Waardering voor co-creatiepartners
Een aantal gemeenten durft voor hun nieuwe taken in het sociale domein de weg van co-creatie op te gaan. Dat betekent samen met elkaar èn met ICT-leveranciers het informatiseringsvraagstuk invullen. Een spannend en bovendien niet onomstreden traject.
In Nederland steken verschillende gemeenten hun nek uit door te werken aan de inrichting van de informatiepositie en werkprocessen in het sociaal domein. Met stoom en kokend water, want op 1 januari 2015 moeten ondersteunende ICT-systemen zijn ingericht. De versnippering van gebruikte ICT-oplossingen in de ketens en netwerken maakt de informatiseringsopgave complex. De VNG heeft dit risico gezien en de verzamelde gemeenten hebben eind 2013 een wijs besluit genomen. In vijf ‘living labs’ ging een landelijk traject van start om te komen tot schaalbare ICT-oplossingen, in te zetten in de werkprocessen van het sociaal domein.
Inzet en hergebruik van reeds ontwikkelde landelijke en decentrale systemen van vele leveranciers is onontkoombaar. Net als een intensieve samenwerking tussen betrokken (semi)overheden en instellingen. Een nauwe samenwerking met de ICT-bedrijven, gericht op standaardisatie, is nodig. Gelukkig heeft KING inmiddels vele afspraken voor samenwerking met leveranciers gemaakt. Aan de kant van de lokale overheid en instellingen worden de ‘living labs’ ingericht in Zaanstad, Eindhoven, Leeuwarden, Utrecht en Enschede. Die gemeenten zoeken van meet af aan samenwerking met ICT-bedrijven. In de komende maanden komen de resultaten van de vijf labs via KING landelijk beschikbaar.
De start van het living-lab in het oosten van het land heeft geleid tot een aanbesteding. Gezocht: een co-creatiepartner. Enschede, Losser, Dinkelland/Tubbergen, Rijssen-Holten, Zwolle en Apeldoorn (tezamen 545.000 inwoners) werken hierin samen en hebben als één aanbestedende partij een Europese aanbesteding gedaan. Deze is eind januari afgerond. Er waren twaalf inschrijvingen en na een zorgvuldig selectieproces is de positie van co-creatiepartner aan het bedrijf Topicus gegund. Betrokken partijen nemen een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van een aantal modules. Voor het ondersteunen van burgers en hun eigen sociale netwerk; regie houden op de hulpvraag; ondersteuning van sociale teams volgens het principe van ‘één plan, één gezin en één regisseur’ en een goed systeem voor verantwoording van effecten van beleid en geld. De resultaten moeten schaalbaar en flexibel zijn.
De reactie van de ICT-brancheorganisatie op dit oostelijke aanbestedingstraject was, kort samengevat: een voorbeeld van hoe het níet moet. Dit was wel het laatste wat verwacht kon worden van een organisatie die de afgelopen jaren groot pleitbezorger is geweest van co-creatie en precompetitieve samenwerking. Gelukkig gaven de ICT-bedrijven die meededen aan de aanbesteding dit signaal niet. Er is samenwerkingsbereidheid bij leveranciers; in het belang van de mensen. Het delen van kennis is de basis voor de snelle ontwikkeling van innovatieve oplossingen. Petje af voor die bedrijven die co-creatie in het sociaal domein wel aandurven.