BAG X GBA = winstpakken
Twee belangrijke basisregistraties, GBA (persoonsgegevens) en BAG (adressen/gebouwen), zijn verbonden. Nu kunnen innovatieve toepassingen worden uitgedacht met gekoppelde persoons-, adres- en gebouwgegevens. Als de kwaliteit van die gegevens dat tenminste toe laat.
Nadat door koppeling van BAG en GBA het aantal inwoners met een officieel, gestandaardiseerd BAG-adres op het streefcijfer van 95 procent was gekomen, kon de BAG half januari open voor ruim 800 GBA-afnemers. Betrokken waren 415 gemeenten, twee ministeries en negen leveranciers, dus het mag een majeure operatie heten. En dat het zowat binnen de planning bleef, een behoorlijke prestatie. Weliswaar moest de deadline van juli 2011 naar oktober opschuiven, met uitloop tot november, maar dat kwam vooral doordat de BAG-invoering zelf danig was vertraagd. Niet 1 juli 2009, maar 8 april 2011, toen Apeldoorn als laatste aansloot op de Landelijke Voorziening voor distributie van BAG-gegevens, was de BAG af. Overigens hebben Haarlemmermeer en Midden-Drenthe BAG en GBA op 24 maart jongsleden als laatste gekoppeld.
Iedereen in de GBA moest dus een BAG-adres krijgen. In 50.000 gevallen lukte dat niet. Die staan in de GBA met een adres, dat geen BAG-adres is. Harro Spanninga van het ministerie van Infrastructuur en Milieu noemt dat ‘procentueel niet veel’. Slechts 0,3 procent. Maar, weet hij ook, als 50.000 mensen in een verzorgingstehuis hun uitkering gekort krijgen of worden beschuldigd van fraude omdat ze zonder het te melden samenwonen, is dat opening Achtuurjournaal. De 50.000 onkoppelbaren wonen vooral daar. GBA-adressen zijn dan gebaseerd op kamernummers, terwijl een verzorgingshuis in de BAG één adres heeft. Omdat gemeenten daarmee verschillend omgaan, broedt het ministerie op een generieke oplossing.
Vliegwiel
De GBA mag, naast de BAG, kern van een stelsel van gestroomlijnde basisgegevens zijn, dus vliegwiel voor harmonisatie van adressen, buiten GBA-afnemers hebben meer organisaties adressen in hun administratie. Zoals de Kamer van Koophandel adressen van bedrijven en instellingen. Ook die moeten gekoppeld. Blijkens een persbericht werd de koppeling Handelsregister-BAG begin februari gerealiseerd. Maar het werkt nog niet vlekkeloos (zie kader Etten-Leur). Ook het Kadaster kent adressen en heeft koppelacties ondernomen. Maar ruim een miljoen BAG-adressen lieten zich niet aan kadastrale percelen koppelen. Dat komt onder meer doordat garageboxen in de BAG een adres hebben en in het Kadaster niet. Ook studentenhuisvesting genereert in de BAG meer adressen dan in de kadastrale registratie. Volgens Kadasterwoordvoerster Nienke Stavast een kwestie van uitzoeken, aanvullen, corrigeren en wat verder nodig is om het kloppend te krijgen. Een miljoen is veel, maar in tegenstelling tot fout koppelen veroorzaakt niet koppelen geen schade. Ze verzekert dan ook graag dat de rechtszekerheid onbedreigd is.
Speciale aandacht vraagt ook de Basisregistratie Onroerende Zaken, evenals GBA en BAG met gemeenten als bronhouder. Van dezelfde objecten als in de BAG registreert deze de waarde. Linken met de BAG bezorgt koppelaars hoofdbrekens vanwege uiteenlopende definities. Spanninga vergelijkt het met de vele variëteiten van het loonbegrip in het domein Werk en Inkomen. Hier betreft het bruto dan wel netto of juist verhuurbare of weer andersoortige oppervlakte. Inhoud registreert de BAG niet. “Gemeenten hebben vrijheid van taxeren, als het maar systematisch gebeurt, dus steeds uitgaande van inhoud of juist oppervlakte. Afhankelijk van hoe je de taxatie inricht kun je meer of minder profiteren van de BAG. Ideaal is integraal gebruik. Maar het stelsel van basisregistraties veronderstelt wel standaardisatie,” aldus Spanninga. Hij wijst op een recente impactanalyse door KING. Dat acht koppeling haalbaar en gaat gemeenten ondersteunen.
Winstpakken
GBA-afnemers krijgen BAG-gegevens meegeleverd met persoonsgegevens. Gebruikers kunnen ook rechtstreeks BAG-afnemer zijn. Gevraagd naar baten noemt Spanninga toepassingen van de BAG sec (eind 2010 kwam zijn ministerie al met de publicatie ‘Winstpakken met de BAG’) en van de GBA-gekoppelde BAG. BAG-afname brengt de ambulancezorg direct naar de juiste locatie, als het tenminste een gebouw is. De coördinaten kunnen zo de Tomtom in. Dat ze van elk pand het bouwjaar registreert, maakt de BAG effectieve basis voor ondersteuning van asbestsanering met het Asbestvolgsysteem. De BAG faciliteert woningcorporaties bij eenduidig communiceren over hun vastgoedbestand. “Bijvoorbeeld voor WOZ-aanslagen. Een woning in onderhoud is niet bewoond, dat staat in de BAG, en dus minder waard. Die moet een andere aanslag krijgen.”
Spanninga noemt ook huurtoeslagen, verstrekt door de Belastingdienst, die in de BAG kan zien hoe aanvragers wonen. Genoemde winstpakpublicatie beschrijft de koppeling BAG–GBA onder het thema fraudebestrijding.: “Inschrijven in de GBA is fraudegevoelig. Er zitten rechten aan, zoals een parkeervergunning of uitkering. Inschrijven op niet bestaande adressen wordt moeilijker als in de BAG gecheckt kan worden of opgegeven adressen authentiek zijn.” Voorbeeld buiten de fraudepreventie: het aantal bewoners per adres kan via de BAG in een kaart worden afgebeeld, zinvol bij de bepaling van risicocontouren voor een nieuw LPG-station. Ook leegstand en overbewoning laten zich beter monitoren.
Behalve door wet en budget worden toegevoegdewaardetoepassingen slechts beperkt door de grenzen van de creativiteit. “Alleen al de BAG gebruiken als onderlegger voor je applicaties of basis voor gegevensuitwisseling met anderen, kan winst opleveren. Maar daaraan is nog veel te doen. En het vergt investeringen.” Spanninga ziet groeiende interesse bij private partijen. In het nog tot juli lopende iBAG-programma (i = implementatie) wordt het gebruik gestimuleerd, ook met presentaties voor bedrijfssectoren. Verzekeringsmaatschappijen bijvoorbeeld kunnen zich via de BAG een beeld vormen van risico’s in de omgeving van te verzekeren objecten.
In februari hebben vrijwel alle gemeenten een brief van Den Haag ontvangen dat terugmeldingen en bestandsanalyses door het Kadaster hadden geleerd dat met postcodes in de BAG nogal wat mis is. Aan de hand van ‘uitvallijsten’ moeten ze dat herstellen. Volgens Spanninga blijft de BAG-kwaliteit ook achter bij bouwjaren en oppervlakten. “Hoe ernstig het is? Dat hangt van het gebruik af. Wil je WOZ-taxaties doen op basis van de BAG en oppervlakten deugen niet, dan is het erg. In elk geval is het niet zo slecht dat het toepassingen tegenhoudt. Het is alleen ingewikkelder dan gedacht,”
Basisregistraties Adressen en Gebouwen
De BAG omvat in feite twee registraties. ‘Adressen’ is simpel: straatnaam, huisnummer, woonplaats. De gebouwenregistratie legt gegevens vast over panden (bouwjaar, status, contouren), verblijfsobjecten daarin (adres, gebruiksdoel, oppervlakte, status, coördinaten) en stand-/ligplaatsen (adres, status, contouren). Gemeenten houden de BAG bij en zorgen voor een actuele kopie in de Landelijke Voorziening bij het Kadaster, dat er gegevens aan afnemers uit verstrekt.
De belangstelling van private organisaties voor BAG-gegevens is groot: er zijn 266 private afnemers tegenover 543 publieke. Voor professioneel gebruik bestaan vier producten. BAG Extract is een kopie van alle BAG-gegevens of een deel daarvan (eigen selectie woonplaatsen of gegevens). Compact omvat alle adressen met een vaste selectie aangehaakte gegevens. Het Kadaster levert ze eenmalig of met maandelijkse update. BAG Bevraging vergt permanente koppeling met de Landelijke Voorziening, waardoor actuele gegevens zich laten ophalen voor verwerking in eigen applicaties. Publieke organisaties gebruiken deze producten kosteloos, tarieven voor private partijen gaan uit van verstrekkingskosten. Het vierde product, BAG Web, is voor iedereen gratis en ook beschikbaar voor particulieren. Het ontsluit gegevens per BAG-object. De cijfers geven de stand tot eind januari aan. Om gebruikers warm te maken voor de BAG bestaat ook een BAG Viewer, die (niet actuele) gegevens toont met stratenkaart of luchtfoto als ondergrond. De viewer genereerde 33,5 miljoen hits.
Etten-Leur – Vroegkoppelaar
24 februari 2011: Etten-Leur koppelt BAG en GBA als eerste. Het was begin 2006 begonnen adressen in de bevolkingsboekhouding BAG-conform te registreren. Hierdoor was formeel koppelen vooral een technische aangelegenheid om BAG-koppelgegevens in de GBA te stoppen en verbinding te maken met de Landelijke Voorziening. Omdat veel gegevens over personen worden uitgewisseld, verwacht Koen Mathijssen (Bestuurs- en Concernondersteuning) dat de koppeling de verspreiding van BAG-adressen een impuls geeft. Maar voordat ‘foutieve adressen uitsterven’ gaat een aantal jaren heen. Daarvoor zijn ook andere koppelingen relevant. BAG en Handelsregister zijn gekoppeld, maar Matthijsen krijgt van de Kamer van Koophandel toch ‘adressen die niet kloppen’. Sowieso is negentig procent van de terugmeldingen onterecht: dan staat het in zijn BAG goed, maar elders verkeerd. Aangezien eens per week wordt teruggemeld, is dat leed te overzien. Bovendien, aldus een opgeruimde Mathijssen, met de tien procent die wel terecht is, wordt zijn BAG alleen maar beter,
Vlaardingen – Kwaliteitsverbeteraar
22 augustus 2008: Vlaardingen sluit haar BAG als eerste aan op de Landelijke Voorziening. De BAG-kwaliteit wordt bewaakt met voor elke gemeente eens per drie jaar een audit. De planning vermeldt Vlaardingen voor een eerste audit in 2014. Om eerder inzicht in de kwaliteit te krijgen ontwikkelde de gemeente met de leverancier van haar BAG-applicatie, Synaxion Urbidata, een kwaliteitsmonitor. Die genereert rapportages en grafieken over allerlei kwaliteitsaspecten, zoals actualiteit. Zo leerde Vlaardingen dat Bouw- en Woningtoezicht bouwvergunningen eerder moest doorgeven om ze binnen de voorgeschreven vier dagen in de Landelijke Voorziening te krijgen. Het is een generieke tool, die ook met andere BAG-applicaties overweg kan. De zegeningen van de BAG liggen volgens Paul Dekker (Sectie Geo-informatie) nog in het verschiet. “We hebben systemen van meer leveranciers, maar koppelen gaat moeizaam. Dat kost veel inspanning en geld. We hopen op de nieuwe Stufstandaard. En dat leveranciers niet weer met eigen dialecten komen.”
Aalsmeer – Systeemontwikkelaar
Vicrea (36 procent marktaandeel), Centric (23), PinkRoccade (22), Geotax (8), Synaxion Urbidata (4), Giskit (3) en GouwIT (3) zijn bedrijven die gemeenten BAG-applicaties hebben bezorgd. Dan is er nog een niet-commercieel marktaandeeltje van 0,24 procent: Aalsmeer, dat aan Aalsmeer leverde. Doe-het-zelf-maatwerk in overheidsinformatievoorziening, het komt weinig meer voor, maar Aalsmeer zweert erbij en is er trots op. Sinds midden jaren negentig heeft Aalsmeer een geografisch informatiesysteem (GIS) met zowel administratieve als geometrische gegevens van geografische en vastgoedobjecten voor allerhande toepassingen. “Alle BAG-elementen hadden we er al in en het systeem biedt veel functionaliteit. Dan is het niet zo moeilijk om er een BAG-applicatie met een koppelvlak naar de Landelijke Voorziening in te maken,” zegt GIS-coördinator Ruud Tol. “Volledig geïntegreerd, met één centrale dataopslag.” De zelfbouw doet Aalsmeer samen met Logica. Groot voordeel noemt Tol de onafhankelijkheid van BAG-leveranciers “Vernieuwing duurt nooit lang. Als we vandaag iets bedenken, is het gisteren klaar.”