Estse premier pleit voor ’trusted connectivity’

Premier Kaja Kallas van Estland tijdens de digitale top waar de frontrunners of digital nations hun ideeën over de kansen van de digitale transformatie uitwisselden.

“Aan alle goede dingen komt een eind”, hield Kaja Kallas haar gehoor voor in de Tallinn Creative Hub. “Het gecombineerde geopolitieke gewicht van de democratieën daalt en we zien een verschuiving in de balans. Jaar na jaar verliezen democratische landen terrein in termen van bruto binnenlands product aan de autocratieën. De internationale orde gebaseerd op openheid, eerlijke concurrentie en transparantie staat onder druk en moet zich snel aanpassen om illiberalisme en protectionisme tegen te gaan.” Dat is volgens de premier de dringende reden om met nieuwe infrastructuur te komen, een digitale infrastructuur welteverstaan. Die is onlosmakelijk verbonden met de bouw, het laten draaien en het beheer van fysieke infrastructuur. Tegelijkertijd vindt Kallas dat niet alleen een taak voor de overheid. “Want we kunnen de ondernemers in de democratische landen danken voor hun innovatie en de voortdurende stijging van onze levensstandaarden.”

Trusted connectivity

Daarom wil ze het idee van trusted connectivity uitbouwen, een kader om internationale infrastructuur te financieren. Dat moeten overheden en private partijen samen doen. Met als ideologische basis democratische waarden als openheid, transparantie en bescherming van individuele rechten. Parallel daaraan moeten data beschermd worden en vrij rond kunnen stromen. De rol van landen ziet ze als beschermer van vertrouwen door goede databescherming van het individu en het bieden van cybersecurity.
Kallas heeft daarvoor vijf actiepunten. Landen en samenwerkings­verbanden als de G7, de EU en de Indo-Pacific Quad (de VS, India, Japan en Australië) en de EU en de VS samen in de Trade and Technology Council (TTC) die in september is opgericht, moeten hun beleid afstemmen op internationale datastromen. Maar ook moeten ze financiering bieden aan grensoverschrijdende digitale en cybersecurityinitiatieven. Bestaande initiatieven moeten een label krijgen, zoals trusted connectivity. Ook moet er een organisatie worden gevonden die de tools voor data-infrastructuur onderhoudt. De OESO zou er een kwaliteitslabel aan moeten hangen van het Blue Dot Network, een netwerk van de 38 rijkste geïndustrialiseerde landen. Overigens is binnen de OESO ook nog niet alles op orde. Sommige landen hebben een breedbanddekking van 80 procent, sommigen net iets boven 0 procent, zei OESO-secretaris-generaal Mathias Cormann in Tallinn.

Datatransfers

Internettoegang is een probleem, werd meermaals gezegd in Tallinn. 3,7 miljard mensen hebben nog geen toegang tot een computer. Tijdens de pandemie werd dat in de EU pijnlijk merkbaar. En ook in de VS, vertelde de Amerikaanse handelsminister Gina Raimondo. “Studenten in gebieden met slechte verbindingen konden geen online onderwijs volgen. Families hadden alleen de dure data van hun mobiele telefoons. Het was voor de regering reden 65 miljard dollar te investeren om miljoenen Amerikanen van breedband te voorzien.”
Volgens Raimondo is breedband slechts een deel van het probleem. Het diepere probleem zit ook in de data. Regeringen hebben die nodig voor opsporingsonderzoek, voor handelsrelaties en stabiliteit op financiële markten om maar wat te noemen, stelde ze. Bedrijven hebben data nodig om te weten wie hun klant is en ze hebben realtime informatie nodig voor hun werk. Volgens Raimondo ligt de oplossing in het aanvaarden van dezelfde principes door landen en regio’s waarin binnenlandse wetten en nationale soevereiniteit van landen worden gerespecteerd. Ook rekent ze erop dat data makkelijker tussen de EU en de VS kunnen stromen door het Privacy Shield Framework, een afspraak tussen de Europese Commissie, Zwitserland en de VS om datatransfers onder de eigen wetgeving mogelijk te maken. Die afspraak is door de Europese rechter nietig verklaard. Ook de Zwitserse databeschermingsautoriteit vond de afspraak niet in overeenstemming met het Zwitserse nationale recht, maar voor de Zwitsers gelden de afspraken wel. Raimondo zei dat ze er vertrouwen in heeft dat met de EU tot goede afspraken gekomen kan worden.

Estland zoekt naar mogelijkheden om de 3,7 miljard mensen zonder computer online te krijgen.

Mensgecentreerd

De Letse Eurocommissaris Valdis Dombrovskis noemde de nieuwe Trade and Technology Council als forum om data­governance te bespreken, maar ook misbruik van nieuwe technologieën en oneerlijke concurrentie, AI, ICT-veiligheid en het internet of things. Ook hij pleit voor een snelle uitrol van nieuwe technologieën als 5G en 6G: met de invoering van 4G was de EU te traag en die fout moet niet opnieuw gemaakt worden.
De president van de Europese Raad, Charles Michel, benadrukte dat de IT van de toekomst mensgecentreerd moet zijn, met respect voor individuele vrijheden. Vertrouwen en transparantie zijn de waarden. Transparantie geldt niet alleen voor persoonlijke data maar ook voor belastingen en de manier waarop algoritmes worden ingezet. Net als Dombrovskis pleit hij voor een snelle uitrol van 5G en daarna 6G. Verder bepleitte hij een stevigere competentie in Europese cybersecurity dat in Europa erg nationaal gericht is, terwijl de aanvallers transnationaal werken. De Europese Unie moet meer inzetten op samenwerking, versterking van nationale capaciteiten en industrieën. Ook moet er geïnvesteerd worden in opleidings- en trainingsprogramma’s in de EU.

Tot slot nog een belangrijke observatie van de nationaal digitaal adviseur van Estland Mart Kaevats. Estland zoekt naar mogelijkheden om de 3,7 miljard mensen zonder computer online te krijgen. Hij wijst er op dat China zonder voorwaarden technologie levert aan bijvoorbeeld Afrikaanse landen. De Europese Unie stelt daarentegen allerlei eisen. “We moeten het makkelijker maken voor die landen, maar wel zonder corruptie en met transparantie.”