Data en ai
Congres

Keynote: Buiten weet het beter

Arjan van den Born
Arjan van den Born: "De uitdaging is hoe met (gedigitaliseerde) data en AI in de toekomst om te gaan." | Beeld: Wouter van der Linde

Arjan van den Born, academisch directeur van de Jheronimus Academy of Data Science (JADS), hoogleraar creatief en digitaal ondernemerschap aan Tilburg University en lid van het AI Challenge Team van de AI-Coalitie

Als wetenschapper signaleert Arjan van den Born twee pregnante uitingen van ‘big data’ in de geschiedenis. Vanaf 1600 was het de steeds lagere prijs van papier die dataficatie een slinger gaf. Uiteenlopende zaken werden gedetailleerd gedocumenteerd. Florence Nigthingale ging in Londen de ziekenhuizen af om de ziekten van patiënten te noteren en te registreren waar ze aan stierven. De Amerikaanse metereoloog Matthew Fontaine Maury legde zeestromen en weersomstandigheden vast en legde de basis voor weerroutering, het bepalen van de beste en snelste vaarroute voor een schip. Ruim vier eeuwen later komt een nieuwe fenomeen op om de databerg te exploreren: chatGPT en andere AI-chatbots.

Eerst komen de nadelen in beeld

Net als toen komen ook de nadelen in beeld, destijds verwoord door de Britse staatsman Benjamin Disraeli: ‘There are three kinds of lies: lies, damned lies and statistics’. Zo staat ook AI als vaak niet altijd waarheidsgetrouw te boek. Terwijl de wereld steeds digitaler wordt. De doorsnee Nederlander zit dagelijks negen uur achter een schermpje. Generatieve AI-systemen die tekst, plaatjes of audio maken, zijn onbetwist dè innovatie van deze tijd. De vijf BigTech-bedrijven geven er samen jaarlijks zo’n 150 miljard dollar aan uit, weet Van den Born.

Vanwege de maatschappelijke waarde is investeren in innovatieve ICT onvermijdelijk.

Chatbots zijn prima te trainen om vragen van burgers te beantwoorden. Maar net als de fysieke wereld, stelt Van den Born, is het belangrijk dat ook de digitale wereld een eerlijke wereld is. Dat is lastig, want de wereld van AI is niet makkelijk te doorgronden. Algoritmen kunnen giftig zijn, als ze bevooroordeeld zijn. Dat geldt ook voor data. Als de een (de boer) de data van de ander (het RIVM) niet vertrouwt, gaat hij zijn eigen data verzamelen om de data van de ander tegen te spreken. Nieuwe metingen kunnen ‘problemen’ signaleren, terwijl deze problemen er mogelijk vroeger ook al waren, maar toen niet werden geregistreerd.

Er is heel veel geld nodig

De uitdaging is dan ook hoe met (gedigitaliseerde) data en AI in de toekomst om te gaan, aldus Van den Born. Voor de overheid, provincies incluis, is de digitale transitie complex. De overheid gaat steeds meer beleid maken op basis van verzamelde (gedigitaliseerde) data, maar er is nog veel nodig. Hoe is de kwaliteit van de data, en hoe toets je de kwaliteit? Ook is opschaling nodig en moet er meer ruimte komen voor experimenten, vindt Van den Born, waarbij initiatiefnemers de mogelijkheid moeten hebben de Europese aanbestedingsregels even in de koelkast te zetten. En last-but-not-least is er heel veel geld nodig. Maar vanwege de maatschappelijke waarde is investeren in innovatieve ICT uiteindelijk onvermijdelijk. Er is geen plan B. Dat geldt ook voor de digitale transformatie van de overheid.

 

Dag van de Digitale Provincie

Op 20 april 2023 organiseerde IPO in samenwerking met iBestuur een congres over de Interprovinciale Digitale Agenda (IDA). De dag stond in het teken van wat de provincies de afgelopen jaren hebben bereikt op het gebied van digitalisering binnen de belangrijke ruimtelijke opgaven als Stikstof & Natuur, Klimaat & Energie en Wonen & Bereikbaarheid.

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren