Integriteit is vooral een kwestie van waarden

Nog maar net bekomen van de schrik van de commissie-Elias, schudt de ICT-wereld alweer op zijn grondvesten. Door de documentaires van Zembla staat integriteit nu boven aan de agenda. iBestuur onderzoekt de integriteit in de praktijk: “Goed samenwerken vraagt om goed contact. Laten we er vooral voor zorgen dat we op een normale manier met elkaar kunnen blijven omgaan.”

De iBestuur academie organiseert in samenwerking met Nederland ICT de masterclass ‘Integriteit in de praktijk’ tijdens Jaarbeurs Overheid 360, op 23 april.1

Een zorgenkindje. Zo typeert Ed Fenne, beleidsmedewerker integriteit bij BIOS (Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector), zijn beleidsterrein. Integriteit is een belangrijk en actueel onderwerp dat onder druk van de dagelijkse gang van zaken zelden wordt geagendeerd. “Dat gebeurt pas als het misgaat en bedrijven opdrachten missen door hun slechte reputatie. Dat moet je eigenlijk voor zijn.” Advocaat Robert Hein Broekhuijsen beaamt dat. Als Officier van Justitie leidde hij diverse grote fraudeonderzoeken. Tegenwoordig adviseert hij ondernemingen en (semi)overheden bij de afwikkeling van interne onregelmatigheden, en is hij als adviseur bij de Wereldbank en de EU betrokken bij de bestrijding van witwassen en corruptie. Vanuit die achtergrond noemt hij aandacht voor integriteit ‘absoluut noodzakelijk’. “Twintig jaar geleden was het doodnormaal dat je als ondernemer belastingfraude pleegde of een bankrekening had in Zwitserland en daar nog trots op was ook. Die cultuur is nu echt anders. De maatschappelijke acceptatie is nihil. Bedrijven lopen veel meer kans op de vingers getikt te worden en de straffen worden steeds hoger. De tijd dat je misstanden in je bedrijf kon afdoen met ‘niet meer doen, Piet!’ is wel voorbij.”

Dat dat niet altijd gebeurt, blijkt wel uit de documentaires van Zembla. Daaruit rijst het beeld op van corrupte ambtenaren die hun vriendjes in het bedrijfsleven de bal toespelen. Belangenverstrengeling, het lekken van geheime stukken en frauduleuze aanbestedingen lijken meer regel dan uitzondering. Is het echt zo erg? “Nee”, zegt Broekhuijsen. “Niet integer handelen is meestal een optelsom van ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor grote budgetten, ondernemers die graag deals willen sluiten, en onvoldoende toezicht. Dan is de verleiding om de grens op te zoeken groot en kunnen de verschillen tussen de publieke en private wereld schuren. Maar vergeleken met het buitenland doen we het in Nederland heel goed.” Dat vindt ook Lotte de Bruijn, directeur van brancheorganisatie Nederland ICT. “Wij zijn niet zo naïef om te denken dat er nooit iets gebeurt wat aan te merken valt als niet-integer. Maar de integriteit van de sector staat wat mij betreft nog steeds overeind. Je moet een onderscheid maken tussen gedrag van een sector, het gedrag van bedrijven en het gedrag van personen. Dat laat onverlet dat er duidelijke grenzen zijn die niet overschreden mogen worden.”

Grijs

Maar zijn die grenzen wel echt zo duidelijk? De praktijk is niet zo zwart-wit als vaak gesuggereerd wordt. Daardoor bestaat het risico dat overheid en bedrijfsleven krampachtig gaan opereren, omdat ze onder een vergrootglas liggen. “De ene kop koffie is de andere niet”, erkent De Bruijn. “Tijdens een aanbestedingsprocedure mag je bepaalde contacten niet hebben en doe je dat dus niet. Het grijze gebied is groot, maar ik wil mij niet laten gijzelen door angst. Ook de commissie-Elias stelde dat de overheid veel baat kan hebben bij de kennis en ervaring van bedrijven. Goed samenwerken vraagt om goed contact. Daarom is het goed dat we daarover het gesprek aangaan met de overheid in het kader van de iDialoog. We moeten het hebben over wat integriteit betekent en niet alle vormen van relatiemanagement in de ban doen. Beïnvloeding van een potentiële klant werd in Zembla in een kwaad daglicht gesteld. Maar reclame is ook beïnvloeding en een verkoper probeert een potentiële klant te overtuigen. Laten we er vooral voor zorgen dat we op een normale manier met elkaar kunnen blijven omgaan.”

Bedrijfscultuur

Om het contact goed te regelen werken Nederland ICT en het ministerie van BZK momenteel aan een gezamenlijke gedragscode. “Nuttig en nodig”, vindt De Bruijn. “Maar zo’n code is niet het ei van Columbus. Als het goed is heeft een gedragscode een relatie met de cultuur van een organisatie. De geest van een gedragscode is nog belangrijker dan de letter.” Daarom gaat het gesprek ook over de interpretatie van de regels, het verschil in opvatting over wat wel en niet kan en het samenwerkingsklimaat. Want het moet wel werkbaar blijven, stelt Jan Willem Boissevain, directeur public sector bij Pegasystems. Daarom pleit hij voor een bedrijfscultuur van openheid en transparantie. Niet minder, maar juist meer ruimte voor overleg.
“Partijen hebben allemaal hun eigen werkelijkheid. Het kan zijn dat alle lichten bij de overheid op groen staan terwijl er bij het bedrijf iets op rood staat, bijvoorbeeld de marge. Dat is belangrijke informatie, want niemand heeft iets aan een wurgcontract. Waarom zouden we die dashboarden niet delen? Er moet een cultuur komen die het delen van dit soort informatie beloont in plaats van bestraft. Te veel regels kan averechts werken. We moeten meer vertrouwen geven, in plaats van minder.” Dat vraagt ook om zelfreinigend vermogen, zoals het uitbannen van verleiding.
“Elkaar uitnodigen voor een tennistoernooi of een nieuwjaarsreceptie is allemaal prima in het bedrijfsleven, maar bij de overheid is dat allang niet meer zo. Dus moet je als bedrijf de overheid ook niet in verleiding brengen”, vindt Boissevain.

Juist door die glijdende schaal moet je elke schijn van belangenverstrengeling voorkomen

Overigens gaat het niet alleen over kaartjes voor Wimbledon of een verwenarrangement in de skybox van de Arena. “Het is niet zo dat kleine giften wel moreel toelaatbaar zijn”, waarschuwt Robert Hein Broekhuijsen. “Een flesje wijn voor een verjaardag is ook al dubieus. Juist omdat er sprake is van een glijdende schaal moet je als ondernemer elke schijn van belangenverstrengeling voorkomen.”
Regels hebben alleen zin als ze ook gehandhaafd worden. Daarom pleit Broekhuijsen ook voor meer toezicht: “Je kunt een prachtige code of conduct hebben en een compliance officer, maar als er niemand die regels controleert en er geen gevolgen verbonden worden aan het niet naleven ervan, werkt het niet.”

Waarden

Maar gedragscodes en toezicht zijn geen garantie voor integriteit. Integriteit laat zich niet vangen in wetten, maar heeft vooral te maken met normen en waarden, moraal en fatsoen. Ed Fenne van BIOS: “Organisaties proberen alles dicht te metselen, maar dan gaan mensen achterdeurtjes zoeken. Dat kun je alleen ondervangen door duidelijke kernwaarden. Integriteit is in eerste instantie een kwestie van waarden. De norm is nodig voor als die waarden tekortschieten, maar het is vooral belangrijk om preventief bezig te zijn.” BIOS helpt ambtenaren daarbij. Dat begint met werken aan bewustwording en het herkennen van morele dilemma’s. Ed Fenne: “In de wet staat dat een ambtenaar zich moet gedragen als een goed ambtenaar betaamt. Dat is vergelijkbaar met wat in het bedrijfsleven wordt geëist: goed werkgever- en werknemerschap.
Dat is vrij abstract en dat moet ook, want integriteit is een dynamisch begrip: tijd-, plaats en contextgebonden. Je moet kunnen beargumenteren waarom je op dat moment op die plaats die beslissing hebt genomen.”

IJkpunten

Dat vraagt om duidelijke ijkpunten. Bijvoorbeeld de vraag: ‘Kan ik mijn keuze publiekelijk verantwoorden?’ Ook de vraag ‘in wiens belang is dit?’ is zo’n ijkpunt. Boissevain: “Goed handelen is handelen vanuit vakmanschap, de klant centraal stellen en echt toegevoegde waarde leveren. We moeten beseffen dat overheid en markt een gezamenlijk belang hebben, en dat belang goed in het oog houden. Daarin zijn we als branche in het verleden tekortgeschoten en dat vertrouwen moeten we terugwinnen. Als je elkaar met respect behandelt en de klant en het maatschappelijk belang echt centraal stelt, dan past niet-integer gedrag gewoon niet meer.”

1

Masterclass Integriteit in de praktijk

Tijdens Jaarbeurs Overheid 360, op 23 april, organiseert de iBestuur academie in samenwerking met Nederland ICT de masterclass in de praktijk’. Master-van-dienst mr. Robert Hein Broekhuijsen, die als oud-officier van Justitie onder andere grote fraudeonderzoeken leidde en de Wereldbank en de EU adviseert over de bestrijding van witwassen en corruptie, vliegt het onderwerp Integriteit in de Praktijk op conceptueel niveau aan.

Daarna wordt over de praktijk gediscussieerd onder leiding van prof. Marcel Thaens met:

  • Ed Fenne (BIOS),
  • Harry van Zon (ministerie van BZK)
  • Rachid Guernaoui (ministerie van BZK)
  • Lotte de Bruijn (Nederland ICT)
  • Jan Willem Boissevain (Pegasystems)
  • Rob Nijman (IBM).

Boissevain en Nijman maken deel uit van de werkgroep Integriteit van brancheorganisatie Nederland ICT. iBestuur houdt voorafgaande aan de bijeenkomst een enquête over Integriteit in de praktijk. De uitkomsten worden tijdens de masterclass bekend gemaakt en gebruikt als input voor de discussie.

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren