Een van de zes “Elias-faalprojecten” is werk.nl van UWV. Maar werk.nl is naast een systeem met problemen ook een goudmijn. Hoe hebben we er met z’n allen al die jaren overheen kunnen kijken?
De eerste vraag bij mijn verhoor door de Tijdelijke Commissie ICT was of het klopte dat ik geen vragen over werk.nl wilde beantwoorden. Helaas, nee. ‘Helaas’, want ik ken werk.nl en de organisatie erachter van vroeger en nu, maar ik sta in een normale leveranciersrelatie met UWV WERKbedrijf.
Als leverancier en adviseur heb ik soms tandenknarsend gekeken naar de verhoren van een ex UWV-medewerker en een UWV-bestuurder. Tandenknarsend, niet omdat wat werd gezegd onwaar was of de gewekte indrukken onjuist, maar omdat het onvolledig was. Ja, de problemen met stabiliteit en performance en de matchfouten zijn fors en de afhankelijkheid van ICT-leveranciers is groot. Maar er is ook een ander verhaal over werk.nl dat het vertellen waard is: een verhaal over een systeem met drie levens.
Werk.nl is een internetproduct waarvan de eerste ontwikkeling plaatsvond rond de millenniumwisseling. Werk.nl is dus als concept stokoud maar was destijds extreem innovatief: internet plus briljante matchsoftware. Wie zijn cv invoerde kreeg passende vacatures en de wie een vacature aanmeldde dito kandidaten. Jammer genoeg werkte het systeem niet goed door slechte basisdata (beroepen, postcodes en dergelijke). En toen die data op orde waren werkte de matching nog niet goed. Ik vroeg naar de werking van matchsoftware en kreeg als antwoord: “Dat kunnen we niet zeggen, want we matchen met fuzzy logic” – een hype van toen. Ja, de ICT-wereld was toen ook al een ’cuckoo’s nest’. De software was briljant dus waarom zou je de klant willen vertellen wáárom werkzoekende X bij vacature Y past? Werkzoekenden moeten niet zeuren maar solliciteren.
Dat het rond werk.nl 1.0 stil bleef was logisch. Het gebruik was geheel vrijblijvend, want de exploitant was het aaibare CWI (oranje logo) en niet het gevreesde UWV (blauw logo) dat over je uitkering ging. Maar in 2009 ging dat CWI op in het UWV. Kort daarna werd besloten om het werk van het voormalige CWI vergaand te automatiseren – op basis van de bestaande systemen, werk.nl niet in de laatste plaats. Zonder die beleidskeuze zou werk.nl nu niet op de “Elias-lijst” staan maar gewoon een van die vele ondermaats functionerende overheidssystemen zijn.
Ondertussen werd werk.nl in 2009 onder UWV vlag technisch herbouwd en uitgebreid met nieuwe diensten. Met die herbouw kwam ook een nieuw paradigma. Werk.nl versie 2.x, het huidige systeem, is niet meer dat magische match-orakel maar een open platform waar werkzoekenden en werkgevers vrijelijk naar elkaar kunnen zoeken. UWV WERKbedrijf dirigeert niet maar faciliteert. Dit is een enorme verbetering die ook meetbaar is in de aantallen tot stand gebrachte matches, nog los van het grotere respect voor de werkzoekende dat uit dit nieuwe paradigma spreekt. De omslag van passief match-object naar actief zoekend subject is niet alleen een enorme verbetering maar symboliseert ook een cultuuromslag. Een oudgediende UWVer verwoorde het ongeveer zo: “Wat we deden werkte niet maar het paste mooi bij de cultuur waaruit we voortkomen: christelijke charitas en socialistisch idealisme. Werk.nl versie 1 vertolkte het welwillende paternalisme dat aan die oude ideologieën eigen is.”
Mooier heb ik het niet horen zeggen. Met de kennis van nu was werk.nl 1.0 een misser. En voor alle duidelijkheid: ikzelf heb dat tussen 2001 en 2005 ook niet ingezien.
Werk.nl 2.x zoals dat nu draait, is prachtig voor het oude CWI maar voldoet niet voor een UWV dat als taak heeft om 90 procent van de werkzoekenden met zogenaamde e-diensten te faciliteren. De resterende 10 procent wordt intensief begeleid door UWV-medewerkers. Natuurlijk zijn dat politiek-bestuurlijke getallen. Naar de operatie toe wordt zo’n opdracht vertaald in vragen als ‘hoeveel vacatures passen er gemiddeld bij een cv?’ of ‘voor hoeveel werkzoekenden vinden we in werk.nl geen enkele vacature?’. Sinds 2012 registreert UWV dergelijke parameters en probeert er op te sturen. De basiskwaliteit van de cv- en de vacaturedata is sindsdien enorm verbeterd, maar de cijfers waar het uiteindelijk om gaat minder. Om een beeld te geven: voor het gemiddelde cv vindt werk.nl circa 40 passende vacatures, maar op pakweg 15 procent van de cv’s past geen enkele vacature. Je kunt die ongelijkheid ook in één getal vangen: op basis van de door UWV ontwikkelde meetcriteria vinden we een zogenaamde gini-coëfficiënt van ongeveer 0,75. Gini-getallen zijn vooral bekend van inkomensverdelingsplaatjes. In Utopia is de gini 0. De inkomensongelijkheid in Nederland is ongeveer 0,28 en die in de VS ongeveer 0,45. Werk.nl doet 0,75 dus trek uw conclusies. Voor de alfa’s: de kansen op de arbeidsmarkt zijn, als je werk.nl 2.x moet geloven, zéér ongelijk verdeeld.
De vraag is hoeveel van die ongelijkheid inherent is aan de arbeidsmarkt en hoeveel is terug te voeren op suboptimale cv’s. Misschien is het voor veel meer dan 10 procent van de werkzoekenden moeilijk om een goed cv in werk.nl in te voeren. De 90/10 norm dan maar loslaten? Nee, want nu komt werk.nl 3.0 in beeld. Werk.nl bevat ongeveer 450.000 cv’s en over een periode van 2 jaar zelfs 1,3 miljoen cv’s. Een ongehoorde twintig procent van de Nederlandse beroepsbevolking zit in werk.nl of heeft recent in werk.nl gezeten. En omdat de cv’s datatechnisch gezien behoorlijk goed zijn, kan UWV voor een werkzoekende gemakkelijk vergelijkbare werkzoekenden vinden. De software om dat te doen is heel simpel en, anders dan bij werk.nl 1.0, niet magisch. We kennen het van Bol.com: mensen die ’50 Tinten Grijs’ kochten bestelden vaak ook ‘Overspel’ en ‘Gijp’ (echt waar). Boeken over verftechnieken of vergrijzing worden niet aangeboden, want de software gaat niet uit van de slimheid van de programmeur maar van de wet van de grote getallen.
Een half jaar terug is UWV begonnen met het testen van zo’n Bol.com product, de cv-kwaliteitskaart. (Hier de kaart van een ervaren consultant.) De effecten waren enorm. Werkzoekenden die met de kaart hun cv aanpasten kregen daarna gemiddeld ruim drie keer zoveel vacatures aangeboden. En nog belangrijker: de gemeten ongelijkheid nam af met 30 procent. Sinds kort is het product ook uitgerold bij de ruim vijftig vestigingen van UWV WERKbedrijf en krijgen cliënten de kaart mee.
In de tests van begin dit jaar kwam nog iets bijzonders naar voren. Werkzoekenden hebben vaak minstens zo veel belangstelling voor de kenmerken en gedragingen van met hen vergelijkbare werkzoekenden dan voor vacatures die ze krijgen voorgeschoteld. Niet alleen verschaft UWV die informatie nu, maar ook worden daarmee soms harde boodschappen overgebracht. De ervaren, gediplomeerde kinderleidster krijgt nu de boodschap dat zij wellicht moet gaan kijken naar een baan als receptionist of zelfs als schoonmaker; niet omdat UWV dat vindt maar omdat anderen zoals zij die keuze noodgedwongen maken. Dit leidt tot heel andere gesprekken (want UWV vindt niks) en tot veel kansrijkere cv’s (want mensen passen hun cv en zoekgedrag rationeel aan, ook ‘neerwaarts’). De sociale media-aanpak die nu wordt uitgerold, is weer een stap verder weg van zalvend paternalisme richting de – soms harde – participatiemaatschappij. Werk.nl 3.0 is noch een ondoorgrondelijk vacature-orakel noch een vrijblijvende grabbelbak maar een spiegelpaleis voor werkzoekenden, werkgevers en arbeidsmarktonderzoekers en beleidsmakers.
Het zal natuurlijk nog even duren voor dit soort functionaliteit integraal onderdeel is van werk.nl, maar de grondslag is gelegd. De basis van dit alles is niet de briljante software van vroeger of de browser-software van nu maar de rijke verzameling cv-data die vanaf dag één in werk.nl zit. Niemand heeft zoiets: niet de uitzendorganisaties en niet de collega-UWV’s in de EU. Als we de data in werk.nl echt goed gaan benutten dan heeft Nederland straks de meest transparante arbeidsmarkt van alle ontwikkelde economieën.
Werk.nl is naast een systeem met problemen ook een goudmijn. Hoe hebben we er met z’n allen al die jaren overheen kunnen kijken?
Beste René,
Een prachtig verhaal achter het succes van het ‘koesteren van data’. Data is de bron, de systemen er omheen de nutsvoorziening om bij die data te komen en er slimme dingen mee te doen.
We zitten in Nederland op veel meer goudbergen van verzamelde data dan jouw prachtige UWV voorbeeld alleen. Maar we moeten veel van dat allang bestaande goud nu eens serieus gaan delven, zuiveren en als open data ter beschikking stellen aan de hele maatschappij. Moet je eens zien wat een mogelijkheden dat zal bieden en wellicht onverwacht ook nog andere problemen cq uitdagingen voor ons zal oplossen.
Bedankt voor je inspirerende artikel.
Hans Timmerman.
CTO EMC Nederland.
Geachte heer Timmerman,
Dank voor uw reactie.
Ik heb niets expliciets geschreven over open data of over het delen van data, maar uw reactie is natuurlijk volledig in de roos.
De CV kwaliteitskaart waarvan ik een voorbeeld heb opgenomen is al feitelijk geanonimiseerd (geen BSN, geen specifieke NAW), maar zodra je gaat aggregeren is er ook sprake van formele anonimisering en kun je dit datagoud ook gaan delen. De data komen uit netjes genormaliseerde en gedocumenteerde bestanden en zijn dus gemakkelijk te gebruiken voor andere doeleinden, bijvoorbeeld wetenschappelijke.
Zelfs als je je beperkt tot alleen de data waarover UWV beschikt (primair werk.nl basis, werk.nl [zoek]gedrag en de UWV polisadministratie) zijn er dingen mogelijk die geen enkele overheid (bij mijn weten) kan. Om een voorbeeld te geven: het is obv de data van UWV niet moeilijk om een bedrijf dat overweegt om zich in Nederland te vestigen gericht te adviseren over waar dat het beste kan: aantallen en karakteristieken beschikbare labor force, totale arbeidskosten, etc., historische trends – you name it. Ook de burgers en gevestigde bedrijven kun je van informatie voorzien waarover men nu niet beschikt. Voorbeeld: obv 1,3 miljoen cvs is recent als vingeroefening gekeken naar het effectieve rendement van opleidingen: “bij welke opleidingen vind je binnen X jaar een baan boven het niveau van de opleiding?”. Zoals altijd met data vind je dan een mix van verwachte en heel onverwachte resultaten (zie het “Gijp”-voorbeeld).
Het effect van alles in de blog en wat ik hier schrijf is een veel transparantere arbeidsmarkt. Voor een hoogtechnologische samenleving is dat van groot belang. Alleen de overheid is in de positie om deze data te verwerven en te distribueren.
Kortom, als je de overheid bekijkt vanuit de data dan is het beeld van ICT veel rooskleuriger dan als je kijkt vanuit de processen, maar als ik kijk naar wie uw werkgever is dan hoef ik dat niet uit te leggen.
Een interessant verhaal, maar er blijven voor mij wel een paar vragen over. Allereerst natuurlijk de wijsheid achteraf. Met de kennis van nu kunnen we constateren dat Werk.nl 1.0 geen succes was, en ik denk dat het nauwelijks verbeeldingskracht behoeft om ook Werk.nl 2.0 in die categorie te plaatsen. Op welk moment we een overwogen oordeel over Werk.nl 3.0 kunnen geven is vooral een kwestie van het tempo waarin UWV deze versie ontwikkelt en beschikbaar stelt. Maar ik heb een donkerbruin vermoeden van de uitkomst, als resultaten uit het verleden tenminste een garantie zijn voor resultaten in de toekomst. Voor werkzoekend Nederland hoop ik van ganser harte dat dit niet het geval zal zijn.
Maar wat ik me na lezing van de voordelen van de cv kwaliteitskaart (kan dit niet beter cv kanskaart worden genoemd, als er überhaupt al een naam aan moet worden gegeven?) afvroeg was het volgende: loop je met het voorstellen van vergelijkbare ‘producten’ niet het risico een short fat tail te ontwikkelen waarbij een groter aantal werzoekenden om een kleiner wordende variatie aan banen moet ‘strijden’? Dat deze kaart een Holland got Talent effect heeft met veel minder ‘winnaars’ omdat er clusters rondom bepaalde functies ontstaan? Met andere woorden, zit in deze aanpak niet het risico opgesloten van een in de toekomst liggende constatering dat met de kennis van dat moment er nooit een Bol.com oplossing had moeten worden gekozen. Want wat voor retail werkt hoeft niet voor de arbeidsmarkt van toepassing zijn. Of passen werkzoekers en vacatures soms handzaam in winkelmandjes?
Geachte heer Drees, beste Marc,
Na een data expert nu een recruitment-expert. Ik prijs mij gelukkig.
Zelf ben ik natuurlijk alleen een data expert (en een faal ICT expert) maar laat ik een paar dingen zeggen over de meer fundamentele aspecten die je aanstipt:
Werken op wat wij “ex post data” noemen heeft in theorie meerdere nadelen. In 1 soundbyte: “je stuurt op de achteruitkijkspiegel. Mogelijke gevolgen zijn o.a. varkenscycli (“iedereen de zorg in want dat is een groeisector” – oeps) en search bubbles (nu nog heel theoretisch, maar jij voorziet ze al).
Ondertussen is het een aantoonbaar feit dat mensen die obv de info die ze van UWV krijgen hun cv aanpassen en veel beter worden gevonden door werkgevers. Ik heb het nog even gecheckt maar de policy is dat UWV alleen informeert (“spiegelt”) en mensen zelf bepalen of ze openstaan voor zijwaartse of neerwaartse carrierestappen.
Het is onrealistisch om te veronderstellen dat werkzoekenden “zelf vaak op ideeen komen als ze met de werk.nl 2.0 functionaliteit door de vacatures browsen, laat staan dat ze weten of dat extra beroep ook leidt tot een hogere kans op werk.
Voor een aantal beroepen hebben we te weinig gegevens. Zo hebben de laatste 2 jaar slechts 28 van de 1,3 miljoen personen
aangegeven dat zij een baan in de prostitutie ambieren; veel te weinig voor betrouwbare geaggregeerde data. Echter, als ik een willekeurige werkzoekende uit werk.nl pak is de kans klein dat ik hem/haar niet van nuttige & betrouwbare info kan voorzien, soms met een grote aha-erlebnis waarde.
UWV gebruikt wat ik informeel “werk.nl 3.0” noem nog alleen intern, primair bij 3-maandsgesprekken met werklozen. In iets meer dan 2 maanden zijn door 1.300 UWV adviseurs 20.000 kaarten opgevraagd, wat op de dynamische WW-populatie nog steeds een kleine fractie is. Maar als je je bedenkt dat het 1e concept pas eind 2013 bedacht werd dan is dit razendsnel.
Bedenk tenslotte dat wat ik in een paar honderd woorden over “werk.nl 3.0” zeg het topje van de ijsberg is? Wil je weten welke opleidingen leiden tot goed en goed betaald werk? – werk.nl weet het. Wist je dat je ver op achterstand staat als je geen EHBO diploma hemt in de kinderopvang? Wil je weten hoe je met je arbeids- en opleidingsverleden een ver carrieredoel kunt bereiken – werk.nl kent de met succes bewandelde carrierepaden. Enzovoorts.
Hoe het verder loopt en of c.q. hoe snel dit soort functionaliteit beschikbaar komt weet ik niet. Ik hoop zelf dat de geaggregeerde data gewoon worden vrijgegeven en de wetenschap/markt het mag doen. Marktpartijen hebben weer informatie waar UWV geen toegang toe heeft.
Mij slotopmerking in deze wat uitgebreide reactie is dat iedereen, echt iedereen, moet waken voor paternalisme. Niet alleen politici en UWV medewerkers hebben daar last van.