Overheid in transitie
Interview

Wat kunnen we verwachten van het Digitale Autonomie Competentiecentrum (DACC)?

Tech-achtergrond in blauw met Europese gele sterren
Beeld: Shutterstock

Een nieuw samenwerkingsverband van kennisinstellingen wil publieke organisaties gaan helpen om hun digitale onafhankelijkheid te vergroten. Wat kunnen we van dit competentiecentrum verwachten? iBestuur sprak met Thijs Turel, een van de initiatiefnemers van DACC, en Ellen Mok, die eerder de Digitale Doetank oprichtte. ‘We zijn op zoek naar de vraagstukken die veel organisaties bezighouden om hiervoor wetenschappelijk onderbouwde instrumenten te ontwikkelen. Je wilt op een gegeven moment kunnen zeggen wat echt werkt en wat mogelijk contraproductief werkt.’

Het centrum is een initiatief van AMS Institute, VNG, Digicampus, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, TU Delft en de Gemeente Amsterdam. Thijs Turel werkt als programmaontwikkelaar bij Amsterdam Institute for Metropolitan Solutions, dat zo’n twaalf jaar geleden, op verzoek van de gemeente Amsterdam door de universiteiten TU Delft, Wageningen en MIT, werd opgericht. ‘Wij helpen de stad Amsterdam met innovatievragen, waarbij we proberen kennis vanuit de wetenschap toe te passen. Ik was al een tijdje bezig met verantwoorde digitale technologie; iets minder dan een jaar geleden begonnen we met het thema digitale autonomie.’

Ellen Mok is als externe kracht aangetrokken bij het Digitale Autonomie Competentiecentrum (DACC). Zij richtte eerder de Digitale Doetank op, een bedrijf dat overheden en bedrijven helpt om meer Europese Technologie in te kopen. ‘Wat wij ontwikkelen met publiek geld stellen we ook ter beschikking aan de maatschappij. Die missie en visie komt heel erg overeen met de kennisdeling van het DACC’, zegt Mok.

Net van start

Het DACC zit nog in de opstartfase. Deze eerste fase markeert wel een belangrijk moment, namelijk de concrete financiering van het competentiecentrum. Een website is er nog niet. ‘Daar zijn we wel mee bezig’, vertelt Turel, ‘maar het is nog even zoeken naar de technologie die we hiervoor willen inzetten. Even snel een plug and play WordPress-oplossing wil je natuurlijk niet, want dan zitten we bij een van de grote IT-bedrijven waar we juist niet afhankelijk van willen zijn.’

Ook voor Turel en Mok is het een zoektocht. Mok lacht: ‘Dan merk je aan den lijve wat organisaties meemaken als ze willen overstappen van Amerikaanse Big Tech-technologie naar de Europese, meer soevereine technologie. Big Tech-technologie is makkelijk om in te komen, dus daar is de weerstand heel laag. Maar als je eruit wilt, wordt de weerstand juist heel groot. En bij Europese partijen zie je dat de weerstand om erin te komen hoog is. Maar als het eenmaal goed georganiseerd is, dan ben je heel flexibel en zijn dingen veel eenvoudiger aan te passen.’

We zijn een volwassenheidsmodel aan het maken. Hiermee kun je processen scoren beoordelen op de mate van digitale soevereiniteit
Thijs Turel
Thijs Turel

Instrumenten

Een aantal instrumenten is in voorbereiding. ‘We zijn bezig met een project dat we de “digitale autonomie prestatieladder” noemen’, vertelt Thijs Turel. ‘Vergelijk het met de CO₂-prestatieladder, of wat je in Albert Heijn ziet, de Nutri-scores. Een sturingsinstrument waarmee je op een eenvoudige manier kunt rapporteren over digitale autonomie. Belangrijk daarbij is dat iedereen dan hetzelfde meet, zodat je kunt zien hoe je er als organisatie voorstaat.’

‘Hiernaast zijn we een volwassenheidsmodel aan het maken. Hiermee kun je processen scoren beoordelen op de mate van digitale soevereiniteit.’ In dit model gaat het onder andere over de mate van kennisborging, de eisen aan leveranciers of mogelijkheden om te wisselen van de een naar de ander. ‘Op basis van de scores kun je dan aangeven waar stappen zitten ter verbetering.’

Ten derde is DACC een onderzoek gestart naar de barrières en manieren om, bijvoorbeeld als gemeenten, samen technologie in te kopen. Turel: ‘De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft onlangs een resolutie aangenomen dat ze 80 procent van de generieke technologie samen willen inkopen. Hoe kunnen ze er nu voor zorgen dat die samenwerking harmonieus verloopt? Hoe kunnen ze dat aan de voorkant goed inrichten met elkaar?’

Problemen in kaart brengen

Het DACC is op zoek naar de overlap in problemen die organisaties ervaren in de ontwikkeling naar meer digitale autonomie. ‘Met het in kaart brengen van de problemen krijg je een goed beeld van de stand van zaken’, aldus Turel. Als voorbeeld noemt hij de inkoop door gemeenten. ‘Je kunt het werk op zo’n manier in de markt zetten dat er maar één of twee partijen op kunnen reageren. Je kunt het ook in kleinere blokjes knippen, zodat er veel meer leveranciers op kunnen intekenen. We zijn nu voor meerdere niveaus in de inkoop aan het kijken wat de geleerde lessen zijn.’

Academische basis

TU Delft is betrokken bij het DACC; hoogleraar GovTech & Innovation Nitesh Bahrosa en professor in ICT & Governance Marijn Jansen worden genoemd. Turel vertelt dat ze meer universiteiten willen gaan aantrekken. DACC wil de ontwikkeling van hun instrumenten baseren op academische kennis. ‘Je moet op een gegeven moment kunnen zeggen wat echt werkt richting digitale autonomie, en welke eigenlijk niet of contraproductief werken.’

We willen die wetenschappelijke kennis naar de maatschappij brengen en de praktijk naar het DACC
Ellen Mok
Ellen Mok

‘We willen die wetenschappelijke kennis naar de maatschappij brengen en de praktijk naar het DACC, dat is ook mijn rol’, zegt Ellen Mok. ‘Vanuit de Digitale Doetank krijg ik vragen naar kennisproducten. Dat zijn vragen en een netwerk die ik mee kan nemen naar het DACC. Ik hoop dat we over een jaar een bibliotheek aan toepasbare kennisproducten hebben. Dat we een startpunt zijn voor organisaties in hun zoektocht naar wat digitale autonomie voor hen betekent. Dat we ze inzichten en tools kunnen aanreiken en ze zelf ook bijdragen aan de verzamelde kennisdeling.’

Autonomywashing

Waar we voor uit moeten kijken is ‘autonomywashing’, waarschuwt Turel. ‘Marktpartijen gaan claimen dat hun oplossing de meest autonome oplossing is.’ Maar ook overheden kunnen aan autonomywashing gaan doen. ‘Ik kan me voorstellen dat het ook voor overheden een belang is om te zeggen dat ze de zaken goed voor elkaar hebben. Ik ben blij dat we met het aantrekken van academische kennis het nodige kritisch vermogen hebben aangehaakt. Dat we bijvoorbeeld kunnen zeggen: ‘Ja, dat stukje van het programma is opgelost, maar je hebt deze stukjes eventjes buiten beschouwing gelaten en daar moet je toch echt ook iets mee doen. Organisaties moeten het hele vraagstuk van digitale autonomie bekijken en zich niet verliezen in de autonomie van één component of stacklaag’, besluit hij.

Lees ook:

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren