Als overheid hebben we een aantal ambitieuze doelen geformuleerd op vlak van verduurzaming, energietransitie, mobiliteit of woningbouw. Die we met elkaar voor 2030 gefikst willen hebben. Over het ‘waarom’ en ‘wat’ is al veel over uitgewisseld. Maar het ‘hoe’ blijft nog een forse uitdaging. Want dán moet je het papierenstadium overstijgen.
Als overheid hebben we een aantal ambitieuze doelen geformuleerd op vlak van verduurzaming, energietransitie, mobiliteit of woningbouw. Die we met elkaar voor 2030 gefikst willen hebben. Over het ‘waarom’ en ‘wat’ is al veel over uitgewisseld. Maar het ‘hoe’ blijft nog een forse uitdaging. Want dán moet je het papierenstadium overstijgen.
Juist dáár wringt nou net de schoen: wetende dat we de natuurlijke neiging hebben om vanuit het ‘hier en nu’ te denken. Vanuit een mêlee aan complexe wet-, regelgeving en procedures. En afzonderlijke koninkrijken en hertogdommen. Terwijl de grote Einstein ons al lang geleden waarschuwde dat je problemen niet moet oplossen op het niveau waarop ze zijn ontstaan. Je hoeft dus geen profeet te zijn om te voorspellen dat je zo zelden of nooit stappen gaat zetten. Waarbij experimenten omgedoopt worden tot brede implementaties, passend bij die ambitie.
Start with the end in mind (Covey)
Succesvolle innovaties zijn in de regel gebaseerd op twee essentiële elementen: 1) werk vanuit het ‘daar en straks’ gericht op het creëren van maatschappelijke waarde én 2) een innovatieproces vraagt om een compleet andere sturing dan het reguliere proces (‘zonder orde kan niets bestaan, zonder chaos kan niets ontstaan’). Hiernaast moet sprake zijn van een regelarme omgeving die het uitvoeren van gecontroleerde experimenten mogelijk maakt. Een omgeving waarin onderling vertrouwen, moed én durf kernelementen zijn om zo tot iets nieuws te kunnen komen.
Het mooie van het denken vanuit het ‘daar en straks’ – zoals managementgoeroe Covey ons dat leerde – is dat je zo het vraagstuk de juiste urgentie kunt geven door het te larderen met een valuecase. Waarmee je zicht te krijgt op die te verzilveren kwantitatieve waarde in 2030. Waarmee het vraagstuk wordt vertaald in termen van ‘hier en nu’. En dús prioriteit heeft.
Opnieuw bedenken en radicaal ontwerpen van ketens
Maar het genereert ook nog een andere benefit: het geeft ons de ruimte om te werken aan het reduceren van complexiteit. Zoals het Goede Doel dat al 40 jaar geleden al bezong: ‘Alles draait om de eenvoud’. Zéker in relatie tot die te genereren maatschappelijke benefits.
Interessant is om dan de lessen van dé specialist op gebied van re-engineering (Michael Hammer) uit de mottenballen te halen. Zijn boodschap: begin gewoon helemaal opnieuw. Vanuit de definitie dat re-engineering het opnieuw bedenken en ontwerpen van integrale bedrijfsprocessen is, met als doel ingrijpende verbeteringen te realiseren op de belangrijkste prestatie-indicatoren, zoals kosten, kwaliteit, doorlooptijd en service’. Hierbij staan vier sleutelbegrippen centraal:
- Fundamenteel: ga terug naar de basis, begin opnieuw met nadenken. Vanuit de bedoeling. Waarom doen we wat ‘we doen’. Kan het niet ook heel anders en veel beter?
- Radicaal: zet je vooringenomenheid overboord. Re-engineering draait niet om het verbeteren van het bestaande, maar om het uitvinden van volledig nieuwe bedrijfsprocessen. Geen plan-do-check-act beheersing, maar out-of-the-box denken. Greenfield-achtig.
- Procesbenadering: denk in termen van end-to-end processen in termen van de aanvrager of de gebruiker. Want er wordt nog te veel gedacht in termen van taken, posities en mensen. Vanuit afzonderlijke silo’s of eilanden. Maar nog te weinig in termen van integrale ketens met professioneel ontwikkelde koppelvlakken.
- Dramatisch: wees niet tevreden met een paar procent verbetering, leg de lat hoog door echte impact te maken passend bij de uitdaging. Ga voor minstens enkele tientallen procenten.
Be the change you want to see in the world
Maar er is nog iets: ons seniormanagement moet zich zichtbaar committeren aan dat ambitieuze doel. Eigenaarschap tonen. Door onder meer het creëren van aanvaardbare risico’s. Opdat zo ook de markt ook wordt uitgedaagd om haar rol te kunnen spelen en om te investeren in deze nieuwe innovatieve concepten. Gericht op het realiseren van brede implementaties.
En als je als seniormanagement dan die ruimte geeft om ‘buiten de lijntjes te kleuren, dan helpt het wel als je met elkaar een eensluidend beeld hebt van de geldende waarden. De leidende principes waarbinnen je dan acteert mét elkaar. De wijze waarop we als overheid innovaties faciliteren, ondersteunen of supporten. In de geest van ‘zo doen we dat met elkaar, in deze geest pakken we dat aan’. Mijn advies: maak dat transparant met elkaar. En heb het er over. En avant!
Natuurlijk zijn innovaties onvoorspelbaar, doen we dingen die we nooit eerder hebben gedaan, maar onthoudt wat Eric Ries daarover zei: ‘Just because innovation is decentralized and unpredictable doesn’t mean it can’t be managed’.
Bedrijfseconoom Dirk-Jan de Bruijn is actief op vlak van innovatie in mobiliteit én netwerkleiderschap. Hij is auteur van het boek ‘Ladders tegen Wolken‘. Hij schrijft deze blog op persoonlijke titel.
Stel nou dat we de Staat zien als informatie ecosysteem, in plaats van als verzameling 20ste eeuwse stovepipes. Dan lopen er inmiddels meer data TUSSEN dan BINNEN die organisaties en hun omgeving. Dat IS dus al zo. Nu is binnen de EU de afgelopen jaren de FEDeRATED Reference Architecture ontwikkeld en succesvol geïmplementeerd voor allerlei voorbeelden. Het idee achter deze aanpak is een federatief netwerk van platforms die naadloos kunnen samenwerken als technologienetwerk, waarmee alle partijen voor elk onderwerp, in elk data ecosysteem (Data Space) gegevens moeten kunnen delen, volgens het Europees interoperabiliteitskader (EIF). Dit loopt soepel. Het concept laat zich naadloos adopteren als basis voor allerlei Digital Twins, waaronder van complete Ministeries als we zouden willen, die weer de basis kunnen zijn voor Virtuele Data Omgevingen, zoals de BDI dat doet voor de Topsector Logistiek. Zie: topsectorlogistiek.nl/topsector. Hier ligt een heel veld aan direct toepasbare mogelijkheden voor innovatie. Zo’n federatief netwerk van (Digital Twin) platforms is gebaseerd op 4 bouwstenen:
1) Plug &play
2) Federatie
3) Onafhankelijke technologiediensten
4) Veilig, Beveiligd en Vertrouwd.
Zo kunnen Distributed Data Resources (DDR) – d.w.z. IT-systemen / platforms die gegevens leveren of gebruiken die gericht zijn op het leveren van digitale diensten – verbinding maken met een ander. Het idee is dat op termijn miljoenen IT-systemen/platforms zo data kunnen delen, door ze laagdrempelig in staat te stellen om op sommige momenten gegevens te verzamelen en op andere momenten juist gegevens te verstrekken, bedoeld voor de bewuste levering van op maat gemaakte datadiensten aan alle deelnemers, met inbegrip van de naleving van alle vigerende Wet- en Regelgeving.
Hoe gaaf dat is zie je o.a. hier: http://www.fiware.org/about
Gewoon beginnen!