbevolking slinkt in rap tempo de komende decennia. Er zullen natuurlijk mensen tussen wal en schip vallen, maar dat gebeurt bij elke technische vernieuwing. En vergeet niet dat de welvaart sterk zal stijgen en daarmee de verdeling van welvaart gemakkelijker wordt. Gouden bergen? Ik denk dat ze bestaan.”