Digitalisering en democratie
Artikel

AcICT pleit voor minister voor Digitale Zaken

Ricky van Osch, voorzitter van het Adviescollege ICT-toetsing | Beeld: Beeldredaktie

Ook het Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) wil dat er in het volgende kabinet een minister voor Digitale Zaken wordt aangesteld. Dat schrijft het adviescollege in een brief aan informateur Ronald Plasterk.

Er is inmiddels sprake van zo veel en zulke complexe digitaliseringsactiviteiten bij de rijksoverheid, met potentieel zulke grote gevolgen voor burgers als er iets misgaat, dat het hoog tijd is voor een minister voor Digitale Zaken met kennis en mandaat, bepleit Ricky van Osch, voorzitter van AcICT, in de brief. Op dit moment lopen een snelle uitvoering van beleid en hoogwaardige dienstverlening aan burgers vaak stuk op logge of gebrekige overheidssystemen, ziet het adviescollege. Uit afgeronde ICT-projecten wordt te weinig lering getrokken en de aanwezige ICT-kennis is onvoldoende om marktpartijen effectief aan te sturen.

Wel voortgang, maar niet genoeg

In de afgelopen jaren is zeker voortgang geboekt, maar niet genoeg, stelt het AcICT. De aanstelling van de Chief Information Officers (CIO’s),de vaste Kamercommissie voor Digitale Zaken en de staatssecretaris voor digitalisering leggen niet hetzelfde gewicht in de schaal als een minister voor Digitale Zaken. ‘Een kabinet met een volledig toegewijde minister voor digitale zaken zal uitstralen dat het belang van digitalisering van de overheid zonder reserves wordt onderkend’ schrijft AcICT.

Een kabinet met een volledig toegewijde minister voor digitale zaken zal uitstralen dat het belang van digitalisering van de overheid zonder reserves wordt onderkend.
Adviescollege ICT-toetsing

Takenpakket

De minister zou volgens AcICT in ieder geval moeten zorgdragen voor de volgende onderwerpen:

  • De minister zorgt dat er bij nieuw beleid tijdig wordt nagedacht over de digitale uitvoerbaarheid. Het AcICT hoopt op de invoering van een digitale toets en een informatiseringsparagraaf voor nieuwe wetgeving en beleid.
  • De minister pakt rijksbreed de regie en versterkt zo de digitale capaciteiten van de overheid. Dat kan bijvoorbeeld door het CIO-stelsel verder te ontwikkelen, samenwerking tussen verschillende overheden te stimuleren en kaders te stellen voor ICT-projecten.
  • De minister blijft investeren in gemeenschappelijke overheidsvoorzieningen als DigiD en MijnOverheid.
  • De minister maakt proeftuinen en onderzoek mogelijk en stelt geld beschikbaar, zodat de Nederlandse overheid uitgroeit tot een voorbeeld in binnen- en buitenland.
  • Niet zozeer ‘groene’ duurzaamheid (althans, dat komt in de brief niet aan de orde), als wel de toekomstbestendigheid van ICT bij de overheid. De minister voorkomt dat de boel vastloopt door achterstallig onderhoud.
  • Met behulp van de minister krijgt Nederland een proactieve, sturende rol bij de ontwikkeling en invoering van Europese digitale wet- en regelgeving.

ICT’ers inspireren

De brief sluit af met de opmerking dat de komst van de minister ambitieuze ICT’ers zal inspireren om mee te bouwen aan de digitale overheid. ‘Dit is van wezenlijk belang voor het realiseren van nieuw beleid, het bestuurbaar houden van ons land, en het bouwen aan vertrouwen in de overheid,’ aldus AcICT.

 

Lees ook:

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren