Emine Özyenici: ‘Digitalisering is een ethisch proces en een maatschappelijke opgave’

Emine Özyenici was een van de sprekers tijdens het iBestuur Congres. De nieuwe hoofddirecteur Bedrijfsvoering en CIO bij het ministerie van Justitie en Veiligheid ziet dat er stappen worden gemaakt. “Thumbs up!” Maar haar advies blijft: “Nieuwe ambities? Zorg dan meteen voor een toereikend IT-landschap en de financiële structurele middelen.”

Op het iBestuur Congres sprak Emine Özyenici met onder andere platform-expert Martijn Arets over de overheid als platform, ‘een morele marktplaats met democratische en ethische regels’. | Beeld: Jiri Büller, de Beeldredactie

Emine Özyenici heeft zojuist een overleg met de Bestuursraad van het ministerie van Justitie en Veiligheid achter de rug. Ze is opgetogen. “Zo’n gesprek was vier, vijf jaar geleden ondenkbaar omdat IT vaak als een sluitstuk werd gezien. Wat dat betreft is er veel vooruitgang.” Verklarend: “We praten er onder andere over de formatie en wat wij zouden willen realiseren. Als je nieuwe ambities hebt moet je meteen meenemen hoe je IT-landschap eruit moet zien om dat doel te bereiken. Invoering van een nieuw Wetboek van Strafvordering bijvoorbeeld vereist dat de randvoorwaarden op orde zijn. En een niet bijzonder aansprekend onderwerp als IT breng je onder de aandacht tijdens de formatie door koppeling met nieuwe wensen. Zo hebben we het ook bij de Sociale Verzekeringsbank gedaan [haar voormalige werkgever – red]. Voor flexibilisering van de AOW of de kinderbijslag moeten de technische randvoorwaarden worden aangepast. Dat duurt inderdaad een paar jaar. Maar aan het eind van de kabinetsperiode heb je je doel dan gerealiseerd.”

Emine Özyenici is terug van weggeweest. Van 2014 tot 2019 werkte ze ook al bij Justitie en Veiligheid, toen als directeur Informatievoorziening en Inkoop en plaatsvervangend Chief Information Officer (CIO). Na twee jaar als CIO bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) keerde ze op 1 mei dit jaar terug voor de functie van hoofddirecteur Bedrijfsvoering. Ze is ‘van de resultaten’, vertelt ze over haar ambities. “We kunnen als beleidsmakers plannen maken, maar ik ga voor realisatie. Waar zijn we en wat is er nodig om de doelen te bereiken?”

Wat is er nodig? Ander leiderschap?
“We moeten integraler gaan denken. Met beleidsvoornemens moeten we kijken naar de consequenties voor de informatievoorziening, maar ook naar de consequenties voor de medewerker. Ik zeg altijd: beleidsintensivering is honderd procent intensivering van je mensen en middelen. De mensen moeten iets anders doen en de middelen moeten iets anders doen. Mensen moeten anders gaan werken, de doelstelling wordt anders. Dat is grappig hè? Beleid an sich kost niets, als je doordenkt. Het geld is altijd voor mensen en middelen.”

Je vindt dat de overheid niet alleen de politiek-bestuurlijke aspecten, maar juist ook de maatschappelijke effecten goed moet afwegen bij het gebruiken van data. Kun je dat toelichten waarom?
“Dat we door blijven gaan omdat het een opdracht is, met alle gevolgen van dien. Omdat het te duur is om iets te stoppen of dat we de minister moeten melden dat iets een onwenselijk effect heeft. Digitalisering is een ethisch proces en een maatschappelijke opgave. Iedereen in de keten, inclusief de i-bestuurders, hebben hier een rol in.”

Zaak is dat de uitvoeringsorganisaties als SVB en IND vanaf het begin betrokken worden bij digitalisering én het invoeren van wet- en regelgeving.

Zaak is, vindt Özyenici, dat de uitvoeringsorganisaties zoals SVB en IND vanaf het begin betrokken worden bij digitalisering én het invoeren van wet- en regelgeving. “Vragen wat wel en niet kan in relatie tot de systemen die we hebben. Dat is succes­vol gebleken bij de tijdelijke regeling Kinderopvang van de SVB. Vanaf dag 1 zijn we betrokken geweest bij de vraag. En het is heel goed gegaan met het bestaande systeem. Het ontwerp is gemaakt vanuit de inhoud. Dit zijn de criteria, dit willen we uitkeren, rekening houdend met de onzekerheid en informatie die we niet hadden om het preciezer of ingewikkelder te maken.”

Wat maakt dan dat dat lukt?
“De urgentie en de wil om je als bestuurder te verdiepen in de details. Ik zie overigens dezelfde ontwikkeling bij Justitie en Veiligheid.”

Wat zijn je ambities in je i-functie?
“Cybersecurity in de meest brede zin van het woord. Detectie, kunnen traceren welke bedreigingen er zijn, huis op orde. Weten wat je kritieke systemen zijn en hoe ze samenhangen en recovery en respons: wat je te doen staat als ze uitvallen. Hoe cyber weerbaar zijn we? Het is een soort ratrace tussen de bedreiging en de inspanningen die je wilt leveren om die dreiging te willen afslaan. Ten tweede: hoe zorg je ervoor dat er voldoende geld beschikbaar komt zodat de organisatieonderdelen zich echt kunnen herstellen en zover komen dat ze nieuwe initiatieven kunnen adopteren. In de weerbarstigheid van de praktijk moet je bij gebrek aan middelen continu de afweging maken waar je het geld vandaan haalt om te blijven investeren. Dat gaat, als we niet uitkijken, ten koste van onze primaire dienstverlening. Dat kan niet de bedoeling zijn, alhoewel dat natuurlijk steeds meer bij elkaar komt. Anders leren kijken dus. Tot slot moet de informatiehuishouding op orde. Natuurlijk ook naar aanleiding van de Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK). Dat gaat van website- en e-mail­archivering tot digitaliseren van onze werkprocessen, zodanig dat we papier uit de keten halen.”

Glimlachend: “Ik ben optimistisch. Het belang van IT als onderdeel van het primaire proces in de bedrijfsvoering staat op het netvlies van bestuurders. Daarin zijn we echt opgeschoten. Thumbs up en met volle kracht door!”

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren