De eindstreep voor Rutte-III is in zicht. Hoe heeft de Tweede Kamer de kabinetsinspanningen op ICT-gebied beleefd? Is een ‘tweede Elias’ voorkomen? Is de Kamer zelf ook beter beslagen ten ijs gekomen? Zes ICT-woordvoerders blikken terug.
De plenaire zaal van de Tweede Kamer
Kees Verhoeven, D66: “De overheid moet nu digitaal doén”
“Drie jaar terug stelde ik dat de overheid digitaal moet gaan denken. Op dat vlak is veel winst geboekt. Digitalisering is gestegen in de Haagse pikorde en onderdeel van het politieke denken geworden. We zijn nu bij de volgende fase: de overheid moet digitaal doén. We moeten digitalisering serieus gaan organiseren en vormgeven. Er komt nu een vaste Kamercommissie. Ook in het kabinet is sterkere digitale coördinatie nodig, liefst bij één bewindspersoon en één ministerie dat nadrukkelijk de naam Digitale Zaken in zich heeft. Er zijn vast tien argumenten te bedenken om het niet te doen, maar ik zie zoiets wel zitten.”
Kees Verhoeven (1976), in de Tweede Kamer sinds: juni 2010
Portefeuille: Europa, inlichtingendiensten, ICT, privacy en cyberveiligheid, marktordening en mededinging
“Nu heeft elk ministerie zijn eigen digitale kokertje. In tachtig procent van de gevallen gaat dat goed. Maar er zijn ook departementoverstijgende onderwerpen. Denk aan de discussie over de voorspellende algoritmes die de overheid op tal van terreinen inzet, of aan de ontwikkeling van het 5G-netwerk. 5G gaat over gezondheid en economische groei maar ook over veiligheid en vitale infrastructuur. Dan heb je iemand nodig die voor al deze vraagstukken samen digitaal leiderschap toont. Laten we verder alle software van de overheid open gooien, want dat levert ontzettend veel op. Het maakt de overheid niet langer van leveranciers afhankelijk en dat was een van de redenen voor het mislukken van grote ICT-projecten. Gewoon afdwingen in aanbestedingen. Overigens zie ik dat de nieuwe lichting Kamerleden vrijwel geen achtergrond in ICT heeft. Maar dat kan groeien. Gewoon een kwestie van veel met deskundigen praten en goed luisteren. En je moet elk jaar minimaal drie recente boeken over digitalisering lezen. Zelf verlaat ik de Kamer, maar ik wil beslist verder in de digitalisering, maar dan wel bij een bedrijf dat daar maatschappelijke meerwaarde mee wil realiseren, bijvoorbeeld door te adviseren bij de aanleg van digitale infrastructuur. Ik ambieer nog steeds een rol om Nederland digitaal sterker te maken.”
Kathalijne Buitenweg, GroenLinks: “Fout om apparatuur van Huawei toe te staan”
“Bij het ministerie van Justitie en Veiligheid mis ik nog altijd het urgentiegevoel als het om digitale veiligheid gaat. Er verschijnen mooie plannen, maar in de praktijk wordt te weinig getest of de kritische infrastructuur robuust genoeg is tegen hackers. We hebben gezien dat een aantal grote bedrijven in de Rotterdamse Haven tot tweemaal toe is gehackt, met grote economische schade. De aanvallen en bedreigingen nemen alleen maar toe en dat wordt onvoldoende opgepakt.”
Kathalijne Buitenweg, GroenLinks (1970), In de Tweede Kamer sinds maart 2017
Portefeuille: digitalisering, politie, veiligheid en justitie, AIVD
“Onduidelijk is ook waar de verantwoordelijkheid ligt, maar dit is niet alleen een taak van bedrijven. Ook bij het 5G-netwerk wordt onvoldoende doorgepakt. Als puntje bij paaltje komt, worden geen scherpe keuzes gemaakt om de kwetsbaarheid te verkleinen. In mijn ogen is het een fout om apparatuur van Huawei toe te staan. Het kabinet maakt ook niet duidelijk tot welke onderdelen het bedrijf toegang krijgt. Dan wordt wel gezegd dat Huawei goedkoper is. Dat is niet gek, omdat de Chinese overheid volop in dat bedrijf investeert. We moeten daar niet te naïef in zijn. Waarom investeren we niet in eigen Europese alternatieven? Dat is ook goed voor het Europese verdienvermogen op de lange termijn. Hetzelfde geldt voor een Europese cloud. Dat komt maar niet van de grond. Terwijl we allemaal weten, dat we dat nodig hebben. Kijk ook naar de Tweede Kamer. Ook onze gegevens gaan mogelijk naar de cloud. Dan is het wel prettig als het een Europese en geen Amerikaanse of Chinese cloud is. Er is te weinig commitment bij de lidstaten om hier werk van te maken. Ook Nederland zie ik niet zo hard lopen. Investeerders haken dan af. Terwijl we weten dat we daar nu mee moeten beginnen. Het is zaak dat we veel actiever in onze eigen toekomst investeren, met een sterke rol voor de overheid om de juiste condities te scheppen en grenzen te stellen.”
Chris van Dam, CDA: “Kamer heeft te lang achter de feiten aangelopen”
“Met de Tijdelijke Commissie Digitale Toekomst is een flinke slag gemaakt. We hebben de digitale paraplu veel breder getrokken dan sec de ICT van de overheid. Net als de vaste Commissie Financiën hebben we straks een Commissie Digitale Zaken, die breder reikt dan andere commissies. Dan voorkomen we bijvoorbeeld, zoals laatst gebeurde, dat een belangrijk onderwerp als het toezicht op het gebruik van algoritmes door de overheid in drie aparte commissies door drie verschillende woordvoerders wordt behandeld.”
Chris van Dam, CDA (1963), in de Tweede Kamer sinds maart 2017
Portefeuille: politie, openbaar ministerie, rechtspraak, de juridische beroepen (incl. rechtsbijstand), crisisbeheersing, digitalisering
We moeten af van de ICT-versnippering en dit soort dossiers bij één algemene commissie stallen. Als je door het rietje van afzonderlijke commissies kijkt, mis je het totaalplaatje. Alleen zo kun je de bovenliggende thema’s oppakken. Een actuele vraag is bijvoorbeeld wie de eigenaar is van data. En dan heb ik het niet alleen over privégegevens. Als een boer een systeem koopt om de teelt van zijn gewassen beter te sturen, komen al zijn data vaak automatisch in handen van de ICT-leverancier. Data zijn goud waard. Daarom moeten we grondwettelijk vastleggen dat iedere burger eigenaar is van zijn eigen data. We moeten een vuist maken tegen de macht van de grote platforms als Google en Facebook. Een belangrijke taak van de commissie Digitale Zaken is een permanente digitale agenda te maken met de pregnante onderwerpen die spelen. We hebben als Kamer te lang achter de feiten aangelopen. Pas als een ICT-project uit de klauwen liep, kwamen we in actie. Je moet voor op het schip staan, wil je de ijsberg zien aankomen. Als ik de nieuwe kandidatenlijsten zie, maak ik me wel zorgen. Met de komende verkiezingen verdwijnt er veel ICT-kennis uit de Kamer. En dat liep al niet over. Bij een eerder overleg over cybersecurity waren Kees Verhoeven en ik de enigen. Reden voor mij me bij de verkiezingen terug te knokken in de Kamer. Dat is mijn opdracht.”
Maarten Hijink, SP: “Leer nou van succesvolle ICT-projecten”
“De overheid heeft beslist beterschap in het managen van ICT-projecten getoond. Maar ik sta er nog dubbel in. Als je kijkt naar hoe het ministerie van VWS de afgelopen jaren PGB 2.0 heeft aangestuurd, kun je concluderen dat er nog altijd klassieke voorbeelden zijn van hoe het niet moet. Minister De Jonge nam veel te laat de verantwoordelijkheid op zich, pas toen het allang een hoofdpijndossier voor de zorgverzekeraars en de Patiëntenfederatie was geworden. Het portaal zelf zag er goed uit, maar vergeten werd de belanghebbenden mee te nemen, zoals de gemeenten die ermee moeten gaan werken. Tot voor de zomer was de minister nog hoopvol, maar nu is duidelijk dat het nog jaren gaat duren en dan zijn we tientallen miljoenen euro’s verder. Terwijl aanvragers van een persoonsgebonden budget al die tijd op een goed systeem zitten te wachten.”
Maarten Hijink, SP (1983), in de Tweede Kamer sinds maart 2017
Portefeuille: volksgezondheid, welzijn en sport
“Veel beter ging het met de CoronaMelder-app. In het begin was ik kritisch. De app moest met stoom en kokend water worden ingevoerd, terwijl de testcapaciteit niet orde was en de minister de capaciteit voor bron- en contactonderzoek wilde afbouwen. Onduidelijk was wat de app dan zou kunnen toevoegen, nog los van de veiligheid. Daarmee werd de betrouwbaarheid van de app te grabbel gegooid. Later werden tijdens het ontwikkelproces ontwerpdocumenten en broncodes gedeeld en werden audits en penetratietests van de software openbaar. Dat heeft enorm veel opgeleverd. Uiteindelijk heeft staatssecretaris Knops gehoor gegeven aan mijn verzoek om te onderzoeken of andere ICT-projecten hier in de toekomst niet van kunnen leren. Ook de plannen van (voormalig)minister Bruins om ziekenhuizen veel meer gezamenlijk op te laten trekken bij de inkoop van hun ICT zijn veelbelovend. Zo kun je de macht van grote leveranciers als Chipsoft te breken. Er gaan miljoenen over de balk aan premiegeld. Maar deze wet moet nog steeds naar de Kamer komen. Het duurt intussen wel erg lang.”
Jan Middendorp, VVD: “Eindelijk integraal aandacht voor algoritmes”
“Toen ik in 2017 begon, nam de aandacht voor ICT af. Er was nauwelijks belangstelling voor belangrijke onderwerpen als kunstmatige intelligentie, digitale democratie en algoritmes. Met mijn Initiatiefnota Menselijke Grip op Algoritmen heb ik dat laatste integraal op de agenda willen zetten. Het duurde een jaar, voordat er een reactie op kwam, puur vanwege de versplintering in visie op dit onderwerp bij de ministeries. Aan die reactie wordt nog steeds gewerkt, want pas weer zes maanden later heeft het kabinet besloten dat een interdepartementale taskforce het beleid op algoritmes vorm moet gaan geven.”
Jan Middendorp, VVD (1975), in de Tweede Kamer sinds maart 2017
Portefeuille: digitalisering en overheid, e-identiteit, grensregio’s, rijksdienst en normering topinkomens
“Van belang is ook de positieve kanten van algoritmes en technologie in algemene zin te belichten. In de politiek is het zo gemakkelijk om de gevaren te benoemen. Mensen moeten in de online wereld veilig zijn, maar besef wel dat de grote meerderheid van algoritmes helpt om de samenleving mooier te maken. Ze zijn belangrijk voor het toekomstig verdienvermogen van ons land. Maar waar het ene ministerie kijkt naar de kansen voor het bedrijfsleven, kijkt het andere juist naar hoe de overheid er prudent mee om moet gaan. Daarom ben ik blij dat er nu dankzij mijn initiatiefnota een overheidsbrede werkgroep komt. Een belangrijke taak voor een volgend kabinet is ervoor te zorgen dat dit voor meer onderwerpen rond technologie, innovatie en digitalisering gebeurt. De overheid moet op een andere manier beleid en wetten gaan maken en niet gefragmenteerd alleen naar problemen blijven staren. Ook moeten we goed opletten in Europa. De Europese Commissie is in razend tempo regels aan het maken op digitaal vlak, neem het misbruik van sociale media. Natuurlijk moeten we samenwerken in Europa, maar we moeten niet achter Brussel aan gaan lopen. Ons beeld van de vrijheid van meningsuiting – online en offline – verschilt van dat van andere lidstaten. We moeten als Nederland met kennis en kunde input geven op de Europese discussies hierover, zodat die regelgeving straks past bij ons land.”
Farid Azarkan, DENK: “Pas als overheid ICT op een eerlijke manier toe”
“De overheid heeft nog altijd veel te leren bij alles wat met digitale technologie te maken heeft. Nu is het ook niet makkelijk, want de ontwikkelingen gaan razendsnel. Probeer jezelf maar eens te weren tegen grote databedrijven als Google, Apple en Facebook, die elk een economische macht vertegenwoordigen die groter is dan alle Afrikaanse landen bij elkaar. Ik heb zelf recent voorgesteld om een wettelijk kader te ontwikkelen voor het gebruik van technologie.”
Farid Azarkan, DENK (1971), in de Tweede Kamer sinds maart 2017
Portefeuille: Wonen en rijksdienst, veiligheid en justitie, infrastructuur en milieu en financiën
“Er is een betere controle nodig op de bedrijven waar je als overheid iets van vraagt. De kennis van de overheid schiet tekort en de overheid is zich er onvoldoende van bewust van hoe zaken uitwerken. Dan ben je niet in staat misbruik van technologie tegen te gaan. Kijk naar het Sensing-project van de politie in Roermond, die grote hoeveelheden data en algoritmes gebruikte om winkeldiefstal en zakkenrollerij te voorspellen, maar wat bij controles van voertuigen etnisch profileren in de hand bleek te werken. Juist als overheid moet je ervoor zorgen dat je zelf op een eerlijke manier ICT toepast. Want op het eerste oog neutrale technologie kan toch verkeerd uitpakken. Terwijl je technologie ook in kunt zetten, weten we uit onderzoek, om vooroordelen bij mensen weg te halen, bijvoorbeeld bij de selectie van nieuw personeel. De vraag waarom je ICT toe wilt passen en welke impact er is op de samenleving, moet veel eerder en breder aan bod komen. Stel een rechtvaardige verklaring op waar je ICT voor wilt inzetten. Die eerste stap gaat al heel vaak fout. Er moet veel beter worden nagedacht. Zo was het dramatisch dat minister De Jonge in één weekend wel even dacht de corona-app te kunnen realiseren. Organisaties voor privacybescherming stonden meteen op hun achterste benen. De Jonge had eerst zijn business case aan moeten leveren bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Het gebruik van de app was niet eens te toetsen.”
Dit artikel wordt vrijdag 22 januari gepubliceerd in iBestuur Magazine
Ik maak me toch wel flink zorgen over het kennisniveau op het vlak van ICT binnen de Tweede kamer. Maar ook hoe iedereen alleen de eigen politieke agenda en meningen voorop stelt en daar vervolgens een framing aan geeft m.b.t. het gebruik van technologie. Ook hoe hier een paar Kamerleden nog even de gelegenheid neemt zichzelf op de borst te kloppen of zich te profileren. De opmerking van Kees Verhoeven spreekt helaas boekdelen: “Overigens zie ik dat de nieuwe lichting Kamerleden vrijwel geen achtergrond in ICT heeft. Maar dat kan groeien. Gewoon een kwestie van veel met deskundigen praten en goed luisteren. En je moet elk jaar minimaal drie recente boeken over digitalisering lezen.” Dit is eigenlijk best wel droevig om te lezen. Zo werkt het dus niet en dan krijg je wat we nu ook hebben, de zelfbenoemde specialisten die zonder gedegen opleiding en echte kennis van technologie van alles moeten vinden als eenoog in het land der blinden. Of de opmerking van Azarkan die het Sensing-project van de politie in Roermond benoemd als etnisch profileren terwijl het gaat om het tijdig herkennen van Oost-Europese criminelen die – inderdaad, hoe is mogelijk … – met de auto uit Oost-Europa komen.
Ik vind het vreemd en droevig dat vier leden van de commissie die gezorgd heeft dat er een vaste Kamercommissie ‘Digitale Zaken’ komt, opstappen of door hun partij eruit worden gewerkt.
Bij opstappen denk ik: nu het echte werk begint nemen ze snel de benen. De politieke partij die hun IT-kandidaat niet meer op de lijst heeft gezet, verdient een minpunt. Die partij beseft niet hoe cruciaal IT en digitalisering is voor welvaart en welzijn.
Ondanks dat Nederland als land hoog scoort op het gebied van internet en digitalisering, is de ‘digitale geletterdheid’ van onze politici en bestuurders nog steeds te laag. Vaak heb ik het idee dat men – ook op lokaal niveau – nog steeds denkt ‘de IT invulling moeten de nerds maar uitzoeken’ denkend dat IT om laptops, internet, app’s en mobieltjes gaat.
Maar digitalisering is totaal anders: data centraal stellen en vandaar uit je processen organiseren. Een overheid is een grote verzameling data waaromheen we processen inrichten. Zonder begrip wat die data inhoudt – actualiteit, privacy, comptabiliteit, risico’s – is het lastig de nieuwe digitale werkelijkheid te begrijpen.
Net zoals iedereen geletterd moet zijn in de Nederlandse taal, is tegenwoordig geletterheid in de digi-taal, ook voor bestuurders en politici een must geworden. Het zou onderdeel moeten zijn van het curriculum van elk nieuw kamerlid.