Als overheid moeten we zorgen dat onze inwoners beter toegerust zijn om hun eigen keuzes te maken in de digitale wereld.
Het wordt tijd dat de overheid haar klassieke, kaderstellende rol in de informatiesamenleving pakt.
Als community van i-mensen, als i-bestuurders, weten we dat digitalisering diep ingrijpt in hoe we als samenleving functioneren. We zijn vooral bezig om de mogelijkheden van digitalisering te benutten voor onze eigen dienstverlening. Maar we moeten ook reageren op de negatieve kanten van digitalisering, die de laatste tijd volop in het nieuws zijn. We kennen het bestaan van fake news en algoritmes die onze democratische waarden bedreigen. Zeker nu, in tijden van verkiezingen en corona, zien we dat op verontrustende wijze gebeuren. Dat is de laatste tijd volop in het nieuws, zoals de recente uitzendingen van Buitenhof, Zondag met Lubach en columns in de dagbladen. Daarnaast hebben sommige platforms een ontwrichtende werking op lokaal niveau. Zoals Airbnb in een aantal steden. We signaleren dat wel, maar we doen er vooralsnog weinig mee.
Onze grondrechten zijn in de digitale wereld net zo belangrijk als in de fysieke wereld. Belangrijke waarden als gelijkheid en democratie gelden ook daar. Maar die moet de overheid wel borgen en dat lukt alleen als we dat samen doen, als één overheid. Ten eerste met heldere regelgeving. Met kaders over bijvoorbeeld de werking van algoritmen, zodat die niet worden gebruikt op een manier die onze grondrechten aantast. Ten tweede met afspraken over onder welke voorwaarden we bepaalde technologie inzetten, zoals face recognition. Inspanningen van de Europese Unie en nationale overheden richten zich nu vaak op het inperken van de macht van grote techbedrijven. Dat is belangrijk, maar we moeten ook zorgen voor regels die voor de hele markt gelden. Want anders leggen we de grote techbedrijven aan banden en kunnen de kleinere spelers alsnog hun gang gaan.
Veel gemeenten zien deze uitdaging en nemen actie. Gemeenten zoals Amsterdam en Rotterdam zijn bezig met het toetsen van algoritmes op publieke waarden. De gemeente Apeldoorn is betrokken bij de ontwikkeling van een sensorenregister, dat inwoners inzicht moet geven in welke data in de openbare ruimte worden verzameld. De VNG agendeert dit onderwerp met de notitie Naar een Waardenvolle Informatiesamenleving en met het recent verschenen Trendrapport Informatiesamenleving.
Het zal nooit lukken om uitwassen als fake news helemaal uit te bannen. Maar we kunnen er wel voor zorgen dat mensen kritischer worden en niet alles geloven wat ze zien en lezen. Als overheid moeten we er daarom ook voor zorgen dat onze inwoners beter toegerust zijn om hun eigen afgewogen keuzes te maken in de digitale wereld.
In het beter regelen van onze digitale samenleving spelen alle bestuurslagen een rol. Solide wetgeving is nodig, zodat iedereen weet welke regels we met elkaar hebben afgesproken. Daarnaast moeten inwoners beter worden toegerust om zich veilig op de digitale snelweg te kunnen begeven. Dat vraagt om een samenwerking tussen overheden en een samenspel met de markt. Zodat we slimme toepassingen krijgen, die ons helpen bij complexe opgaven zoals de energietransitie en mobiliteit.
Natuurlijk gaan we als i-bestuurders door met het inzetten van nieuwe technologie. Maar laten we dat doen binnen duidelijke kaders.
Nathan Ducastel is beleidsdirecteur Informatiesamenleving bij de VNG en directeur van VNG Realisatie.
Helemaal eens met je oproep Nathan om hier als overheid ook de klassieke kaderstellende rol in te pakken!
Daarbij wat mij betreft ook geleidt door achterliggende kernwaarden rondom Digitaliseren, bijvoorbeeld aan de hand van het raamwerk uit de publicatie “doelgericht digitaliseren” van het Rathenau instituut.
In dat kader ook goed om naast de door jou genoemde negatieve kanten van digitalisering, grondrechten en ethiek ook het thema “digitale inclusiviteit” in deze kaderstellende rol te betrekken.
Vanuit de kernwaarden dat we aan de ene kant groepen mensen niet buiten sluiten om mee te kunnen komen in de digitale wereld. Dat we daar geen onnodige barrieres voor opwerpen. En aan de andere kant ook niet ‘afdwingen’ dat je alleen digitaal zaken kunt doen met de overheid.
Dat vraagt om bewustwording, kaderstelling, en daarnaast wat mij betreft ook een faciliterende rol van de overheid. Om samen met (keten)partners in het fysiek en sociaal domein het thema Digitale Inclusie hoger op de agenda te zetten en integraler op te gaan pakken.
De combinatie (broodnodige) kaders te stellen rondom digitaliseren en tegelijkertijd ook digitale inclusie te faciliteren is m.i. de ‘winnende’ combinatie. Om zo als overheid onze bijdrage te leveren aan de informatiesamenleving.
Voor mijn visie op digitale inclusie, zie mijn reactie op de iBestuur blog van Marlene Geskes over Digitale Inclusiviteit: ibestuur.nl/weblog/digitale
De overheid – centraal en decentraal – is al sinds begin 80er jaren bezig met het stellen van kaders voor digitalisering.
Problemen zijn geïdentificeerd, oplossingen gevonden, regelgeving geschreven.
Dat er voor het overgrote deel niets van is terecht gekomen had andere oorzaken. Ook dat is grondig onderzocht. Iets waarover de Cie. Elias slechts een tipje van de sluier heeft opgelicht.
Sinds diezelfde 80er jaren zijn weinig onderwerpen zó grondig onderzocht als ‘digitialisering en grondrechten’.
Het is goed om te noemen dat het Sensorenregister een samenwerking is van niet alleen Apeldoorn en het Kadaster, maar van: Kadaster, Brabantstad, Prov. Noord-Brabant, Eindhoven, Helmond, Tilburg, Breda, Den Bosch, Amsterdam, Nijmegen, Utrecht, Rotterdam, Zwolle, Apeldoorn.
Ik ben dan ook trots dat we dit in zo’n breed gezelschap tot een succes kunnen brengen.
Helemaal mee eens en helder weergegeven. Er zijn talloze rapporten en aanbevelingen. Bij overheidsdiensten en lagere overheden wordt er zeker ook aan gewerkt. Het ontbreekt helaas echter aan inzicht op het hoogste bestuurlijke niveau. Digitale Zaken is een ondergeschoven kindje in het huidige kabinet. Ook bij de huidige verkiezingsprogramma’s is weinig terug te vinden van het belang van digitalisering, zowel op beveiligingsniveau als op het gebied van mogelijkheden. De ontwikkeling van digitaal toegankelijke data bij de overheid loopt achterop.
Nathan, succes! Kan ik jou spreken ? Mijn gsm is:(via SV Van Oeveren) 0638276898. Charlotte!!