Over schone dromen en verbroken beloften
De afgelopen 25 jaar is er veel vooruitgang op het gebied van digitalisering, overheid en samenleving. Maar er is ook veel niet gebeurd… Soms namen nieuwe kabinetten expliciet afstand van eerdere toezeggingen. Veel vaker lijken de beloften in rook te zijn opgegaan of ongemerkt ‘van het tafelkleed gegleden’.
Wat heeft de regering op het gebied van digitalisering de afgelopen 25 jaar bereikt? Welke beloftes, toezeggingen en ambities zijn waargemaakt en wat heeft het kabinet niet voor elkaar gekregen? De Maatschappelijke Coalitie Over Informatie Gesproken gaf Instituut Maatschappelijke Innovatie en Open State Foundation opdracht onderzoek te doen naar de stand van zaken. Door te ontdekken waar de knel- én pluspunten zitten, kun je het wellicht in de toekomst beter doen. Tijdens het ECP-festival van 16 november jl. werden de resultaten van het onderzoek ‘Over schone dromen en verbroken beloften’ gepresenteerd.
De professional in de uitvoering verliest zeggenschap
In 1994 was de huidige Regeringscommissaris Arre Zuurmond een jonge veelbelovende promovendus. Hij opende zijn proefschrift met een vooruitziende blik: “Informatisering omvat meer dan de introductie van ICT. Informatisering betreft ook de (her)inrichting van de bestaande (informatie-)-relaties binnen én tussen organisaties. En informatisering houdt ook een (her)structurering van organisaties in. Management, staf en toezicht lijken aan kracht te winnen, terwijl de professional die verantwoordelijk is voor de uitvoering (en wellicht de cliënt) aan zeggenschap lijken te verliezen”.
In het licht van de Toeslagenaffaire en de conclusies van de Commissie Bosman (Tijdelijke Commissie Uitvoeringsorganisaties) lijkt hij met terugwerkende kracht gelijk gekregen te hebben.
Er is veel gebeurd, maar ook veel niet gebeurd
Er is brede toegang tot internet, rijbewijzen en energiesubsidies kunnen digitaal worden aangevraagd en miljoenen mensen maken gebruik van de voor-ingevulde belastingaangifte. Uit dit onderzoek blijkt dat er ook veel niet is gebeurd. Het is veelal onduidelijk waarom bepaalde beloften en toezeggingen niet zijn nagekomen. In enkele gevallen hebben nieuwe kabinetten expliciet afstand genomen van de eerdere toezeggingen. Veel vaker lijken de beloften in rook opgegaan of zijn ze ongemerkt ‘van het tafelkleed gegleden’.
Grotendeels of geheel gerealiseerd
- DIGITALE VEILIGHEID
Burgers kunnen veilig gebruik maken van internet.
De laatste decennia is geïnvesteerd in de bescherming van de vitale infrastructuur tegen cybercriminaliteit en hacks. Een oplettende burger kan zich relatief veilig bewegen op internet. - DIGITALE IDENTITEIT
Burgers hebben een digitale identiteit.
Iedere Nederlander kan een DigID aanvragen. Hiermee kan hij of zij een aantal zaken met de overheid digitaal regelen.
In aanzienlijke mate gerealiseerd
- RECHT OP PRIVACY
Burgers kunnen gebruik maken van internet zonder dat hun data op straat komen te liggen.
In Nederland stelt de AVG beperkingen aan het delen van persoonsgegevens; in vergelijking met andere continenten is de privacy in Europa relatief goed geregeld. Tegelijkertijd kunnen grote bedrijven als Google en Meta nog steeds heel veel persoonsinformatie achterhalen en eindeloos recombineren. - ACTIEVE OPENBAARHEID
De overheid maakt informatie over wetgeving, beleid en onderzoeken actief openbaar.
In de Wet open overheid staan nieuwe verplichtingen op het gebied van actieve openbaarheid. Via Rijksoverheid.nl en Overheid.nl is veel officiële informatie publiek toegankelijk. Tegelijkertijd wordt er nog veel achtergrondinformatie niet openbaar gemaakt. - DIGITALE INCLUSIE
Iedereen kan meedoen in het digitale tijdperk en heeft toegang tot informatie.
Er is geïnvesteerd in digitale inclusie. Via de Alliantie Digitaal Samenleven worden honderdduizenden ‘refurbished’ laptops beschikbaar gesteld aan kinderen uit achterstandssituaties. Maar voor ouderen en laaggeletterden zijn fysieke loketten en telefonische bereikbaarheid essentieel. - PROACTIEVE DIENSTVERLENING
Burgers worden proactief geïnformeerd over subsidies of inkomenstoelagen waar ze recht op hebben.
De voor-ingevulde belastingaangifte is een mooi voorbeeld dat zowel bij burgers als de overheid afhandelingstijd bespaart en fouten voorkomt. Maar op het gebied van de sociale zekerheid, waar de maatschappelijke urgentie het grootst is, is proactieve dienstverlening echter vrijwel afwezig.
Niet of nauwelijks gerealiseerd
- REGIE OP GEGEVENS
Burgers kunnen zien met welke overheden hun gegevens gedeeld worden en kunnen daarin keuzes maken.
Via MijnOverheid.nl kan je zien welke informatie met welke organisaties wordt gedeeld. Het overzicht roept vooral vragen op. Het maken van keuzes over informatie delen is niet mogelijk. - INFORMATIEREGISTER
Overzicht van nota’s, onderzoeken etc. die bij de overheid aanwezig zijn over een specifiek thema.
Aangekondigd in 2000. Er is nog steeds geen overzicht van stukken over een specifiek thema, hoewel dat niet ingewikkeld is. Het informatieregister is via een lobby uit de Wet open overheid (Woo) geamendeerd. - EENMALIGE VERSTREKKING – MEERVOUDIG GERBRUIK
Burgers en bedrijven hoeven hun gegevens niet onnodig telkens opnieuw te verstrekken.
Reeds in 2003 werd het Belgisch voorbeeld van de Kruispuntbank reeds als voorbeeld genoemd. In 2023 is er (weer) een groep Nederlandse ambtenaren gaan kijken hoe ze het daar aanpakken.
- VERANKERING IN DE GRONDWET
Van het recht van burgers op toegang tot overheidsinformatie.
In 2000 lag er een advies dat werd omarmd door het kabinet. “Transparantie van de overheid behoort tot de basisprincipes van de democratische rechtstaat. Dit beginsel behoort naar het oordeel van het kabinet daarom thuis in de Grondwet.” Het is nog steeds niet gebeurd. - BURGERPARTICIPATIE
Burgers moeten bij elk beleidsdossier de mogelijkheid hebben om in een vroeg stadium hun mening te laten horen.
“In principe moeten burgers bij elk beleidsdossier de mogelijkheid hebben om in een vroeg stadium hun mening te laten horen.”, aldus het kabinet Kok. De regering gaf aan dat zij op deze communicatierichtlijn aanspreekbaar is. Burgerparticipatie over grote maatschappelijke thema’s vindt nauwelijks plaats; internetconsultaties bij wetgeving zijn vooral onbekend en onbenut. - ONDERZOEK NAAR INFORMATIEBEHOEFTEN
Van burgers, journalisten en NGO’s.
Nog steeds is er nauwelijks inzicht in de informatiebehoeften van burgers. Dit geldt vooral voor mensen in hun rol als ‘staatsburger’, als kiezer en coproducent van beleid.
Waarom lukt het niet?
Het is veelal onduidelijk waarom bepaalde beloften en toezeggingen niet zijn nagekomen. In enkele gevallen hebben nieuwe kabinetten expliciet afstand genomen van de eerdere toezeggingen. Veel vaker lijken de beloften in rook opgegaan of zijn ze ongemerkt ‘van het tafelkleed gegleden’.
Waren ze misschien onuitvoerbaar of te duur? Was het politieke onwil? Zijn ze gestrand in ambtelijke voorportalen? Schoven ze geruisloos opzij om plaats te maken voor nieuwe prioriteiten? Of zijn enkele opgaven zo complex van karakter dat ze nooit ‘klaar zijn’ en op z’n best een onderwerp van voortdurende aandacht zullen blijven
Eerste reacties
Tijdens het ECP-congres en op een eerdere bijeenkomst bij het Nationaal Archief zijn deze vragen besproken.
- Sommigen wezen op de achterliggende complexiteit van organisaties en ICT.
“Het systeem is hier niet op ontworpen. Het is net als het inbouwen van een lift in een bestaand huis; dat is vaak heel lastig.” - Anderen zagen de oorzaken vooral in de Nederlandse historische context.
“Nederland heeft te maken met de wet van de remmende voorsprong. We zijn in de jaren ’80 al begonnen. We hebben de bestaande processen gedigitaliseerd en daar bouwen we nu voor een deel nog op voort.” - Sommigen stelden dat de politieke of ambtelijke wil ontbreekt.
“Hieruit blijkt dat thema’s als transparantie en ‘burger centraal’ geen prioriteit hebben. Het staat gewoon niet voor op het netvlies.” - Volgens Arre Zuurmond zou de relatie tussen professional en burger centraal moet staan en niet de burger als persoon.
“Om burgers te kunnen helpen moet de professional maximaal maatwerk kunnen verlenen.” - Een deelnemer gaf aan: “Als je de burger centraal stelt, ga je ervan uit dat die het allemaal zelf moet doen. Terwijl professionals burgers juist moeten helpen om beter voor zichzelf te kunnen zorgen”.
- Een probleem is ook de Nederlandse cultuur en bestuurlijke versnippering. “
We vinden het heel lastig om ons te conformeren aan een gezamenlijke afspraak. Het leidt ertoe dat 12 ministeries, 12 provincies en 330 gemeenten elk hun eigen informatiesystemen hebben ingericht. Ieder mag zelf het wiel uitvinden.”
Dialoog nodig
Er is een dialoog nodig tussen Kamerleden, ambtenaren en maatschappelijke organisaties, tussen bewindslieden, bedrijven en burgers, om te achterhalen waarom het tot dusver niet gelukt is om een aantal beloftes na te komen. De meeste thema’s zijn immers nog steeds actueel.
Dit onderzoek laat ook zien dat veel van de beloften 25 jaar na dato opnieuw uitgesproken worden in beleidsnota’s, Kamerbrieven, verkiezingsprogramma’s en regeerakkoorden. Met de roep om meer transparantie en een nieuwe bestuurscultuur neemt de maatschappelijke urgentie voor deze thema’s de laatste jaren alleen maar toe. Daarom is het nu belangrijk om in gesprek te gaan over wat er nodig is om een aantal ambities de komende periode wél te realiseren. Een maatschappelijke dialoog over deze thema’s in de maanden na de verkiezingen, op maandag en vrijdag, in het hart van de democratie – de Tweede Kamer – dat zou een interessant experiment zijn.
Klik HIER om het onderzoek ‘Over schone dromen en verbroken beloften’ te downloaden.
Het onderzoek is gedaan in opdracht van de Maatschappelijke Coalitie Over Informatie Gesproken en werd uitgevoerd door Instituut Maatschappelijke Innovatie en Open State Foundation. In het onderzoek zijn de regeerakkoorden, kabinetsstandpunten en beleidsstukken uit de afgelopen 25 jaar geanalyseerd. Dat geldt ook voor de adviezen van de Commissie Franken, de Commissie Docters van Leeuwen en de Commissie Wallage en enkele achtergrondstudies. De relatie tussen overheid en de burger als ‘citoyen’ (staatsburger) staat in dit onderzoek centraal; het gaat dus niet over de burger als ‘klant’ van de overheid, of op de relatie tussen overheid en bedrijven. De resultaten werden onlangs gepresenteerd op het ECP Jaarfestival.
Wat jammer dat door woorden als ‘verbroken beloften en niet nagekomen toezeggingen’ de irrationele maakbaarheid van de samenleving emotioneel wordt beleefd, ten koste van al die professionals. Er is nooit sprake geweest van welke belofte of toezegging dan ook! Niet meer dan iemand ‘mooi weer’ wensen of ‘volgende keer doen we het anders’. Te veel combinatorische effecten! Doe het jezelf niet aan. Niet als het om digitalisering gaat. Want digitalisering gaat over ja/nee, aan/uit, 1/0. Een belofte in een digitale context vereist dus zorgvuldige planning, transparantie en consistentie. Geen verbinding? Geen beeld. Geen data? Geen betekenis. Te beginnen met het definiëren van de ‘belofte’ in duidelijke en meetbare termen, die ook nog eens de omstandigheden en vereisten voor de belofte zullen moeten omvatten (ceteris paribus). Pas dan kun je de benodigde logische analyse uitvoeren om de haalbaarheid van de belofte te beoordelen. Rekening houdend met alle relevante factoren en mogelijke obstakels. Je zult een gedetailleerd plan op moeten stellen om de belofte te realiseren, die specifieke stappen, tijdlijnen en benodigde middelen zult moeten bevatten. Dit plan zul je vervolgens consistent moeten uitvoeren. Wat betekent dat elke stap moet kunnen worden uitgevoerd zoals gepland, zonder afwijkingen. Terwijl alle betrokken partijen op de hoogte worden gehouden van de vooruitgang, om eventuele misverstanden of verwarring te voorkomen, wat je dan in een evaluatie over de resultaten over de oorspronkelijke belofte mag verantwoorden, waarbij je gaat leren van je fouten. SUCCES! Dat werkt (bij iedereen) alleen op papier! In het echt bestaat een beetje overheidsproject uit een jarenlang borrelend heksenbrouwsel van vage wensen, jarenlang sudderende wetgeving, politieke compromissen, incongruenties tussen bedrijfslaag, functionele laag, proceslaag, informatielaag en systeemlaag. Met een snufje group think, infighting, subculturen en onbenul, aangelengd met een paar korrels opportunisme, lokale haantjes en een maatschappelijke realiteit die sneller evolueert dan staande organisaties. Van leven ga je dood! 25 jaar geleden? Toen wogen Personal Computers nog 10 kg en waren het beige bakbeesten met groene schermletters, die met een dial-up 14k4 modem met iconisch opstartgeluid een kop koffie deden over het binnenhalen van een plaatje, dat je vervolgens op kon proberen te slaan op een floppy disk, terwijl je iemand probeerde te bellen met een Nokia 3310, als je geen Snake zat te spelen. Internetten deed je op Gopher Space, Archie, FTP, TelNet, Veronica, WAIS of UseNet, of DejaNews en als je heel hip was las je je krant op Pointcast en pestte je je vrienden met BackOrifice (don’t try this at home). Sociale netwerksites waren bulletinboards, of SixDegrees, of Friendster of MySpace. Vandaag logt elke ambtenaar moeiteloos en veilig mobiel in, werkt remote vanaf het dashboard van zijn/haar auto en genereert tabellen in 20 ms. Hoezo, gebroken beloften! De Staat is echt niet heel veel anders dan het gemiddelde grote bedrijfsleven. Natuurlijk kan het altijd beter. Zet domweg eindelijk integraal in op Data Governance en data delen en stop met het vertalen van politieke compromis dossiers naar echte diensten in de echte wereld. Dat blijft mensenwerk en internationaal bekeken gaat dat prima. We zijn van zo ver gekomen!
Interessante reactie Vincent, deels eens en deels oneens:
– Er is inderdaad ook veel goed gegaan. Dat noemen we ook in het onderzoek.
– Sommige ambities zijn ook echt ingewikkeld. Zo is ‘Regie op eigen gegevens’ gemakkelijker gezegd dan gedaan.
– Er zijn wel degelijk beloften door toenmalige kabinetten gedaan: de verankering van het recht op informatie in de Grondwet, over een informatieregister en over burgerparticipatie by default bij beleidsprocessen op nationaal niveau.
– Je schrijft: “In het echt bestaat een beetje overheidsproject uit een jarenlang borrelend heksenbrouwsel van vage wensen, jarenlang sudderende wetgeving, politieke compromissen, incongruenties tussen bedrijfslaag, functionele laag, proceslaag, informatielaag en systeemlaag. Met een snufje group think, infighting, subculturen en onbenul, aangelengd met een paar korrels opportunisme, lokale haantjes en een maatschappelijke realiteit die sneller evolueert dan staande organisaties.”
