Het verbeteren van de gemeentelijke dienstverlening en bedrijfsvoering. Dat is het voornaamste doel van de Taskforce Samen Organiseren. Wat betreft haar voorzitter Irma Woestenberg kan dat alleen als gemeenten veel meer als één branche opereren. “Niet als 380 verschillende organisaties.”
Beeld: Lex Draijer/De Beeldredaktie
Het thema van het VNG Realisatiecongres is ‘Back to the future’: we blikken terug vanuit 2050. Hoe ziet de gemeente er in 2050 uit?
“Ik denk dat er in 2050 nog steeds gemeenten zullen zijn. Omdat je op lokaal niveau beslissingen moet nemen over dingen van algemeen belang en omdat een overheid nou eenmaal diensten moet aanbieden aan inwoners. Veel van die diensten kun je het beste op lokaal niveau beleggen. Ik denk zelfs dat het aanbieden van die diensten op lokaal niveau zal toenemen. Gemeenten zijn als meest nabije overheid de logische partij om inwoners te begeleiden en te ondersteunen. Er zullen altijd mensen zijn die lokaal begeleiding nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze niet uit de voeten kunnen met digitale dienstverlening. Of omdat zij een complexe zorgvraag hebben. Ik denk dat begeleiding van burgers door de Belastingdienst of DUO naar gemeenten zal verschuiven. Er zullen in 2050 wel minder gemeenten zijn, in lijn met de trend die we al een aantal jaren zien.”
“Ik denk ook dat gemeenten in 2050 veel meer zullen opereren als één branche. Dat zij op die onderdelen die voor elke gemeente hetzelfde zijn, zoals de administratieve, beleidsarme delen van medebewindstaken, op dezelfde manier werken. Met gestandaardiseerde diensten, een informatiehuishouding die op elkaar is afgestemd en eenzelfde inrichting van systemen. Misschien hebben gemeenten taken uitbesteed aan centrale instellingen, bijvoorbeeld voor de verstrekking van rijbewijzen. En heeft niet meer elke gemeente zijn eigen rekencentrum, maar zijn er tien rekencentra in het land.”
Wat doet de Taskforce om gemeenten klaar te maken voor die toekomst?
“We kijken niet specifiek naar 2050. Ons voornaamste doel is om de dienstverlening en bedrijfsvoering van gemeenten sterk te verbeteren. Dat kan in onze optiek alleen als we veel meer als één branche opereren. Niet als 380 verschillende organisaties. Daarvoor is het nodig dat we onze informatievoorziening en de neutrale uitvoeringsprocessen, de processen die niet beleidsgevoelig zijn, standaardiseren. Het gaat om processen die in elke gemeente gelijk zijn, zoals die in werk en inkomen en belastingen. Daar zijn we als Taskforce mee bezig. Dat kan nog breder worden, bijvoorbeeld dat we meer samen inkopen. Het hoeven niet per se basisprocessen of informatievoorziening te zijn, maar daar beginnen we wel mee.”
De ambitie om de gemeentelijke informatievoorziening en processen te standaardiseren is niet nieuw. Daar zijn al diverse pogingen toe ondernomen, onder meer door het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING), dat nu VNG Realisatie heet. Waardoor gaat het nu wel lukken?
“Laat ik duidelijk zijn: we werken niet naast, maar met VNG Realisatie. Wij bouwen voort op wat KING ontwikkelde. Dit is een versterking van waar zij al langere tijd mee bezig zijn. De VNG is onze vereniging, VNG Realisatie is ons uitvoeringsapparaat. Wat we nodig hebben, is dat gemeenten actief meedoen in deze ontwikkeling. Want bij gemeenten zit de kennis om tot goede landelijke standaarden te komen. En alleen als gemeenten meedoen ontstaat er voldoende draagvlak en legitimiteit. Dat kan de VNG niet alleen. Daarin moet de Taskforce een belangrijke stuwende kracht zijn: gemeentesecretarissen, samen met de koepels van informatiemanagers, hoofden dienstverlening en ketenpartners. Iedereen moet zich verantwoordelijk voelen dat dit gaat slagen.”
“Samen Organiseren is een netwerksamenwerking en dat is per de nitie kwetsbaar. Daar zijn wij ons zeker van bewust. Het hangt af van personen, van ieders bereidheid om er energie in te steken, van blijven geloven in ons gemeenschappelijke doel. We zijn er nog niet, we beginnen pas. Er moet echt nog veel gebeuren wil ons gedachtegoed bij alle 380 gemeenten landen. Wij geloven dat het gaat lukken, om meerdere redenen.”
“Allereerst zien gemeenten in dat zij hun inwoners en bedrijven individueel niet de digitale dienstverlening kunnen bieden die elders in de samenleving gewoon is. Verder is er bij gemeenten een gedeeld gevoel dat zij het niet langer alleen redden. De samenleving wordt complexer, technologie wordt complexer. De nieuwe privacywetgeving stelt zulke hoge eisen dat gemeenten ook daar moeten samenwerken. We lopen aan tegen de grenzen van onze informatievoorziening, we zijn qua ICT geweldig versnipperd en daar moet echt wat aan gebeuren. Daarnaast is het nu qua bestuur en financiering zo geregeld dat we echt stappen kunnen maken. Met nanciering uit het GGU-fonds (Gezamenlijke Gemeentelijke Uitvoering) komt er structureel geld vrij voor de ontwikkeling van onder meer informatievoorziening. En het College van Dienstverleningszaken kan straks standaarden vaststellen in bijvoorbeeld informatievoorziening en basisprocessen. Het College kan ook bepalen in welke mate en wanneer de standaarden voor gemeenten bindend zijn. Dat kan enorm helpen. Omdat dit zo’n sterk en zelfs verplichtend middel kan zijn, moet er wel een zorgvuldig consultatie- en afwegingsproces aan verbonden worden.”
Waar is de Taskforce op dit moment mee bezig?
“Inhoudelijk gezien zijn dat drie projecten die cruciaal zijn om verregaande samenwerking mogelijk te maken. De eerste is Common Ground: een architectuur voor informatievoorziening die beter is toegerust op de uitwisseling van gegevens. Ook moet deze architectuur snellere innovatie mogelijk maken. Een groep gemeentelijke IT-experts en de VIAG, VNG en IMG100.000+, de koepels van gemeentelijke informatiemanagers, zijn hier mee bezig. De tweede is digitale identiteit. Als we de overheidsdienstverlening verregaand willen digitaliseren, dan hebben we een sterke en veilige digitale identiteit nodig. Die is er nu niet. DigiD kun je gebruiken voor de toegang tot websites, maar je kunt je er niet mee identifceren bij bijvoorbeeld een notaris. Dat moet wel, willen we echt voortgang maken in digitale dienstverlening. Zodat inwoners bijvoorbeeld hun rijbewijs volledig digitaal kunnen aanvragen. Daarmee wordt het ook mogelijk om mensen regie op hun eigen gegevens te geven, waarmee we huidige privacyproblemen kunnen oplossen. De derde inhoudelijke lijn gaat over gemeenschappelijke processen. Momenteel zijn projectgroepen bezig met de standaardisatie van de basisprocessen inkomen, werk, belastingen en Omgevingswet. De groep van vijftien gemeenten die met Wigo4it werkt aan het procesontwerp voor inkomen, GBI, is hier al een tijd mee bezig. Zij laten zien hoe het kan worden: het proces voor het aanvragen van een bijstandsuitkering is geheel opnieuw ontworpen en wordt vertaald in een technische voorziening die inwoners straks veel meer service en digitale mogelijkheden biedt en bovendien voor gemeenten veel ef ciënter is.”
Er zijn nogal wat partijen betrokken bij al deze projecten. Hoe organiseren jullie dat?
“Onze eerste taak is dat we deze projecten van de wal af krijgen, omdat ze nodig zijn om onze ambitie te realiseren. Onze tweede taak is verbinden. Zorgen dat er een sterk netwerk ontstaat van alle gemeenten, de koepelorganisaties en VNG. We doen dat samen met de Vereniging van Gemeentesecretarissen (VGS). Dat netwerk moet ervoor zorgen dat het eigenaarschap echt uit de verf komt, dat dit echt een beweging van ons allemaal wordt. Het gaat ons om inhoud, verbinden en versnellen. Daar heb je nogal wat partijen voor nodig.”
Alleen met een brede betrokkenheid kan deze beweging slagen
“Belangrijk is de verbinding tussen gemeentesecretarissen, hoofden informatievoorziening en hoofden publieksdienstverlening. Daarom werken we in de Taskforce samen met de Vereniging Directeuren Publieksdiensten (VDP), de VIAG en IMG100.000+. Zij hebben diverse projecten opgepakt, zoals Common Ground en digitale identiteit. Als er uit deze samenwerkingen voorzieningen komen die alle gemeenten kunnen gebruiken, is het zaak om deze ontwikkelingen te versnellen. Dat doet het College van Dienstverleningszaken, dat standaarden vaststelt. We moeten er daarnaast voor zorgen dat wat er wordt ontwikkeld, gemakkelijk gebruikt kan worden. Het is onze droom om een soort appstore te bouwen, waar allerlei toepassingen aangeboden worden die gegarandeerd werken op de gemeentelijke infrastructuur, Common Ground. Daar komen toepassingen in die gemeenten ontwikkelen, maar ook toepassingen van leveranciers. De gemeentelijke informatievoorziening wordt daarmee veel exibeler.”
Stel: ik werk bij een gemeente en wij hebben met een groepje buurgemeenten een handige toepassing ontwikkeld. Kan ik die bij jullie aanmelden?
“Als deze toepassing bruikbaar is voor alle gemeenten, geschikt om te gaan draaien op de informatiearchitectuur van Common Ground en jullie bereid zijn om energie te steken in de verdere ontwikkeling: zeker. Het werkt al op deze manier. Zo hebben wij de standaardisatie van de gemeentelijke basisprocessen inkomen (GBI) omarmd, want die bestonden al voordat wij begonnen. We voeren ook gesprekken met bestaande gemeentelijke samenwerkingen, zoals Dimpact, DataLand, Wigo4it en de coöperatie Beware. Als zij de principes van Common Ground overnemen, dan kunnen we een aanzienlijke versnelling bereiken bij de standaardisatie van onze informatievoorziening. We praten met hen ook over beheer, want dat is een vraagstuk dat op ons afkomt na de ontwikkelfase.”
Wat gaan gemeenten dit jaar concreet merken van de activiteiten van de Taskforce?
“Zoals ik al zei bouwen we deels voort op waar VNG Realisatie, het vroegere KING, mee bezig is. Zoals de gezamenlijke inkoop van telefonie. Daar zijn al resultaten behaald. Verder laten we dit jaar met een Proof of Concept zien hoe Common Ground werkt. We hebben onlangs een position paper opgeleverd over digitale identiteit. Dat is een belangrijke mijlpaal, want hier vonden gemeenten elkaar op iets wat voorheen niet lukte. Met de position paper laten we als gemeenten duidelijk zien hoeveel belang wij hechten aan de ontwikkeling van een digitale identiteit. Er staat in wat we willen en wat daarvoor nodig is, zowel technisch als in wetgeving. Dat geeft ons een veel sterkere stem richting de Rijksoverheid. Omdat gemeenten eerder zo versnipperd waren, lukte het niet om dit bij de ministeries op de agenda te krijgen. Nu gaat VNG namens alle gemeenten ermee op pad.”
Een taskforce is meestal tijdelijk. Hoe zit dat met deze Taskforce?
“Ik schat in dat we zeker vier jaar nodig hebben om dit goed van de wal af te krijgen. Er moet nog veel gebeuren bij alle projecten, bij de VNG en bij gemeenten. Een aantal resultaten wordt dit jaar duidelijk, zoals de Proof of Concept van Common Ground, maar veel projecten zijn echt een kwestie van de lange adem. Wij gaan als Taskforce de komende tijd een rondje maken langs alle gemeenten om te vertellen wat Samen Organiseren is en hoe gemeenten zich erbij kunnen aansluiten. Dit moet bij elke gemeente landen. In algemene zin bij de gemeentesecretarissen, de hoofden informatievoorziening en de hoofden dienstverlening. En voor de medebewindstaken bij de hoofden van de inhoudelijke afdelingen, want de business moet het voortouw nemen bij de ontwikkeling van voorzieningen voor de gemeentelijke basisprocessen. Alleen met een brede betrokkenheid kan deze beweging slagen.”