In deze coronatijd is het verzamelen van contactinformatie van groot belang. Hoe kunnen QR-codes daar een rol in spelen?
Dagelijks rond 2 uur ’s middags stuurt de NOS een pushbericht. ‘RIVM: 33 doden door coronavirus, 14 nieuwe ziekenhuisopnames’ was het bericht op 20 mei. Later bleek dat onder de doden, die het instituut kon melden, drie mensen ruim een maand daarvoor al overleden. En vier ‘nieuwe’ patiënten waren al begin april in een ziekenhuis opgenomen. Moeten we, nu de maatregelen worden versoepeld, varen op informatie die niet geheel up-to-date is?
Op dit moment is er nog geen betrouwbare registratie van het aantal coronapatiënten en het aantal mensen dat in Nederland aan corona overlijdt. Alleen mensen met een positieve test op Covid-19 worden geteld. De werkelijke aantallen zijn dus hoger, omdat vanwege de schaarse testcapaciteit niet iedereen met corona gerelateerde klachten is getest. Verder is Nederland het enige land ter wereld dat geen inzicht geeft in het aantal genezen coronapatiënten.
Het inzicht in coronabesmettingen zal verbeteren als vanaf juni grootschalig wordt getest. Iedereen met klachten kan zich dan via een landelijk nummer melden voor een test en een afspraak plannen zonder tussenkomst van een arts. Tegelijkertijd wordt een registratiesysteem voor het testen op COVID-19 in gebruik genomen door huisartsen, bedrijfsartsen en GGD’en. Het systeem ondersteunt de planning en uitvoering van de testen en verschaft landelijke en regionale overzichten van het aantal afgenomen testen en resultaten, inclusief trends.
Tegelijkertijd wordt ook een dashboard in gebruik genomen om zicht te houden hoe de virusuitbraak zich in ons land per regio ontwikkelt. Het dashboard moet onder meer betrouwbaar inzicht bieden van de belangrijkste indicatoren waarop wordt gestuurd, zoals IC-opnames, ziekenhuisopnames, testuitslagen, reproductiegetal en aantal besmette personen. Vanaf het begin van de uitbraak in China houdt de John Hopkins University een dashboard van de ontwikkeling van de virusuitbraak bij. Zo hebben we de verspreiding via China naar Italië, Europa, Verenigde Staten en Zuid Amerika van dag tot dag kunnen volgen. Duitsland heeft ook een fraai dashboard met zicht op het aantal besmettingen per regio op kaart, in tabellen en grafieken.
Een dashboard is niet meer dan een visuele weergave van de belangrijkste informatie die nodig is om doelstellingen te behalen, samengevoegd op een enkel scherm, om in één oogopslag het overzicht én het inzicht te hebben. De bruikbaarheid van een dashboard staat en valt bij de kwaliteit van de data. Die moeten betrouwbaar en actueel zijn. Met een versplinterd systeemlandschap en gebrekkige informatie-uitwisseling in de zorgketen is dat een uitdaging. Daarbij komt nog de vertraging van het beschikbaar komen van de informatie. Testuitslagen zijn nu gemiddeld pas twaalf dagen na infectie beschikbaar. Door opschaling van het testbeleid moet die tijd worden verkort. Verdere verspreiding kan dan door middel van traceren en zelfisolatie eerder worden afgeremd.
Het ligt voor de hand de informatievoorziening zo dicht mogelijk bij de bron – waar besmettingen kunnen ontstaan – te organiseren: bij burgers en in locaties zoals woningen, verenigingen, bedrijven, horeca, et cetera. Helaas komt dat niet van de grond. De veelbesproken coronatracker-app is op de lange baan geschoven en er bestaan maar liefst drie verschillende apps waarmee je ziekteverschijnselen kunt rapporteren: COVID Radar van LUMC, Corona Check van OLVG en Infectieradar van het RIVM. Zonder waarborg van identificatie en beveiliging kun je wekelijks niet-gevalideerde medische gegevens versturen. Vervolgens heb je geen flauw benul wat daarmee gebeurt.
Een goede publieke app moet aansluiten op de leefwereld van mensen. Nu er weer meer bewegingsvrijheid komt is het van belang meer contactinformatie te verzamelen. Dat kan eenvoudig door met een QR-code op locatie in te checken op kantoor, sportclub, kapper of restaurant. Daardoor bouw je zelf aan een digitaal dagboek, dat je in geval van positieve coronatest ter ondersteuning van het contactonderzoek kunt delen met de GGD. In Nieuw Zeeland is recent een dergelijke contactonderzoek-app gelanceerd. Omgekeerd zouden veiligheidsregio’s actuele informatie aan de app ter beschikking kunnen stellen over locaties die gemeden moeten worden vanwege drukte en besmettingsgevaar. Zo krijgt iedere Nederlander zijn eigen persoonlijke dashboard voor het maken van gezonde keuzes in coronatijd.
Jan Willem Boissevain is Client Success Manager bij Pegasystems