– Dat geeft tegelijkertijd ook aan dat op onderdelen wel verbetering mogelijk is: iets minder incongruenties tussen de verschillende organisatielagen, iets minder group think, infighting, onbenul en opportunisme, iets slimmer inrichten van processen, dat moet toch de komende jaren mogelijk zijn?
Grosso modo kunnen we stellen dat de Staat in een dwangbuis van eigen makelij zit.
Als je blijft denken in infrastructuur die wordt ingekocht onder mandaat/budget cultuur, kom je vrijwel automatisch op puntoplossingen. Dus als je de Staatsbrede beleidsbeslissing zou nemen om bewust niet meer te denken in infrastructuur, maar in data, ontstaat ruimte voor Code-as-Infrastructure, Identities-as-a-Service en Software Factories. Per gemandateerde organisatie verandert er niet zoveel, maar qua denken over Staats IV evolueer je ineens van een applicatie- en content centrische werkwijze binnen Stovepipes, naar een data- en context centrische werkwijze tussen en binnen Data Ecosystemen.
Dat vraagt dus een strategische keuze voor datacentrisch denken en daarmee voor commitment aan het opzetten van Data Soevereiniteit BINNEN organisaties en Data Governance TUSSEN organisaties.
Laat dat nou precies zijn waar de Nederlandse Ai Coalitie al een hele tijd op in zet. DOE DAT DAN!
https://nlaic.com/bouwstenen/data-delen/data-spaces/
Bijproduct van datacentrisch denken is namelijk dat je heel helder zult moeten maken WELKE data dan, WAAR staan die dan, wat MAG je er dan mee etc. Dit gebeurt al op diverse plekken binnen de Staat, maar het zou inderdaad mooi zijn als we dan nou eens ‘in het groot’ zouden gaan doen. Zet in op:
Eenduidige Informatiebron: Data Space zorgt voor een centrale, betrouwbare bron van informatie die toegankelijk is voor alle relevante partijen binnen de organisatie. Dit helpt om inconsistente informatie en de verwarring die daardoor ontstaat tussen diverse organisatielagen te verminderen.
Transparantie en Traceerbaarheid: Door gebruik te maken van technologieën zoals blockchain kunnen transacties en datawijzigingen transparant en onveranderlijk worden vastgelegd, wat bijdraagt aan het verminderen van opportunisme en het vergroten van vertrouwen tussen medewerkers en afdelingen.
Decentralisatie van Besluitvorming: Data Space kan bijdragen aan een meer gedecentraliseerde besluitvormingsstructuur waarbij data gedreven inzichten van verschillende niveaus binnen de organisatie worden meegenomen. Dit kan helpen om groupthink tegen te gaan en innovatie te stimuleren.
Data-gedreven Processen: Door processen in te richten op basis van accurate data-analyse kunnen inefficiënties worden geïdentificeerd en aangepakt. Dit leidt tot slimmere en meer gestroomlijnde processen die aansluiten bij de reële behoeften van de organisatie.
Integratie van systemen: Data Space stimuleert de integratie van IT/IoT en OT-systemen, waardoor de samenwerking en communicatie tussen verschillende technische en operationele teams worden verbeterd.
Continue Verbetering: Met de Data Space aanpak kunnen organisaties een cultuur van continue verbetering omarmen, waarbij er regelmatig gekeken wordt naar hoe processen en systemen geoptimaliseerd kunnen worden op basis van verzamelde data.
Capaciteitsopbouw: Door training en ontwikkeling kunnen medewerkers hun analytische vaardigheden verbeteren en meer inzicht krijgen in hoe zij data kunnen gebruiken om hun werkzaamheden te optimaliseren.
Governance Structuur: De implementatie van een sterke governance structuur binnen de Data Space benadering zorgt ervoor dat data beheer en gebruik in lijn zijn met organisatorische doelen en compliance vereisten.