Open source software en de overheid staan weer volop in de belangstelling. Niet geheel verwonderlijk. Het publiceren van open source software als overheid zorgt voor "verschillende baten":https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2017/10/11/onderzoek-open-source-software, maar er zit wel een addertje onder het gras. Het als overheid gratis publiceren van open source software is - strikt juridisch gezien - in strijd met de Wet Markt en Overheid. Hiermee is Nederland uniek in Europa.
Beeld: Kadaster
Het ontwikkelen van software kan, volgens dit rapport van Gartner, gezien worden als economische activiteit. Het gratis ter beschikking stellen van deze software als economische activiteit lijkt in strijd met de Wet Markt en Overheid. Volgens deze wet moet de overheid dan minimaal de kostprijs doorberekenen. Met verbazing en verwarring is gereageerd op deze conclusie: het doorberekenen van de kostprijs staat haaks op de ideeën en baten van open source software.
Bovendien is het publiceren van open source software als overheid is helemaal niet nieuw. Zo besloten de provincies in 2006 om gezamenlijk de ‘Flamingo-viewer’ als open source software aan te bieden. Binnen het Kadaster ontdekken we steeds meer dat het gebruik van linked en open data gestimuleerd kan worden door daarbij ook stukjes (open) software aan te bieden. Het gebruik van open data wordt daardoor eenvoudiger. Een recent voorbeeld is NLmaps, een wizard waarmee een gebruiker relatief eenvoudig de Basisregistratie Topografie (BRT) op zijn eigen website kan implementeren. En uiteraard transparant, omdat de software volledig open source is.
Op slot?
Moeten dergelijke initiatieven nu op slot uit angst voor rechtszaken vanuit de markt? Ik hoop van niet. De markt is er ook niet bij gebaat dat de overheid haar software geheim houdt. Een belangrijke drijfveer om als overheid je software open source te maken is juist dat er een publiek-private community kan ontstaan, waar beide partijen hun voordeel uit kunnen halen. Bepaalde functionaliteit hoeft immers niet meer telkens opnieuw ontwikkeld te worden, maar iedereen kan dezelfde software gebruiken en deze aanvullen indien nodig, wat veel efficiënter is.
Er zijn wel wat ‘workarounds’ om de wet Markt en Overheid te omzeilen (zie onder andere de blog op iBestuur en reactie van Jos van den Oever). Eén ervan is het alleen voor overheden beschikbaar stellen van je software, maar hierdoor bescherm je niet de markt, maar sluit je deze juist buiten. Een andere is wachten op ‘Wob-achtige’ verzoeken vanuit bedrijven en burgers, maar ook hiermee ontstaat er niet direct een gelijk speelveld tussen bedrijven. Ten slotte kun je je nog beroepen op het ‘algemeen belang’. Dit betekent dat je elk stukje code juridisch kan verantwoorden en dat je software technisch honderd procent waterdicht is: per ongeluk een ‘bug’ introduceren is niet in het algemeen belang. Snel deze bug ontdekken en oplossen wel, maar hiervoor is het belangrijk dat er in een brede, open en ‘permanent bèta’ omgeving samen software gemaakt wordt.
Uitzonderingspositie
De enige nette oplossing lijkt daarom ook om dezelfde uitzonderingspositie voor open source software op te nemen als dat er nu voor open data is. Net als overheidsdata wordt overheidssoftware vanuit voornamelijk publieke middelen gefinancierd. Het is dan ook logisch dat deze software – indien mogelijk en wenselijk – openbaar wordt gesteld voor breed hergebruik. Overigens is dit niet zo’n vreemde gedachte: zowel vanuit de politiek, als verschillende overheden (zoals het Kadaster en gemeente Amsterdam) en de markt zijn er voorstanders voor open source software. De vraag is dan ook misschien niet zozeer óf de open source barrière doorbroken wordt, maar wanneer. Ik hoop zo snel mogelijk.
Jaap-Willem Sjoukema is product owner ‘Generieke Geo Services’ bij het Kadaster waar hij zich onder meer bezighoudt met het terugmelden op basisregistraties en het generieker opzetten van kaartviewers. Daarnaast is hij promovendus aan de Wageningen Universiteit en KU Leuven op het onderwerp ‘Governance van ruimtelijke data infrastructuren’.
Er is nog een mogelijkheid. In de Wet Markt en Overheid staat dat als het gaat om proces-ondersteuningssoftware specifiek voor de relatie overheid <-> burger; dat er geen sprake is van “markt”. Het is dus lastiger wanneer de overheid generieke componenten beschikbaar gaat maken, maar eenvoudiger bij bijvoorbeeld software voor het uitvoeren van een verhuizing, een geboortemelding, het doen van een openbare ruimte melding of het aanvragen van een vergunning.
Goed punt dat je hier aandraagt. Hoog tijd dat de overheid hier iets aan doet met nieuwe wetgeving, want dit lijkt me een onbedoeld neveneffect van de wet Markt en Overheid. Natuurlijk te zot voor woorden dat de overheid wel mag profiteren van wat miljoenen ontwikkelaars wereldwijd hebben gemaakt, maar niets terug zou mogen geven aan de community.