Grote datalekken, online privacyschendingen en nieuwsmanipulatie volgen elkaar in snel tempo op. Toch staat digitalisering opvallend laag op de politieke agenda en is het vaak onduidelijk wat de visie van politieke partijen op dit onderwerp is. De Technologie Kieswijzer heeft hier verandering in gebracht. Uit de resultaten komen verrassende en politiek bruikbare inzichten.
Beeld: Shutterstock/iBestuur
Ondanks de verregaande gevolgen van de vaak ondoordachte inzet van digitale technologieën, komen onderwerpen als online privacy en cybersecurity in de meeste partijprogramma’s nauwelijks aan bod. De begrippen worden her en der wel genoemd, maar aan echt concrete plannen ontbreekt het bij de meeste politieke partijen. Het is daarom cruciaal dat er in de Tweede Kamer meer aandacht wordt besteed aan de impact van digitale technologieën op onze samenleving. Hoe willen politieke partijen onze online privacy bevorderen? En de digitale weerbaarheid van ons land versterken? Om dit in kaart te brengen ontwikkelde ik namens Stichting Toekomstbeeld der Techniek (STT) de Technologie Kieswijzer. Door 17 techgerelateerde vraagstellingen te beantwoorden (met ieder 5 antwoordopties), kwamen mensen erachter welke politieke partijen het best opkomen voor hun belangen. Onderwerpen die aanbod kwamen zijn onder andere fake news, digitale inclusie en de macht van Big Tech.
Kieswijzer laat opvallende ‘gaps’ zien
Doordat de content van deze kieswijzer onafhankelijk van politieke partijen is samengesteld, komt het voor dat niet alle antwoorden worden vertegenwoordigd door een politieke partij. Terwijl bij sommige thema’s deze ‘onvertegenwoordigde antwoorden’ juist de meest gekozen standpunten door burgers zijn. Hier ontstaan dus interessante ‘gaps’. Waar liggen de standpunten het verst uiteen tussen politieke partijen en gebruikers van de kieswijzer?
De meest opvallende gap is zichtbaar bij de democratie. Geen enkele politieke partij pleit ervoor dat technologie wordt ingezet bij politieke besluiten, waardoor de input van experts en wetenschappers meer zou worden meegewogen. Een meerderheid van de 30.000 gebruikers van de Technologie Kieswijzer wil daarentegen juist wel dat de input van experts en wetenschappers wordt meegewogen in politieke besluiten. Ook in de verhouding tussen overheid en burgers ontstaat meer inzicht. Bij veel partijen is ‘burgerinspraak’ een populair standpunt. Opvallend genoeg hechten gebruikers hier opvallend weinig waarde aan. Standpunten die gaan over meer inspraak voor burgers bij beleidsvraagstukken, meer burgerparticipatie en een meer directe democratie, worden in verhouding erg weinig gekozen.
Voldoende kennis van ICT en digitalisering is een heikel punt in de Tweede Kamer. Dat is geen geheim. Technologie is een complexe portefeuille, die vooral de aandacht trekt als het misgaat. Partijen zien verbetering vooral in het versterken van nationale toezichthouders (zoals de Autoriteit Persoonsgegevens). Dus niet zozeer meer verantwoordelijkheid voor de overheid, maar eerder ‘outsourcing’. De meeste gebruikers van de Technologie Kieswijzer willen liever dat de politiek zelf ‘het oplost’. Zij kiezen juist voor interne oplossingen, zoals meer digitaalvaardige politici én een minister van Digitale Zaken.
Inspraak versus inzicht
30.000 is een hele mooie dataset, maar is niet per definitie representatief voor ‘de gemiddelde Nederlander’. Om de data te verrijken is er binnen de Technologie Kieswijzer een ‘Over jou’ pagina opgenomen, waar gebruikers is gevraagd naar leeftijd, geslacht, opleidingsniveau en provincie. Dankzij de verzameling van deze geanonimiseerde gegevens hebben we een beter beeld van wie de gebruikers van de kieswijzer zijn. Kijkend naar de verdeling van deze gegevens valt het op dat het stereotype in relatie tot de techindustrie wordt bevestigd: de gebruikers van de Technologie Kieswijzer zijn in verhouding vaker theoretisch opgeleid dan praktisch opgeleid, en vaker mannen dan vrouwen (of gebruikers die voor ‘anders’ kozen). We kunnen dus geen representatieve uitspraken doen over wat Nederlanders over het algemeen willen. Daarbij is het merendeel van de gebruikers van de Technologie Kieswijzer bovengemiddeld geïnteresseerd in technologie en politiek. Maar aangezien deze sample bias binnen de verschillende groepen gelijk is, kunnen we wel uitspraken doen over de verschillen tússen de groepen.
Met name leeftijd blijkt een belangrijke rol te spelen bij de gekozen antwoorden. Uit verdiepende analyses blijkt dat jongeren (tot en met 35 jaar) in verhouding vaker kiezen voor standpunten op het gebied van meer inzicht en transparantie. Denk aan het stimuleren van digitaal burgerschap in het onderwijs, meer transparantie bij politieke advertenties en meer mediawijsheid ten aanzien van desinformatie. Ouderen (vanaf 36 jaar) kiezen in verhouding juist vaker voor standpunten op het gebied van meer burgerinspraak. Je kunt dus stellen dat ouderen vooral meer inspraak willen en jongeren meer inzicht. Dit wordt versterkt door het feit dat de democratie als belangrijk thema bij jongeren relatief laag scoort (plek 10) en bij ouderen juist opvallend hoog (in de leeftijd vanaf 68 jaar zelfs op plek 1). Een omgekeerd inzicht zie je bij nepnieuws. Bij jongeren scoort nepnieuws als thema vrij hoog (plek 4), terwijl dit bij ouderen juist laag scoort (plek 9).
Kiezen voor gemak
Gebruikers van de Technologie Kieswijzer geven vooral de voorkeur aan technologieën die het leven efficiënter en gemakkelijker maken. Zoals kortere wachttijden en lagere kosten. De meerderheid van de gebruikers verkiest deze optie zelfs bóven het vergroten van de inspraak en participatie bij overheidsbesluiten. Hieruit blijkt een vorm van ‘technology push’: laten we technologie vooral inzetten om het leven gemakkelijker te maken voor onszelf. Koren op de molen van de grote techbedrijven dus.
De invloed van technologie lijken we schouderophalend te accepteren. Net zoals we de algemene voorwaarden van mobiele applicaties accepteren, zonder deze daadwerkelijk te lezen. Techgiganten worden aan de lopende band aangeklaagd en bijna dagelijks komen schandalen aan het licht. Denk bijvoorbeeld aan het datalek bij de GGD, waarbij de privégegevens van miljoenen Nederlanders illegaal op internet werden verhandeld. Of het lek bij Facebook waarbij de gegevens van 533 miljoen gebruikers ‘gratis’ online werden gezet. Een fundamentele inbreuk op onze privacy, zou je zeggen. ‘Ik heb toch niets te verbergen’, is nog steeds een veelgehoorde reactie. Het is daarom hoog tijd dat de overheid meer verantwoordelijkheid neemt om de negatieve impact van digitale technologieën op de samenleving te beperken. De resultaten geven duidelijke signalen af voor de politiek: technologie hoort thuis op de formatietafel en moet een veel serieuzere aanpak krijgen.
De invloed van technologie lijken we schouderophalend te accepteren.
Vervolgonderzoek
Gezien het succes van de Technologie Kieswijzer (zowel in het aantal gebruikers, als in de relevantie van de resultaten) worden de inzichten uit de Technologie Kieswijzer verwerkt in het verdere onderzoek naar de impact van technologie op de toekomst van de democratie. Uit de analyses van de Technologie Kieswijzer blijkt dat met name desinformatie wordt gezien als een grote bedreiging voor onze democratie. Om digitale inmenging bij verkiezingen te beperken is het tegengaan van de grootschalige verspreiding van desinformatie het meest gekozen antwoord. In de volgende fase gaan we in dit kader mogelijke oplossingsrichtingen verkennen. Denk aan een experiment, prototype, of andere creatieve uiting.
Wij hopen dat politieke partijen over vier of acht jaar meer technologische kennis in huis hebben en echt een visie op dit gebied uitdragen. Als dat bereikt is, dan is onze Kieswijzer misschien niet meer nodig. Het is hoog tijd voor die verandering.