Commissie Digitale Zaken wil duidelijkheid over budget voor uitvoering EU-wetten
De Tweede Kamer wil meer duidelijkheid over de budgetten die gemoeid zijn met de invoering van de verschillende EU-wetten en het toezicht hierop. Een speciale commissie, waarvan Barbara Kathmann (GL/PvdA)n Jan Valize (PVV) als rapporteurs fungeerden, stelde hier vanmorgen vragen over aan de bewindspersonen van de ministeries van BZK, JenV en EZ.
Vandaag staan de begrotingen van de drie departementen op de agenda van de Vaste Kamercommissie Digitale Zaken. Barbara Kathmann benadrukte nog eens hoe lastig het blijft voor de Kamerleden om helder te krijgen hoe alles wat met ‘Digitale Zaken’ te maken heeft, opgenomen is in de verschillende begrotingen. ‘Liever had ik hier een minister van Digitale Zaken aan tafel gehad met een heldere begroting,’ zei ze nog maar eens.
EU-uitvoeringswetten
Wat betreft de EU-wetgeving heeft de commissie gekeken naar de Digital Service Act (DSA), de Digital Markets Act (DMA) en de Digital Governance Act (DGA). Voor de uitvoering van alle drie de Europese wetten vindt de commissie onvoldoende basis in de begrotingen. Ook krijgen ze geen duidelijk beeld van het toezicht op de invoering van de EU-wetten. De uitvoeringskosten zijn versplinterd over de drie departementen en daarmee niet te volgen voor de Kamer.
Staatssecretaris Szabó herkent de kritiek van de Kamer. Hij wil ook meer inzicht krijgen in de kosten en wil graag een slag maken met deze ’taaie materie’, zegt hij, maar dat vraagt nog enige tijd. Digitale Zaken zijn onderdeel van de totale begroting van de drie departementen. Er is een duidelijke kostenpost opgenomen voor hard- en software, maar het digitaliseringsbeleid is meer dan dat.
Clustering van budgetten
Tijdens een ‘diner pensant’ vorige week heeft hij aangegeven dat het goed zou zijn om een aantal zaken uit de begrotingen te clusteren, waaronder: regievoering, i-vakmanschap, AI en Cloud. Dit voorjaar komt hij met zijn Nederlandse Digitaliseringsstrategie, waarin hij ook het financiële deel strakker wil vormgeven. Als voorbeeld noemt hij het Deense model waarbij 40 procent naar het Rijk gaat, 40 procent naar gemeenten en 20 procent naar provincies. Hij gaat volgende week naar Estland om daar meer kennis op te doen over onder andere dit onderwerp. En naar België. “Geef me de tijd om te onderzoeken wat goede elementen zijn voor een helder financieringsmodel,” vroeg hij de Kamer.
Lees ook:
