Digitalisering en democratie

Lokale verkiezingen: ‘Waarom praat niemand over digitalisering?’

Digitalisering zit verweven in ons hele leven, werken en leren. Toch zijn er nauwelijks lokale politieke partijen die er aandacht aan besteden in hun verkiezingsprogramma. Het goede nieuws is dat het tij prima gekeerd kan worden voor de gemeenteraadsverkiezingen in maart. Bestuurders en politici hoeven geen specialist te zijn op het onderwerp, zij moeten de goede vragen kunnen stellen.

Beeld: ANP

Alle maatschappelijke vraagstukken zijn te koppelen aan een vorm van digitalisering. Woningnood en websites waarop mensen hun woonruimte aanbieden als hotels. Mobiliteit en apps die deelscooters als strooigoed over een stad verspreiden. Openbare veiligheid en sociale media die groepen bij elkaar brengen. Onderwijs en Amerikaanse hardware en software in Nederlandse scholen. En zo voort en zo verder. Digitalisering raakt onze publieke waarden en de verhoudingen tussen overheid, markt en burger. Waarom staat het dan niet bovenaan de partijprogramma’s van de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Wat kunnen lokale bestuurders doen om het onderwerp wel onder de aandacht te brengen? En waarom is dat hard nodig?

Digitale Raad op Zaterdag over digitalisering en de informatiesamenleving

Zaterdag 12 februari zal opnieuw een digitale Raad op Zaterdag plaatsvinden. Het gaat om een speciale editie, helemaal gewijd aan het thema digitalisering en de informatiesamenleving. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Vereniging voor Raadsleden (NVvR) nodigen u van harte uit om dit evenement bij te wonen.
Klik HIER voor meer informatie en aanmelden

Deze en andere vragen werden besproken in een sessie die de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) onlangs organiseerde. Aanwezig waren onder andere instanties als de Autoriteit Persoonsgegevens, de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), de Raad van State en de wetenschappelijke bureaus van alle landelijke politieke partijen. De deelnemers waren het erover eens dat digitalisering de maatschappij ingrijpend beïnvloedt en dat de politiek er sturing aan moet geven, zeker ook lokaal. Ook was er consensus dat beleid inzake digitalisering te vaak ad hoc is. En dat terwijl digitale systemen op gespannen kunnen voet staan met de vrijheid van burgers om hun eigen toekomst vorm te geven. Bestuurders hoeven geen specialist te zijn op het onderwerp, maar moeten wel de goede vragen kunnen stellen. Ongunstig voor de aandacht is dat veel politici en inwoners het onderwerp ‘niet sexy vinden’, maar dat is een kwestie van perspectief.

Technologie in sociale context

Laura de Vries is van het wetenschappelijk bureau van D66. Zij deed recent onderzoek naar algoritmes en lokale politiek. “Lokaal bestaat nog het idee dat technologie objectief en neutraal is. Dat is niet zo, omdat technologie verweven is met de sociale context waarin ze wordt gebruikt. Een tweede reden dat digitalisering zelden op de lokale politieke agenda staat, is de overtuiging dat het iets is voor de uitvoerder en niet voor de bestuurders of politici. Er is een gebrek aan politiek gesprek over dit onderwerp, terwijl we de enorme impact zien die technologie kan hebben op de individuele vrijheid en rechten van mensen.”

“Data moeten veilig zijn bij een gemeente, niet alleen technisch, maar ook in hoe ze worden gebruikt. Vraag eens in de gemeenteraad hoe dat is geregeld.”

Het gesprek moet niet alleen gaan over wat wel en niet mag volgens wet- en regelgeving, zegt De Vries. “Kijk niet alleen naar de AVG, kijk naar de autonomie van mensen. De discretionaire beslissingsbevoegdheid verschuift van ambtenaren naar de algoritmes. Willen we besluitvorming overlaten aan computers? Mensen hebben het recht op een toekomstige tijd, om hoogleraar Shoshana Zuboff the citeren. Wanneer de overheid al heeft besloten in welk hokje iemand past, dan komt hij of zij daar niet meer uit en toekomstplannen worden afgesneden. We moeten heel voorzichtig zijn en heel duidelijk afbakenen wat wel en niet wenselijk is. Het gesprek, als het al wordt gevoerd, gaat te veel over wat mag en niet mag en niet over wat we wel en niet wenselijk vinden. Applicaties waarmee burgers meldingen doen over criminele daden, vind je dat een goede toepassing of niet? Nepaccounts op sociale media die gemeenten gebruiken om fraude op te sporen, is dat wenselijk of niet?”

De gemeente als monopolist

Ook aanwezig bij de sessie was Robert van Dijk, griffier van de gemeente Teylingen en lid van de VNG-commissie Informatiesamenleving. Als voorbereiding op dit artikel googelde hij redelijk willekeurig de verkiezingsprogramma’s voor de gemeenteraadsverkiezingen in tien grotere en tien kleinere gemeenten. De oogst: digitalisering is niet zichtbaar als politiek onderwerp. “Bij grotere gemeenten zag ik hier en daar een goede aanzet, maar dan vooral op het vlak van mobiliteits- en deelplatforms. Bij kleinere gemeenten kwam het soms voorbij als ICT en een onderwerp waar men ‘iets mee moest in de toekomst’. Ik zag weinig concreets.” Wat hij met name miste, was het besef dat de gemeente heel veel gegevens heeft van haar burgers die daar zelf niet over kunnen beslissen. De overheid heeft het alleenrecht op bepaalde gegevens die eigenlijk van de inwoners zijn. “Gemeenteraden zouden moeten praten over wat zij daarvan vinden, waar hun verantwoordelijkheid ligt en wat dit betekent voor de kwetsbaarste burgers. Helaas staat het belang van die gegevens pas op de agenda wanneer de buren zijn gehackt.” En dan is het eigenlijk te laat. “Data moeten veilig zijn bij een gemeente, niet alleen technisch, maar ook in hoe ze worden gebruikt. Vraag eens in de gemeenteraad hoe dat is geregeld. Zie het als een kans.”

Structuur kan helpen, zegt Van Dijk. “Zet binnen de eigen gemeenteraad of samen met een paar buurgemeenteraden een vaste commissie digitale zaken of informatiesamenleving op zodat er een vaste, aparte plek is om te praten over digitale onderwerpen en ontwikkelingen. Zo’n commissie kan dan ook meekijken met andere portefeuilles. Laat ze meedenken over veiligheid, over beleid omtrent de uitingen van lokale politici op social media, over jeugdzorg en ondernemersdienstverlening. Het gevolg van het ontbreken van structuur is dat acties te laat komen en digitalisering negatief op de agenda komt.”

Burgemeester maakt inhaalslag

Peter Snijders, burgemeester van Zwolle, is sinds acht jaar lid van de VNG-commissie Informatiesamenleving. “Toen ze me indertijd vroegen begreep ik niet waarom, ik had immers geen verstand van techniek. Het antwoord was: ‘dat is precies waarom we jou willen, want digitalisering gaat om andere vraagstukken’.” Aanvankelijk dacht ik dat het over de aanschaf van software ging. Maar als snel werd ik me bewust dat digitalisering een basisfactor zou gaan worden in het bestuurlijk handelen.”

Niet alleen de burgemeester heeft een inhaalslag gemaakt, ook zijn gemeente Zwolle ziet digitalisering als belangrijk onderwerp. “Met de VNG-afdeling Overijssel hebben we een commissie informatiesamenleving opgericht om te kijken wat we hebben te doen. We hadden voorbeelden genoeg op ons af zien komen, landelijk maar ook dichtbij huis. De Toeslagenaffaire, de digitale veiligheid van Hof van Twente. We proberen daarvan te leren.” Ook in de gemeenteraad van Zwolle worden vragen gesteld over digitalisering, ook over de ethische aspecten. “We hebben nog niet alle antwoorden, maar de eerste stappen zijn gezet.”

“Een wethouder digitaliseringszaken, daar zou ik absoluut voor pleiten.”

Aan collega-bestuurders adviseert hij om het onderwerp aandacht te geven, zodat het ook in de organisatie landt. “Leg het niet bij de ICT-afdeling, die gaan over de software, de hardware en het netwerk. De vragen die gesteld moeten worden gaan over het inrichten van de informatiesamenleving. Welke gegevens zijn beschikbaar, van wie zijn ze, hoe kan daarmee gestuurd worden, wat kan daarmee gestuurd worden, wat mag wel en wat mag niet? Daar zitten ook politieke onderwerpen bij, zoals de mate van transparantie in het publieke debat.” Moeten gemeenten onderhand niet opschieten met het praten over digitalisering? “Ja, want het is al begonnen in de tijd dat de harde schijven het gemeentehuis binnengedragen werden. Sindsdien is digitale technologie een levensader geworden in de samenleving. We kunnen niet zonder en we kunnen ook niet zonder besturen. Een wethouder digitaliseringszaken, daar zou ik absoluut voor pleiten.”

Algoritmes en lokaal bestuur

Eerdergenoemd onderzoek van Laura de Vries bevat ook voorbeelden van raadsvragen. In zestien gemeenten zijn deze vragen ook daadwerkelijk aan het College gesteld. “Het eerste wat opviel was het gebrek aan bewustzijn over de ethische risico’s van algoritmes. Zo werd gedacht dat er geen ethische risico’s waren zolang er gekeken werd naar objectieve factoren, zoals leeftijd of de wijk waarin iemand woont.” Het tweede dat opviel was de verwijzing naar het gebruik van algoritmes in de context van een samenwerkingsverband in de regio. “Deze gemeente kon geen uitspraken doen over hoe het algoritme werkte, omdat het een samenwerking betrof in de regio. Dat is een lastige, want regionale democratische controle is moeilijker dan lokale. Het is een vorm van verantwoordelijkheid afschuiven, er valt een democratisch gat.”

Nathan Ducastel, directeur VNG Realisatie vat samen: “Digitalisering is ontegenzeggelijk een grote transformatie, met effect op alle aspecten van ons leven. Het recente rapport van de WRR over AI bevestigt dit, net als de aandacht die de Europese Commissie besteedt aan digitalisering als een van de drie grote transformaties van deze tijd. De grote impact van digitalisering betekent dat je er ook lokaal over moet nadenken. Als je dat doet, dan ontdek je dat digitalisering niet waardenvrij is. Je kunt dit dus niet alleen overlaten aan de CIO of de informatiemanager.
Het openbaar bestuur is verantwoordelijk voor het reguleren van het maatschappelijk verkeer, ook dat langs digitale weg. Ook dat verkeer verdient checks & balances. We zullen dus op lokaal niveau moeten nadenken en besluiten over wat voor lokale samenleving we willen zijn. Welke keuzes we maken in bijvoorbeeld het toepassen van AI en algoritmes. Dat is niet waardenvrij, dat is politiek. Daarom vinden we het zo belangrijk om dit te bespreken met de wetenschappelijke bureaus van alle politieke partijen en om de belangrijke partners daarbij te betrekken, zoals de WRR en de Raad van State.”

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren