Advies aan de parlementaire commissie digitale samenleving: durf over Haagse kokers heen te kijken en maak het concreet.
Bij een brede meerderheid in de Tweede Kamer leeft het gevoel de grip te verliezen op de zich in hoog tempo ontwikkelende digitale samenleving. Een parlementaire commissie gaat na de zomer aan de slag om te onderzoeken hoe de politiek meer vat kan krijgen op deze ontwikkeling ‘die alle aspecten van de samenleving raakt,’ zoals in de toelichting werd vermeld. ‘We laten digitalisering eigenlijk een beetje gebeuren,’ voegde een Kamerlid daaraan toe.
Het hoeft geen betoog dat ik de instelling van zo’n commissie toejuich. Beter laat dan nooit. Het kan een stap zijn in de richting van de benoeming van een minister van Technologie en Digitalisering, zoals door D66 bij de laatste kabinetsformatie tevergeefs is voorgesteld. Lang is daar een beetje lacherig over gedaan, weet ik uit eigen ervaring, maar inmiddels is ook tot de Tweede Kamer doorgedrongen dat de digitalisering vitale belangen raakt. Of het nu gaat om veiligheid, privacy, de macht van techreuzen als Facebook en Amazon of bijvoorbeeld het ondoorzichtige gebruik van algoritmes. En ook is duidelijk geworden dat alle eerdere rapporten, agenda’s en onderzoeken over dit onderwerp niet of nauwelijks hebben bijgedragen aan de hoogst noodzakelijke integrale en ontkokerde aanpak van de grote digitale vraagstukken van deze tijd. De Haagse mores zijn taai en lastig te doorbreken.
Mijn advies aan de commissie is eerst eens goed te kijken naar wat er allemaal al is geprobeerd om te komen tot een dergelijk integrale aanpak en waarom dat is mislukt. Praat eens met de voormalige Digicommissaris zou ik zeggen en vraag de Britse regeringsadviseur, de Chief Technology Officer, naar zijn ervaringen. En, het belangrijkste, maak niet de fout zoals eerder in rapporten als Maak Waar! en De Digidelta, samen versnellen door te veel te redeneren vanuit Haags perspectief. Besef dat een informatiesamenleving in de eerste plaats een samenleving is van goed geïnformeerde burgers, één die hen makkelijk toegang biedt tot de aangeboden voorzieningen en die hun een gevoel van veiligheid en vertrouwen geeft. Kortom, één waarin de burger centraal staat. Niet alleen in woorden – daar hebben we er al meer dan genoeg van – maar eindelijk ook eens in daden. Maak het concreet, geef ons uitvoerders een handvat waarmee we de problemen waar we tegenaan lopen het hoofd kunnen bieden. En durf over de Haagse kokers en belangen heen te kijken, want alleen zo krijg je de burger echt in beeld. Dat vraagt om meer dan regels en wetten, het vergt een cultuuromslag.
Bij die cultuuromslag hoort ook een andere taal. Om van de burger een goed geïnformeerde burger te maken die zich makkelijk en veilig beweegt in de digitale wereld van morgen volstaat het geschreven woord niet langer. Niet alleen omdat de leesvaardigheid achteruit gaat, maar ook omdat de nieuwe wereld denkt in beelden en gesproken tekst. Het zou goed zijn als de parlementaire commissie ook daar aandacht aan besteed, al was het maar om mij een groot plezier te doen.
Larissa Zegveld is algemeen directeur van Wigo4it, de coöperatie van de sociale diensten van Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht op het gebied van informatievoorziening. Begin 2019 werd zij benoemd tot voorzitter Forum Standaardisatie, ingesteld door de Nederlandse overheid met als doel het gebruik van open standaarden in de publieke sector te stimuleren.
De boodschap van Larissa voor de Parlementaire Commissie ‘De Digitale Samenleving’ is mij uit het hart gegrepen. Kijk eerst eens goed naar wat er de afgelopen jaren is ondernomen vanuit een meer integrale aanpak.
Naast de suggesties van Larissa noem ik bv de uitkomsten van de Taskforce Effectieve inzet van Basisregistraties.
Deze Taskforce (onderdeel vh programma Compacte Rijksdienst), waaraan ik mocht deelnemen, heeft in de jaren 2014 en 2015 een serie aanbevelingen gedaan voor het meer centraal stellen van burgers en bedrijven bij gegevensuitwisselingen. De leidraad hierbij was ‘Alles draait om de eenvoud’.
Alle aanbevelingen zijn vervolgens door een expertgroep gevalideerd op ontwikkelbaarheid en implementeerbaarheid langs de assen politiek-bestuurlijk-juridisch-informatiekundig-technisch-financieel-organisatorisch en veranderkundig.
We kunnen nmm veel leren van de analyse van de redenen waarom zoveel van dit gedachtegoed verdampt is. En zo zijn er meer voorbeelden te noemen.
De uitkomsten van deze analyses leiden niet alleen naar mogelijk aantrekkelijke herbruikbare onderdelen, ook de gebleken moeilijk en niet-begaanbare paden worden blootgelegd en afgezet tegen de context en mogelijkheden van vandaag.