Je bent systeembeheerder van een grote landelijke organisatie en onder werktijd ben je ook bezig met het virtueel delven van bitcoins. Reden voor ontslag op staande voet?
Cryptovaluta minen onder werktijd van je baas: dat is natuurlijk vragen om problemen. Maar is het reden voor ontslag op staande voet? De kantonrechter van Midden-Nederland concludeert in een interessante uitspraak van niet. Saillant detail: de werknemer in kwestie was systeembeheerder.
Wat was er precies aan de hand? De werkgever is een landelijke organisatie met ervaring op het gebied van schuldhulpverlening en insolventie, een organisatie die mensen met schulden helpt bij het vinden van een oplossing voor hun problematiek. De werknemer was systeembeheerder.
De systeembeheerder heeft op enig moment – zo staat in het vonnis – “een zogenaamde bitcoinmachine geïnstalleerd in een serverkast in de vestiging van de werkgever”, waarmee hij virtueel bitcoins kon delven. Het delven vond plaats via het wifinetwerk van de werkgever. Na ontdekking is de systeembeheerder op staande voet ontslagen. De ontslagbrief vermeldt letterlijk: “(…) dat u onze computersystemen niet alleen gebruikt heeft voor bedrijfsdoeleinden, maar ook voor privé doeleinden. Het betreft niet een eenmalig incidenteel gebruik, maar grootschalig gebruik voor het maken en handelen in zogenaamde bitcoins. (…) Met dit gebruik heeft u ons bedrijf niet alleen blootgesteld aan gevaren van buitenaf (…) maar ook diefstal (…). Daarnaast bent u werkzaam als systeembeheerder. Met het gebruik is door u misbruik gemaakt van uw positie binnen de onderneming, waardoor het vertrouwen in u onherstelbaar is geschaad.”
De kantonrechter stelt dat de vraag is of het zonder toestemming en heimelijk plaatsen van de bitcoinmachine een dringende reden voor ontslag op staande voet oplevert. De beoordeling vindt plaats – zo stelt de kantonrechter – aan de hand van hetgeen in de ontslagbrief is vermeld.
De kantonrechter is allereerst niet overtuigd van het feit dat de systeembeheerder het bedrijf heeft blootgesteld aan gevaren van buitenaf: “[de systeembeheerder] heeft uitgelegd dat de bitcoinmachine los van het bedrijfsnetwerk stond en de bedrijfsvoering van [verweerster] niet kon schaden. Het apparaat was weliswaar op het wifinetwerk van [verweerster] aangesloten, maar dit netwerk is door de hardwarematige firewall niet gekoppeld aan het bedrijfsnetwerk dat operationeel door [verweerster] wordt gebruikt. Het apparaat stond ook niet altijd aan.” De rechter oordeelt daarom dat de werkgever onvoldoende heeft onderbouwd dat er concrete gevaren waren. Hetzelfde lot is de gestelde diefstal beschoren. De rechter oordeelt hier zelfs letterlijk dat de werkgever qua berekening van de energiekosten “te kort door de bocht” gaat.
Dan komt de kantonrechter op ‘het zwaartepunt’ van deze kwestie: het gebrek aan vertrouwen. De werkgever stelt, in mijn ogen terecht, dat zij volledig wil kunnen vertrouwen op een systeembeheerder en van iemand met een dergelijke functie moet kunnen verwachten dat hij volledig integer handelt. De kantonrechter deelt met de werkgever dat je van een systeembeheerder moet kunnen verwachten dat hij integer en betrouwbaar is. Het plaatsen van een bitcoinmachine bij de baas voor eigen gebruik valt daar volgens de kantonrechter niet onder. Maar de kantonrechter laat zwaar meewegen dat de systeembeheerder nooit eerder dergelijk gedrag heeft getoond, zijn functie kennelijk jaren naar tevredenheid heeft vervuld en dat niet gebleken is dat zijn werkzaamheden er onder hebben geleden. Kortom, de werkgever had volgens de kantonrechter moeten volstaan met een minder zware sanctie.
Mijn visie
Naar mijn smaak wordt de werkgever procesrechtelijk wel behoorlijk hard aangepakt. De gevaren van buitenaf en de verhoogde energiekosten zijn onvoldoende duidelijk gemaakt, vindt de rechter. Terwijl bekend is dat het minen van bitcoins een flinke energievreter is. Het criterium zou mijns inziens niet moeten zijn of die gevaren hebben plaatsgevonden, maar het door de systeembeheerder willens en wetens op de koop toenemen van die gevaren – terwijl je verantwoordelijkheid als systeembeheerder nu juist het welzijn en veilig functioneren van die systemen is. Dat zou hier wat mij betreft zwaarder mogen wegen dan de impact van een ontslag op staand voet. De gevolgen voor de werkgever zijn extra zuur. Want als gevolg van het onregelmatige ontslag, dient te werkgever de ex-systeembeheerder ook nog eens ruim 25.000 euro te betalen. Je krijgt bijna het gevoel dat de betreffende systeembeheerder er nog een paar extra bitcoins aan heeft verdiend. Dat is dan toch een beetje de wereld op z’n kop.
Menno Weij is advocaat bij SOLV
eens met jouw mening!
“Cryptovaluta minen onder werktijd van je baas” klinkt natuurlijk heel pikant, maar is hier nauwelijks relevant.
Dat de bewuste systeembeheerder op zich voldoende aanleiding gaf voor ontslag lijkt wel duidelijk. Maar (ook) hier blijkt dat ontslag op staande voet wel héél goed onderbouwd moet worden. En dat werd hier door de werkgever niet gedaan.
“Terwijl bekend is dat het minen van bitcoins een flinke energievreter is.” is om dezelfde reden onvoldoende onderbouwing voor staande voet.
De werkgever had er wellicht goed aan gedaan externe expertise in te schakelen in plaats van (kennelijk) zélf onderzoek te doen.
Volgens de huidige stand der techniek is het minen van cryptovaluta door particulieren immers niet rendabel. Oók niet als de energierekening door een ander wordt betaald.
Een snelle inventarisatie van de miningmachine zou best eens kunnen hebben uitwijzen dat sprake was van een hobbymachine. En met wat verder onderzoek zou het energieverbruik en wellicht ook een eventuele opbrengst te achterhalen zijn geweest.
Al met al lijkt sprake van ‘hobbyisme in tijd en op kosten van de baas’. Dat is wellicht aanleiding voor ontslag, maar niet op staande voet.