Zijn beleggingsfonds wil alleen nog maar digitaal met mijn 92-jarige vader communiceren. Was er niet ooit een voorstel in Brussel om dergelijke discriminatie te verbieden?
Een maand geleden werd mijn twee-en-negentigjarige vader door zijn beleggingsfonds geïnformeerd, dat dat fonds vanaf januari alleen nog maar digitaal met de klant wil communiceren. Het fonds zei natuurlijk niet ‘wil’, maar ‘kan, want u begrijpt: de crisis maakt dat het water ook bij dit fonds aan de lippen staat.
Overmacht, dus alle enigszins bewerkelijke communicatie is te kostbaar geworden. Ook mijn vaders jaarlijkse gesprek met de adviseur van zijn beleggingsfonds, ook hem schriftelijk informeren. Het kan allemaal niet meer. Mijn vader is al langer dan veertig jaar klant bij dit fonds.
Inderdaad: mijn vader heeft de computer niet meer kunnen leren. Dat is geen kwestie van onwil, maar hij mist eenvoudig de handigheid in zijn vingers en ook in zijn motorisch en analytisch geheugen kan het er niet meer bij.
Ooit – ik herinner me dat van ongeveer vijftien jaar geleden – was er het voorstel in Brussel om een Europese verordening aan te nemen om deze zogenaamde discriminatie te verbieden. Met andere woorden: de NS zou zo dus worden verplicht om zelf een gewoon spoorboekje te blijven uitgeven en banken en beleggingsfondsen zouden gewoon papieren afschriften moeten blijven aanbieden. Kennelijk heeft dat voorstel het niet gehaald, maar gezegd moet worden dat sommige banken en beleggingsfondsen dat wel – uit zichzelf dus – blijven doen.
“Nee”, zei de jongeman van het bewuste fonds die mij telefonisch te woord stond, “maar misschien dat uzelf wel een computer heeft en voor uw vader de afschriften kunt uitdraaien?”
Ik vroeg hem of hij zelf een vader had en zich kon voorstellen hoe die dat zou vinden, als zijn zoon zijn financiële afschriften ging zitten uitdraaien? Hij antwoordde dat zijn vader een computer heeft.
Ik vind het jammer of eigenlijk immoreel om ouderen zoals mijn vader op deze manier buiten te sluiten. Logisch dat van de jongere generatie die nu eenmaal met de computer opgevoed is, wordt verwacht dat ze digitaal kunnen meekomen, maar ik vind het raar dat er geen overgangsscenario ligt.
Bij verzekeringsmaatschappijen wordt er ook veel op digitaal gestuurd. En ook met de OV-chipkaart.
Hoe kan je nu van iedereen verwachten dat ze een computer hebben en dan ook nog weten hoe je digitaal aanvragen moet doen en bijvoorbeeld facturen kan declareren? Dan heb je zelfs ook nog een scanner nodig of een smartphone met fotomogelijkheid.
Ik zie het gebeuren in mijn directe omgeving, dat mensen afhaken omdat ze gewoonweg niet begrijpen wat ze moeten doen. Zelfs het formulier invullen kan moeilijk zijn, ivm de beveiligingsmaatregelen die zijn genomen.
Voorlopig moet men dus de “ouderwetse” manier van ook blijven ondersteunen. Maar wie gaat dit controleren?
Op menige bijeenkomst over de e-overheid die ik als gemeentelijk beleidsambtenaar mag bijwonen wordt gesproken over DigiD, en daarbij over de geneugten van DigiD Machtigen. Want als een persoon niet zelf in staat is digitaal zaken te doen met de overheid via DigiD, dan kan deze een ander persoon machtigen. Dat klinkt zo mooi. Echter heeft nooit iemand een antwoord op mijn vraag hoe ze denken dat deze digi-onvaardige persoon (vaak oudere, maar het kan ook anders) dan een machtiging kan invoeren. Precies, dat wordt door dezelfde hulpgever (vaak kind) gedaan, en klinkt dus als volstrekt overbodig.
In de Burgerservicecode van de gemeenten is volgens mij (voorlopig nog) opgenomen dat de gemeente naast digitaal ook altijd een ander kanaal beschikbaar heeft voor haar klanten.
Het is Voor Een groot deel van de basic fit leden onmogelijk om te gaan sporten door een door de overheid verplicht reservering systeem wat alleen met de computer mag door de 1,5 meter maatregel Waar ik bang voor ben is dat die maatregel eindeloos lang duurt en bij ieder klein griepje toegepast wordt Veel deuren blijven dan voor velen gesloten.