Als professionals het falen van de techniek opvangen en we beoordelen op cijfers, dan verdwijnt het zicht hierop. Bijvoorbeeld bij mensen met verward gedrag. Zoals Kees.
Duizenden patiënten verdwalen in de bureaucratie, kopten diverse kranten recent. Het ging om mensen die toegang zoeken tot de psychiatrie, jongeren met een verstandelijke handicap en ouderen met dementie.
Uit eigen onderzoek weet ik dat uitblijvende hulp niet alleen een tragisch verhaal is voor deze mensen zelf, maar ook voor de omgeving. Niet voor niets is het de politie die personen met verward gedrag steeds in de publieke discussie brengt, want bij de politie gaat de telefoon als het mis gaat.
De rubriek Digitaal verdwaald toont opzienbarende en frustrerende ervaringen in de digitale wereld. Zelf een ervaring gehad? Mail ons!
Kees is een voorbeeld. Ik ontmoette Kees in een forensisch psychiatrische instelling. Dat vond ik best spannend. De bewakers waren stuurs en lieten zich niet verleiden tot een babbeltje. Kees was een grote man en ik wist dat hij zijn vader had vastgebonden op de salontafel en langdurig had mishandeld. Het was niet de eerste keer dat Kees met politie en justitie in aanraking kwam. Later zou hij ontoerekeningsvatbaar worden verklaard en ook dat was niet de eerste keer, want Kees kampt al lang met twee problemen die alles met elkaar te maken hebben: drugs en psychoses.
Dat weet Kees zelf ook. Voor het allemaal misging, meldde hij zichzelf daarom bij het team dubbeldiagnose, een samenwerking van verslavingszorg en psychiatrie. Hij kreeg een intakegesprek. De psychiater vertelde later aan het zorg- en veiligheidshuis dat hij ‘de juiste soort patiënt is’.
Maar Kees werd nooit opgeroepen. Hij verdween bij de geestelijke gezondheidszorg in de computer. Pas toen de instelling voor begeleid wonen aan de bel trok, maanden later, werd het dossier opeens ‘wakker’. Op dat moment vond de psychiater Kees echter een te zwaar geval. Zodra het zorg- en veiligheidshuis dit hoorde, probeerden ze Kees toch te laten aannemen. Maar tegen die tijd lag Kees’ vader al vastgebonden op de salontafel.
Deze ‘administratieve doling’ mag geen ICT-incident genoemd worden. Traag werkende ICT, niet-functionerende ICT en tijdelijk niet beschikbare ICT loopt als een rode lijn door de verhalen van professionals in dit verhaal en andere cases. Geëngageerde zorgverleners vangen dit soort problemen – vaak buiten werktijd – op. Dat is loyaal en verdient complimenten. Maar als professionals het falen van de techniek opvangen en we beoordelen op cijfers, dan verdwijnt het zicht hierop. En de urgentie.
Arjan Widlak is directeur en onderzoeker bij Stichting Kafkabrigade, een organisatie die onnodige bureaucratie opspoort en oplost. Arjan publiceert regelmatig over de impact van informatietechnologie op het openbaar bestuur.
Deze bijdrage is eerder (27 oktober 2018) geplaatst in Het Financieele Dagblad