Een waarschuwing voor een te sterke focus op risicobeheersing kan geen kwaad. Straks zijn we alleen nog bezig met gateway reviews, business cases en dashboard-rapportages.
Overheid en ICT. Als we de media mogen geloven worden grote bakken met geld verspild, grijpen ICT-leveranciers de overheid bij de financiële keel, ontberen overheidsorganisaties de benodigde ICT-deskundigheid, en verdoezelen ambtenaren uit de hand gelopen projecten voor hun politieke bovenbazen.
Zie daar de recente reuring die de verhoren van het parlementair onderzoek naar grote ICT-projecten bij de overheid teweeg hebben gebracht. Overheid en ICT lijkt opeens weer helemaal terug als taaie ongerief op het Binnenhof. Zeker nu ook de nieuwbakken staatssecretaris Eric Wiebes de noodklok heeft geluid over de systemen van de Belastingdienst.
Ik heb de afgelopen weken een paar uur op Youtube doorgebracht, om te kijken naar de beelden van de verhoren. Onwillekeurig kreeg ik associaties met het A-Team: voorzitter Ton “Hannibal” Elias en de zijnen, op zoek naar de verborgen schat van de verdwenen ICT-gelden. Onderweg werd ook nog even het mysterie van de geheime taal van de ICT’ers ontcijferd. Als belastingbetaler kreeg ik er wel een warm gevoel bij. Als betrokken adviseur bij menig ICT-project begon ik wat ongemakkelijk te schuifelen. Ik zal uitleggen waarom.
De Commissie richt haar pijlen sterk op de verspilling die zou plaatsvinden. Na een wat wonderbaarlijke vertoning, waar zelfs de Rekenkamer aan te pas moest komen, lijkt inmiddels de ongegronde claim van 4 à 5 miljard euro verspilling van tafel. Wat echter ook onder tafel blijft, is de enorme maatschappelijke waarde die ICT voor de Nederlandse overheid vertegenwoordigt. Internationaal gezien heeft Nederland een relatief klein overheidsapparaat, dat over het algemeen zeer goed presteert als het gaat om zaken als kwaliteit, efficiency en klantvriendelijkheid. Eén van de redenen waarom onze overheid zo klein qua omvang is, en tegelijkertijd zo goed functioneert, is de inzet van ICT. De maatschappelijke baten hiervan overtreffen in veelvoud de kosten die gemoeid gaan met de inzet van ICT. Die inzet zal ongetwijfeld beter en efficiënter kunnen, tegelijkertijd moet de Commissie niet doen alsof het alleen maar kommer en kwel is.
Er slagen namelijk wel degelijk allerlei ICT-projecten binnen de overheid. Dit wordt nog eens bevestigd door een vergelijkende benchmark die is uitgevoerd door de London School of Economics. In gezelschap van de VS, UK, Canada, Nieuw-Zeeland en Japan scoort Nederland goed. Waarom? Onder meer omdat de schaal van de projecten relatief beperkt is. Megalomane ICT-projecten zoals binnen de National Health Service in de UK, met een budget van enkele miljarden, kent Nederland niet, en ook niet de mislukkingen die daarmee gepaard gaan. Ook is hier geen sprake van monopolies van de grote ICT-leveranciers, waardoor een redelijk competitief speelveld bestaat. Last but not least is er relatief veel ICT-expertise binnen de overheid, waardoor goede aansturing van projecten en leveranciers mogelijk is. Vergelijkenderwijs doet de Nederlandse overheid het dus helemaal niet zo slecht.
Doet de Commissie overbodig werk? Nee, natuurlijk niet. Iedere euro verspilling is er namelijk één teveel. Maar een waarschuwing voor een te sterke focus op risicobeheersing kan mijns inziens geen kwaad. Straks zijn we alleen nog bezig met gateway reviews, business cases, dashboard-rapportages en wat dies meer zij. De kwaliteit van de ICT-projecten wordt daar intrinsiek niet beter van. Nog erger is dat de BV Nederland verstoken blijft van een innovatieve overheid.
Het zou pure winst zijn als de Commissie beseft dat het bij de inzet van ICT steeds meer draait om innovatieve projecten en aanvaardt dat hieraan ook risico’s zijn verbonden. In dat opzicht is interessant wat gebeurt in Denemarken, op veel gebieden steeds meer gidsland voor Nederland.
De Deense overheid heeft haar standaard IT-contracten aangepast onder het motto, “fast to failure”. De les van de Denen: accepteer risico’s, probeer ze tot een minimum te beperken, grijp meteen in als het verkeerd gaat, en leer van de gemaakte fouten. Bijzonder is dat op ieder moment door de opdrachtgever, in sommige gevallen het Deense parlement zelf, een project kan worden stop gezet. De overheid hoeft op deze manier innovatieve inzet van ICT niet te schuwen, maar beschikt wel over een goede handrem in het geval het misgaat.
ICT-projecten zijn er inderdaad bij gebaat een leerproces onderdeel te laten uitmaken van de aanpak. Daarvoor moet je projecten zodanig inrichten dat die op elk moment bijgesteld of gestaakt kunnen worden, zonder juridische consequenties. Het is niet de ICT die faalt. Het zijn de mensen die vasthouden aan onuitvoerbare plannen die falen.
Bovenstaand artikel slaat wel een beetje érg door in de Positivo-houding, met daarbij een nogal suggestieve toonzetting.
Het onderzoek komt niet uit de lucht vallen, maar is een volgende acte in een voorstelling die reeds jaren loopt.
“De Commissie richt haar pijlen sterk op de verspilling die zou plaatsvinden. [-] Er slagen namelijk wel degelijk allerlei ICT-projecten binnen de overheid. “
Misschien goed om nog eens de opdracht van de Tweede Kamer aan de Cie. Elias na te lezen (http://tweedekamer.nl/kamerleden/commissies/tcict/index.jsp)?
De commissie heeft zich aan die opdracht te houden.
Het doel van het onderzoek is tweeledig.
1. Het in kaart brengen van de misgelopen maatschappelijke effecten (inclusief maatschappelijke en financiële kosten) door het niet op orde hebben van informatieprocessen en -stromen van de overheid door middel van ICT (-projecten).
2. Duidelijk maken wat de prioritaire stappen zijn die een optimale inrichting van de informatieprocessen en -stromen van de overheid door middel van ICT (-projecten) teweeg kunnen brengen.
“lijkt inmiddels de ongegronde claim van 4 à 5 miljard euro verspilling van tafel.”
Voor zover die claim al op tafel wás, in het Rekenkamer-rapport ‘Lessen uit ICT projecten bij de overheid’ uit 2007 werd deze reeds van tafel geveegd.
Het al dan niet goed functioneren met een al dan niet klein overheidsapparaat is bij het onderzoek van de Cie. Elias überhaupt niet aan de orde en voor het overige ruimschoots voor discussie vatbaar. Bovendien is het NHS-rapport bij goed lezen nogal wat genuanceerder dan hierboven wordt gesuggereerd.
De oligopolie van ICT-leveranciers, de beperkte ICT-expertise binnen de overheid, beperkt risicomanagement vanuit het organisatieproces, achterblijvende regievoering en opdrachtgeverschap en beperkt lerend vermogen (‘Lessons Learned’) zijn nu juist bekende pijnpunten binnen overheidsprojecten.
Wat juist positief is aan het geheel is dat men er naar streeft de goede dingen te doen, en de goede dingen goed te doen. Innovatie betekent niet risico’s némen, maar risico’s mánagen.
@Peter, de opdracht hebben velen binnen en buiten de overheid gelezen. Zie mijn discussie op CIO-community Rijk van linkedin van 6 maanden terug met de titel:”Kans op falen onderzoek Tijdelijke Commissie ICT-projecten!”
Ongetwijfeld zal de commissie met een “misgelopen” bedrag aan baten komen op het gevaar af dat: 1) nog vele jaren over dit arbitraire bedrag zal worden gesproken en geschreven en 2) dat het genoemde bedrag ten onrechte bij de zogeheten “weggegooide” middelen van X miljard wordt opgeteld. Waarbij de media er wederom op zal springen en vette krantenkoppen te zien zullen zijn.
Zowel het eerste onderzoek als het verdiepingsonderzoek van het onderzoeksbureau zal niet met bekende en eerder besproken stappen komen, verwacht ik. Mocht het bureau met nieuwe stappen komen dan zullen deze in de huidige context van politiek, beleid en uitvoering niet realistisch zijn.
Sowieso, op discussies over de uitkomsten van de opdracht van de commissie zit ik niet te wachten. Wel op concrete en nieuwe oplossingen over bijvoorbeeld de door jou genoemde onderwerpen. Want elke euro besteed aan de verkeerde dingen moet zo snel mogelijk stoppen. Dat is helder.
Ook ik heb de afgelopen weken regelmatig gekeken naar de ‘verhoren’ van de commissie Elias. Mij is iets anders opgevallen, namelijk de blikvernauwing op het (mislukken van) projecten.
Ik heb slechts één maal iemand horen verwijzen naar de operationele fase die komt na het project. Deze mevrouw merkte terecht op dat een overschrijding van het budget met 100% volstrekt acceptabel kan zijn, namelijk als er in de operationele fase voldoende additionele besparingen tegenover staan.
Aan de uitbanning van Engelse termen heb ik me zitten ergeren. Waarom moeten ICT termen worden ‘vertaald’, terwijl deze zelfde kamerleden zich als het gaat om zorg, onderwijs of financiën van het meest vreselijke jargon bedienen?
In één van de laatste gesprekken riep een deelnemer de leden van de Tweede Kamer op zich te verdiepen in de ICT. Hij zei (bijna) letterlijk: “de uitvoering van beleid IS ICT”. Ik hoop dat een van de aanbevelingen van de commissie zal zijn, dat politieke partijen bij het samenstellen van de kandidatenlijsten ook gaan zoeken naar personen die serieus invulling kunnen geven aan de controlerende taak van de Tweede Kamer als het gaat om gebruik van ICT en digitale privacy.