Structuur en vrijheid blijken best samen te gaan, zo leren we in deze coronatijd. Zie daar een parallel met Common Ground.
Structuur en vrijheid blijken best samen te gaan, zo leren we in deze coronatijd. Binnen duidelijke kaders, zoals anderhalve meter afstand houden, hebben we bewegingsvrijheid. Ik zie een parallel met Common Ground.
Twee jaar geleden begon Common Ground als beweging van een kleine groep gemeenten, die constateerde dat de gemeentelijke informatievoorziening aan vernieuwing toe was. Inmiddels is deze beweging uitgegroeid tot een grote community van tientallen gemeenten, uitvoeringsorganisaties, leveranciers en andere partners en wordt er gewerkt aan het realiseren van een moderne gemeentelijke informatievoorziening.
Bij het realiseren van Common Ground gebruiken we structuur én vrijheid. Een bepaalde structuur is nodig, zoals technische kaders die ervoor zorgen dat de vele toepassingen die gemeenten, leveranciers en andere partners nu en straks ontwikkelen, daadwerkelijk passen in de nieuwe informatievoorziening. Ook maken we eenduidige afspraken over hoe we samenwerken en toepassingen opschalen, zodat alle gemeenten ze kunnen gebruiken.
De principes en informatiearchitectuur van Common Ground zijn niet nieuw, maar voor gemeenten is deze inrichting van de informatievoorziening en deze manier van werken wel nieuw. Dat vraagt om leren en experimenteren en continu aanpassen en verbeteren. Dat lukt alleen met een bepaalde mate van vrijheid. Bovendien: een informatievoorziening die we de afgelopen dertig jaar hebben opgebouwd, gaan we niet binnen twee of drie jaar volledig vervangen. Dat moet geleidelijk gaan en ook daar is vrijheid voor nodig. Gemeenten maken hun eigen afwegingen wanneer ze bepaalde onderdelen vervangen en op welke thema’s ze meewerken aan het realiseren van Common Ground.
Dit jaar werken we in Common Ground aan twee concrete toepassingen, die we volledig werkend willen krijgen. De eerste toepassing is de registratie van vakantieverhuur, die vanaf 2021 verplicht is. De Common Ground community ontwikkelt deze registratie, compleet: van dienstverlening naar inwoners tot het controleren van gegevens en data-uitwisseling in de systemen van gemeenten en hun partners. De tweede is het Huishoudboekje. Dit is door de gemeente Utrecht ontwikkeld en we gaan het vanuit VNG Realisatie voor alle gemeenten beschikbaar maken, volgens de aanpak en de principes die we hanteren voor Common Ground.
Deze twee toepassingen helpen gemeenten in hun uitvoering. Maar het is meer dan dat, want we testen met de ontwikkeling en opschaling ook onze manier van werken. Hoe we als VNG Realisatie met gemeenten en partners innoveren, samenwerken, hoe we beheer en onderhoud invullen en hoe we samen met de markt ontwikkelen. Daar is veel ruimte voor, bewegingsruimte die we hebben dankzij de kaders die we schetsen voor Common Ground.
Om terug te komen op die anderhalve meter: het lijkt beperkend, maar het is gezien de omstandigheden noodzakelijk. Juist dankzij die beperking kunnen we dingen doen. Vertaald naar Common Ground: het zijn de kaders die ons als gemeenten in staat stellen om meer samen te bereiken.
Hugo Aalders is directeur van VNG Realisatie
