In veel gemeenten komt er een coalitie van een andere politieke kleur. Dat gaat onherroepelijk leiden tot verschillende accenten, zeker in het sociaal domein. Is dat wenselijk?
De formaties voor de nieuwe colleges zijn volop aan de gang. In veel gemeenten komt er een coalitie van een andere politieke kleur en dat gaat onherroepelijk leiden tot verschillende accenten, zeker in het sociaal domein.
Als Wigo4it werken wij voor de sociale diensten van Utrecht, Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. Wij ontwikkelen en beheren de informatievoorziening waarmee zij onder meer bijstandsvoorzieningen uitkeren. Tien jaar geleden besloten deze gemeenten dat het slimmer is om dit samen te doen. Sinds die tijd hebben we laten zien dat het inderdaad loont om samen te werken, omdat we op die manier een betrouwbare en moderne informatievoorziening realiseren die altijd aansluit op wet- en regelgeving.
Veel werk in de uitvoering is gelijk, maar de steden leggen wel verschillende accenten. In de afgelopen collegeperiode bijvoorbeeld hanteerde de wethouder in Rotterdam (Leefbaar Rotterdam) een heel ander beleid dan de wethouder in Amsterdam (SP). Toch was de ondersteuning van de uitvoering in beide steden gelijk. Niet zo vreemd misschien, want de uitvoeringsprocessen zijn redelijk beleidsneutraal. Elke gemeente wil uitkeringen op tijd verstrekken, wat voor politieke kleur raad en college ook hebben. Toch vergt het wel het nodige van onze samenwerking om voldoende ruimte voor maatwerk te kunnen bieden en tegelijkertijd de schaalvoordelen van uniforme processen te behalen. Het is de afgelopen tien jaar altijd gelukt om dit te realiseren, dus ik heb goede hoop dat het dit keer ook weer gaat lukken.
Maar er moet mij wel iets van het hart. Dit is een persoonlijke mening, ik spreek hier niet namens Wigo4it. Natuurlijk moet er ruimte zijn voor lokale verschillen en politieke kleur, dat hoort bij onze democratie. Maar soms zijn de verschillen tussen gemeenten in het sociaal domein wel erg groot. Bijvoorbeeld in de opvang van verwarde mensen: de ene gemeente heeft dit geregeld, de andere niet. Of de begeleiding van kinderen die extra zorg nodig hebben. Dat vertaalt zich letterlijk tot verschillen op het schoolplein, waar de ene ouder die zorg wel krijgt voor zijn kind en de ander niet, omdat die in de aangrenzende gemeente woont.
Is dat wenselijk? Ik vind van niet. Te grote verschillen leiden tot ongelijkheid, zeker in het sociaal domein, want dat grijpt echt in in de levens van mensen. Het voelt ook niet eerlijk: waarom zou de ene burger wel gebruik kunnen maken van bepaalde voorzieningen en de andere niet, alleen omdat hij of zij in een andere gemeente woont? Ik heb de oplossing niet, maar ik stel de vraag wel. Ik ben benieuwd hoe u daarover denkt.
Larissa Zegveld is algemeen directeur van Wigo4it, de coöperatie van de sociale diensten van Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht op het gebied van informatievoorziening.
Dit is een politieke beslissing van het afgelopen kabinet om het op deze wijze te organiseren, de gemeentes moeten het zelf uitzoeken. De een doet het zus de ander doet het zo. Eens met de schrijfster dat dit ongelijkheid in de hand werkt.
Het is het afschuiven van de verantwoordelijkheid en het doorschuiven van de problemen. Met minder geld, want is vooral een bezuinigsoperatie. Je zou meer mogen verwachten van een overheid en het is slecht voor het vertrouwen in de politiek. Aan de andere kant, het is de tijdgeest.
Interessante vraag. En stoer dat je geen antwoord hebt. Het voelt inderdaad wrang dat een gehandicapte beter of slechter af is in de ene of andere gemeente. Het is denk ik interessant om hier eens met prof Paul Frissen over van gedachten te wisselen. Hij heeft goed nagedacht over verschillen. Ik citeer hem (mbt decentralisaties in 2014) hieronder:
‘Als de overheid zich wil terugtrekken door te decentraliseren, dan moet ze echt loslaten en aanvaarden dat er meer verschil en ongelijkheid in de samenleving ontstaan.’
‘Wanneer je bijvoorbeeld de thuiszorg decentraliseert, krijgt iemand in Groningen andere thuiszorg dan iemand in Maastricht. Dat wordt zeker opgemerkt en dan kun je er vergif op innemen dat er Kamervragen komen. Dan moet je een minister hebben die zegt: dat klopt en dat was juist de bedoeling. En die ministers hebben we niet zoveel.’
Zie voor hele artikel http://www.zorgwelzijn.nl/overheid
Mocht je hierover met hem eens sparren, dan ga ik graag met je mee!
Overigens vind ik het ook een probleem dat de bureaucratie, snelheid van processen en klantgerichtheid zo ongelijk is tussen verschillende gemeenten. Misschien is dat wel frustrerender dan het hebben van verschillende regels.
Goed idee Floor!