Verspreidt Rusland Nederlandstalige desinformatie via sociale media?
Russische desinformatie treft waarschijnlijk ook Nederland. Demissionair minister Hugo de Jonge schrijft aan de Tweede Kamer dat het ‘aannemelijk’ is dat Rusland Nederlandstalige desinformatie verspreidt via sociale media.
De Duitse krant Der Spiegel schreef in januari over het spervuur aan Russische desinformatie dat Duitse Twitteraars voor hun kiezen kregen. De Russen stuurden onder meer tweets de wereld in die op het eerste gezicht afkomstig leken van de minister van Buitenlandse Zaken Annalena Baerbock. Uit een analyse van haar ministerie blijkt dat er in vier weken tijd meer dan 50.000 valse accounts meer dan een miljoen Duitse tweets verzonden. Dat komt neer op twee desinformatieberichten per seconde.
Beïnvloeding debat in Europa
De Groenlinks-PvdA-Kamerleden Timmermans, Piri, Mutluer, Kathmann, Tseggai en Chakor) stelden hierover Kamervragen aan de minister. Ze wilden of er concrete aanwijzingen waren dat Rusland ook desinformatiecampagnes richtte op Nederland. De Jonge laat in zijn antwoord weten dat dit zeer waarschijnlijk het geval is. Hij geeft geen concrete voorbeelden, maar verwijst naar het jaarverslag 2022 van de AIVD, waarin staat dat er landen zijn, waaronder Rusland, die westerse democratieën onopgemerkt proberen te ondermijnen. Rusland zoekt heimelijk naar ingangen in de Europese politiek, bij Europese bestuurders en bij de media, weet de AIVD. Regelmatig vinden er pogingen plaats om het debat en het bestel te beïnvloeden.
Verkiezingen
In november 2023 stuurde De Jonge een brief naar de Kamer met daarin een overzicht van mogelijke risico’s voor het verkiezingsproces en de maatregelen die het demissionair kabinet hiertegen neemt. Dat ging over de Tweede Kamerverkiezingen, maar De Jonge schrijft dat de maatregelen worden herhaald in aanloop naar de Europarlementsverkiezingen op 6 juni.
Zo is er een rijksbrede strategie voor de effectieve aanpak van desinformatie. Het kabinet kan desinformatie actief weerspreken via de eigen communicatiekanalen. In bijzondere gevallen zet BZK haar trusted flagger status in. Een melding van de overheid over desinformatie wordt dan de sociale media met prioriteit behandeld. Voor wie het had gemist: BZK is geen trusted flagger meer bij X, schrijft De Jonge in de brief uit november.
Het ministerie analyseert berichtgeving van media of factcheckers over mogelijke desinformatie. Daarnaast doen de AIVD en MIVD onderzoek naar statelijke actoren. Als ze daarbij stuiten op pogingen om de verkiezingen te beïnvloeden of om desinformatie in te zetten als tactiek, dan informeren ze de relevante partners.
Afdeling voor OSINT-onderzoek oprichten?
De Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) doet onderzoek naar Foreign Information Manipulation and Interference (FIMI), ook in Nederland. De EU-lidstaten delen onderling informatie over FIMI-campagnes. Daarnaast hebben sommige lidstaten, waaronder Duitsland, Frankrijk en Zweden, eigen afdelingen die zich bezighouden met OSINT-onderzoek (open source intelligence) naar FIMI-campagnes. De Jonge schrijft er niet bij of Nederland zoiets ook overweegt. Wel onderzoekt het kabinet of de huidige aanpak van desinformatie versterkt moet worden. Daarover verschijnt binnenkort een Voortgangsbrief. ‘De ervaringen en werkwijzen van andere lidstaten zullen in ieder geval worden meegenomen in dit onderzoek,’ aldus de minister.
Onderzoek bij sociale media
Ondertussen wil de Europese Commissie van de sociale mediaplatforms zelf weten hoe ze denken om te gaan met desinformatie in de aanloop van de verkiezingen. Ook vraagt de Commissie om ‘informatie en interne documenten over de risicobeoordelingen, en risicobeperkende maatregelen die over de impact van generatieve AI op onder andere verkiezingsprocessen gaan’. De grote platforms, Bing, X, Google Search, TikTok en Instagram, moeten uiterlijk 5 april reageren op het informatieverzoek, dat werd gedaan in het kader van de Digital Services Act (DSA).
Lees ook: