“Hoe groter het project , hoe langer het duurt voor iets wordt opgeleverd dat bruikbaar is,” stelt Hans van Krevel, CTO bij ICT-leverancier You-Get Hyperautomation, dat onderdeel is van de ilionx Groep bv. ‘Denk groot, maar begin vooral klein’ is zijn adagium. Liever een aaneenschakeling van projecten van maximaal 8 weken lang, met werk in sprints van 2 weken, tot een eerste prototype of ‘minimal viable product’ (MVP) klaar is.
Het is de manier waarop startups werken: geen softwareontwikkeling via jarenlange programma’s of aanbestedingen om complexe problemen op te lossen. Het doel mag wel heel erg groot zijn, maar de stappen ernaar toe zijn klein en snel.
Voorbeeld: UWV’s Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW)
Gevraagd naar een voorbeeld van een MVP, vertelde Van Krevel over het systeem dat UWV in zeer korte tijd bouwde om de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) uit te kunnen voeren tijdens de pandemie. In eerste instantie kon het alleen aanvragen ontvangen, maar dat was voldoende om de eerste nood te ledigen. Elke twee weken kwam er functionaliteit bij. Elke twee weken werd getoetst bij de opdrachtgever of dit nog steeds was wat die wilde.
Niemand kan alles
“Stop dus enorme programmatische aanbestedingen,” zei Van Krevel. “Stop met vragen naar partijen die alles kunnen. Die zijn er niet. Maak een ecosysteem, koppel kleine partijen aan elkaar en neem als overheid de regie.” Dit voorkomt ook vendor lock-in. “Het grote doel is de stip op de horizon. Leg die vast, maar niet de weg ernaartoe. Werk wel met tussentijdse resultaatverplichte leveringsopdrachten, want we zijn niet in de speeltuin.”
Aanbeveling op uitvoering
Een andere aanbeveling was het werken met standaard softwareonderdelen. “Stop met het uitvinden van het wiel. Werk met afgesproken en vastgelegde standaarden. Vijfennegentig procent van de startups maakt veelvuldig gebruik van standaard softwareonderdelen,” aldus Hans van Krevel. Vervolgens sloot Marcel Reuvers aan, senior adviseur strategie en beleid bij het het Kadaster. Hij benadrukte dat de overheid niet alles zelf moet willen doen en ook het Kadaster heeft dat geleerd.
Data bij de bron
Sinds 2020 stelt deze beheerder van openbare registers ICT niet meer centraal maar de data. “Dan krijg je een ander ICT-landschap,” zei Reuvers. Het Kadaster redeneert nu vanuit een bedrijf of een gebouw of een adres. ”BAG, BRT, WOZ* en de Kadastrale Kaart zijn registers die allemaal informatie over een gebouw bevatten, maar allemaal in een andere context. De data zijn allemaal correct, maar geven afzonderlijk een ander beeld van hetzelfde object. We willen de context gaan vastleggen.”
Het Kadaster is meer gaan werken met data uit de bron, die zijn altijd actueel. “We zijn intern gestopt met het kopiëren van data en stimuleren ook afnemers om data uit de bron af te nemen,” zei Reuvers. Daarvoor heeft het Kadaster meerdere API’s ontwikkeld, koppelingen die de data ontsluiten naar externe toepassingen. Zoals het koopsom-API en de ‘staat uw huis onder zeespiegel-API’.
“Denk groot, start klein,” zegt ook Reuvers. “Maak gebruik van wat er is. Haal data bij organisaties die een goede SLA hebben, zoals PDOK of Haal Centraal. Start met microservices. Het hele ICT-landschap wordt er beter van.”
govtechday 2023
GovTech zijn maatschappelijk-technische oplossingen voor de customer journey van burgers en bedrijven bij de overheid. Op 9 juni 2023 organiseerde iBestuur de eerste GovTechDay bij de TU Delft, met het doel de spelers vanuit de markt, de overheid en de wetenschap bij elkaar te brengen en zo innovatie te stimuleren.
Lees meer op de projectpagina GovTechDay – iBestuur