Overheid in transitie
Artikel

Van sporadische naar systematische innovatie

Meer samenwerking en delen van kennis, ervaring en standaarden zou wenselijk zijn. | Beeld: Shutterstock

Veel laaghangend innovatiefruit binnen organisaties is onderhand wel geplukt, denkt Evert-Jan Mulder. De meerwaarde zit ‘m nu vooral in innovaties die over de grenzen van organisaties en bestuurslagen heen gaan. Een pleidooi voor systemische innovatie, vooral op het gebied van digitalisering.

De donkere dagen in november worden sinds een paar jaar benut door de Rijks Innovatie Community (RIC) om het licht te laten schijnen over de innovatie binnen de overheid. Dit jaar werd er geconfereerd onder de noemer “In beweging naar een meer innoverende overheid”. De titel suggereert, voorzichtig, dat innovatie binnen de overheid wel een tandje meer mag. Daar ben ik het helemaal mee eens. Sterker nog, ik denk dat zonder innovatie de overheid aan legitimiteit en kwaliteit steeds meer inboet en straks niet meer in staat zal zijn naar behoren haar taken uit te voeren. Vooral op het gebied van digitalisering moet de overheid behoorlijk wat zeilen bijzetten om aan de hedendaagse eisen en verwachtingen te voldoen.

Enkele jaren geleden bracht de OECD een advies uit aan de Canadese overheid (The Innovation System of the Public Service of Canada, 2018). Samengevat was de boodschap: innovatie moet niet langer sporadisch zijn, maar systematisch worden aangepakt. Het moet niet langer een activiteit zijn van de individuele professional of van een enkele organisatie, nee, het moet op het systeemniveau van de overheid gebeuren en programmatisch worden aangepakt.

Mensen zouden hun rijbewijs na het slagen veel sneller kunnen ontvangen. Maar gemeenten willen hun contactmoment met de burger niet kwijt.

Begin deze eeuw vroegen Arre Zuurmond cum suis aandacht voor de “Hollandse Helden” (2004) binnen het ambtenarenapparaat, die met praktische innovaties (tegen de bestaande denkrichting in) hun organisaties beter zouden laten functioneren. Later verschoof de aandacht meer naar het niveau van de organisatie. Zie de studies van Thijs Homan over de Veranderende Gemeente (2019), waarin hij analyseert hoe verandertrajecten in de praktijk verlopen. Ook het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) richt tegenwoordig zijn oog vooral op innovatie op organisatie-niveau, zoals blijkt uit de Innovatiebarometer die dit ministerie laat uitvoeren (de eerste Innovatiebarometer stamt uit 2021 en krijgt een vervolg in 2025).

Grenzen

We moeten ons afvragen of het OECD-advies aan de Canadese overheid niet ook op onszelf van toepassing is. Veel laaghangend innovatiefruit binnen organisaties is onderhand wel geplukt. De meerwaarde zit ‘m nu vooral in innovaties die over de grenzen van organisaties en bestuurslagen heen gaan. Zo hoorde ik laatst de directeur van het CBR in een Reuring Café vertellen hoe via technologische innovatie mensen hun rijbewijs na het slagen veel sneller zouden kunnen ontvangen. “Maar ja”, zei hij, “gemeenten willen hun contactmoment met de burger niet kwijt…..”

Dit is maar een (klein) voorbeeld van de systemische innovatiediscussie. Andere voorbeelden te over, denk aan de zorg, bestaanszekerheid, veiligheid e.d. Dat brengt vraagstukken als delen van data en capaciteit met zich mee, maar ook (gedeelde) visies op dienstverlening en kwaliteit, en ultimo, herschikking van taken en verantwoordelijkheden. Je kunt namelijk niet verwachten dat de bestaande structuren en processen van de overheid in tact blijven, terwijl de uitdagingen en verwachtingen van de samenleving zo enorm veranderen en er bovendien een veelvoud aan nieuwe technologie ter beschikking staat.

Programmatische planning

Het andere aspect van een systematische aanpak is programmatische planning. Daar is ook veel winst te boeken. Ik heb zelf enige tijd in de wereld van de Smart Cities rondgelopen en me verbaasd hoe vaak er werd geïnvesteerd in diezelfde slimme lantarenpaal, vuilnisbak of parkeerplek. Meer samenwerking en delen van kennis, ervaring en standaarden zou wenselijk zijn. En misschien nog belangrijker: een gezamenlijke aanpak om al die innovaties daadwerkelijk toe te passen in de praktijk.

Wie weet worden we op onze wenken bediend. De staatssecretaris voor Digitalisering komt dit voorjaar met een strategie voor één Digitale Overheid. Als de tekenen niet bedriegen wordt dit vooral een interbestuurlijke strategie. Vanuit het oogpunt van een systematische innovatie-aanpak is dat pure winst. Hij kijkt daarbij naar lessons-to-learn uit Denemarken, Estland en België. Misschien handig om te vragen of de Canadezen ook nog een gaatje in hun agenda hebben.

Lees ook:

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren