Crisis doorbreekt ingesleten patronen

De coronacrisis brengt behalve leed en economische rampspoed, grote maatschappelijke veerkracht aan het licht. Gemeenten slaagden erin om in korte tijd vlekkeloos de uitvoering van de steunmaatregelen op te zetten. De crisis brengt ook allerlei andere vormen van innovatie teweeg. ‘Corona is een gamechanger, een beleidsdisruptie,’ zegt gemeentesecretaris Ingrid Geveke van Zwolle.

Ingrid Geveke als James Bond in de arbeidsmarktcampagne van gemeente Zwolle. “Hij denkt strategisch én is hands-on. Hij komt in actie als het nodig is. Dit zijn de waarden die ik terugvind bij onze gemeente.” Beeld: Jeroen Kesselaar

Een reportage over de uitvoeringsvraagstukken die de grootste naoorlogse crisis met zich brengt. Dat is het idee. Waar lopen gemeenten tegenaan? Hoe krijgen ze het gefikst? Zwolle is de beoogde voorbeeldgemeente, een onbetwiste centrumstad met lekker veel reuring.

“Hmmm”, reageert gemeentesecretaris Ingrid Geveke. Ze vindt het een matig interessant vertrekpunt. Zwolle hoeft niet zonodig in de krant omdat het maatregelen uitvoert. Dat doet elke gemeente, niemand kijkt ervan op. Het zou eerder moeten gaan over hoe wendbaar gemeenten – en de hele overheid – blijken te zijn, vindt Geveke. Over alles wat versneld mogelijk blijkt op het terrein van digitaal werken, online dienstverlening, broederlijke samenwerking en ook: over het verdampen van de ochtend- en avondspits. “Het is allemaal van betekenis voor de lange termijn.” De wendbaarheid blijkt in de eerste plaats uit het omschakelen naar een virtueel gestuurde organisatie waarin bijna iedereen thuiswerkt. De systemen en de servers blijven werken, medewerkers gebruiken allerlei tools en ‘exotische’ systemen om online te vergaderen. Vervolgens ligt het pakket met regelingen van het kabinet op tafel om bedrijven, de culturele sector en zelfstandigen te ondersteunen. “Als je ziet hoe snel en met hoeveel kwaliteit overheden dit uitvoeren en op elkaar aansluiten. Dat is knap,” zegt Geveke.

Coronabrigade

Tot maart 2020 was de regio Zwolle de snelst groeiende banenmotor van Nederland. Nu woedt er – net als overal – een uitslaande sociaaleconomische brand. Het aantal ww-aanvragen steeg in een maand tijd met 41 procent, nog afgezien van de mensen in de NOW (Noodmaatregel Overbrugging Werkloosheid). “Het is alle hens aan dek”, zegt Manon Koldewijn. Ze is niet alleen programmamanager van    het Werkbedrijf Zwolle, maar ook trekker van de Regiodeal en Human Capital Agenda. Ze ziet aan het loket de ondernemers met liquiditeitsproblemen die vragen om uitstel van (belasting)betaling. In de arbeidsmarktregio (dertien gemeenten) deden drieduizend bedrijven een beroep op de NOW. Ongeveer vierduizend zzp’ers krijgen steun uit de Tozo-regeling (Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers). Van de ongeveer 80 duizend bedrijven in de regio Zwolle maakt tien procent gebruik van de regelingen van de overheid, vertelt Koldewijn. Een succesfactor voor de tot voor kort zo bloeiende economie in de regio Zwolle is de cultuur van samenwerken tussen gemeenten, de provincies, bedrijven en werkgeversorganisaties. Vanuit de al bestaande Economic Board is nu ijlings de Brigade Ondersteuning Ondernemers in tijd van Corona (BOOC) opgezet. In totaal helpen zestien accountmanagers ondernemers met alle mogelijke vraagstukken. Eén daarvan is de – door corona verhevigde – mismatch op de arbeidsmarkt. “We zien een arbeidsoverschot in het toerisme en daar tegenover personeelstekorten in de zorg, de tuinbouw en de logistiek. Zo is er een stevige behoefte aan het uitruilen van mensen.” Koldewijn geeft als voorbeeld hoe een aardbeienkweker en een transportbedrijf met gesloten beurzen elkaars personeel lenen. Ondernemers komen aan het loket om te praten over veiligheid en over infrastructurele projecten die op de plank liggen vanwege het stikstofdossier. Kan zo’n plan versneld worden uitgevoerd nu de stikstofuitstoot drastisch is verminderd?

Dreamteam

In de BOOC gebeurt wat Koldewijn al veel langer wilde: de voorheen gescheiden werelden van economische vernieuwing en arbeidsbemiddeling (het werkgeversservicepunt) vinden elkaar beter. Het is hard nodig, ook voor de langere termijn. Want gemeenten in de regio melden dat ze worden overspoeld met aanvragen voor de bijstand. Van alle plaatsen in de BBL (beroepsbegeleidende leerweg) is de helft per direct gestopt. “Zoals in iedere crisis zijn jongeren direct de pineut”, zegt Koldewijn. Samen met het UWV maakt de arbeidsregio Zwolle een Actieplan Werk om iedereen die nog kort werkloos is een individueel ontwikkeltraject te bieden. Daarvoor is een ‘dreamteam’ gevormd met deelnemers van de bonden, het onderwijs, gemeenten en de provincies (Overijssel, Gelderland). Ze zijn onlangs coronaproof fysiek bijeen geweest in een hele grote ruimte om het te beklinken. Het gaat om het uitruilen en inlenen van mensen, en ook komt er een leerwerkloket. “Met een team van acht mensen gaan we er alles aan doen om mensen terug te krijgen naar werk of opleiding.” Koldewijn ziet bij alle partijen een ongekende drive om de schouders eronder te zetten. “Het is heel bijzonder, van bestuur tot uitvoerders, iedereen toont leiderschap en beseft dat we elkaar meer nodig hebben dan ooit.” Ze hoopt dat het gelijkwaardige en opgavegerichte samenwerken, ook met de betrokken ministeries, na de crisis blijft voortbestaan. “Het is echt een kans.”

Digitale baby’s

In Zwolle kreeg de online dienstverlening een impuls door de coronacrisis. Veel zaken kon je al digitaal regelen, maar in de intelligente lockdown, besloot de gemeente om versneld    digitale geboorteaangifte mogelijk te maken. “In de wet staat dat de arts of verloskundige de geboorte rechtstreeks aan de ambtenaar moet bevestigen; ons systeem daarvoor is nog niet klaar”, vertelt Agnes Huisman, adviseur van de afdeling Inwonerszaken. Bij de huidige digitale aangifte is het voor de aangever verplicht om het ‘geboortekaartje’ dat de arts of verloskundige na de geboorte uitschrijft, te uploaden. De gemeente neemt bij twijfel contact op met de betreffende arts of verloskundig. Op een rustiger moment worden alle geboorteaangiftes nog rechtstreeks bij de arts of verloskundige gecheckt. Elke nieuwgeborene krijgt bovendien een hielprik. Met de inentingsadministratie heeft Huisman afgesproken dat zij het melden als een aangifte onterecht blijkt. Het digitaal aangeven voorziet in een behoefte. Binnen twee dagen nadat het mogelijk was, waren er al 23 aangiftes binnen. Aan de balie komen nu alleen nog mensen die geen DigiD hebben of waarbij nog een erkenning van het kind moet plaatsvinden. De gemeentesecretaris is blij met de ontwikkeling. “Voor het digitaal verlengen van het rijbewijs loopt al een pilot en we maken ook meters in het online aanvragen van een omgevingsvergunning.”

Papier eindelijk weg

Het hoofd van de sectie Wabo Toezicht en Vergunningverlening, Wilco IJzer, vertelt dat Zwolle weliswaar geen voorloper is, maar al langer de stap wilde zetten naar het digitaal beoordelen en afhandelen van Wabo-vergunningaanvragen. “We waren nog zoekende hoe we dat in het systeem konden registreren. Wat ons ook weerhield was dat de medewerkers het op papier gemakkelijker vonden.” Dat ging zo: iemand deed een aanvraag via het Omgevingsloket. De repro printte dat uit en maakte een dossier. Na de beoordeling werd dit met een besluit en een stempel teruggestuurd naar de aanvrager. Nu maken de beoordelaars een digitaal dossier en sturen het besluit digitaal naar de aanvrager. “Het vraagt van de beoordelaars iets meer administratieve handelingen, maar aanvragers worden sneller bediend omdat de tussenstap van de repro eruit is”, zegt IJzerman. Het is een kleine stap die past in de Omgevingswet waarbij Zwolle gaat werken met serviceformules om eenvoudige aanvragen online af te handelen.

Gemeentesecretaris Ingrid Geveke verwacht dat de coronacrisis veel meer ingesleten patronen definitief zal doorbreken. “Het is een echte gamechanger, een beleidsdisruptie.” Ze noemt als voorbeeld de vergaderingen van de VNG-commissies op donderdag. Honderden gemeentebestuurders en andere commissieleden reizen daarvoor elke maand naar Den Haag. “Dat vonden we gewoon, maar ik weet zeker dat het aantal fysieke bijeenkomsten kan worden verminderd naar twee keer per jaar en dat we elkaar meer digitaal gaan ontmoeten.” Minder reizen leidt tot schonere lucht, minder uitstoot en een positief effect op het stikstofdossier. “Zo kunnen we verder met woningen bouwen. Het is belangrijk dat we ons als overheden ontwikkelen en plannen blijven maken. Ook al kun je geen grote participatiebijeenkomsten meer plannen. Maar je ziet al veel creativiteit loskomen om dat op andere manieren te doen. Misschien bereiken we dan juist wel meer en andere inwoners.”

Een voorbeeld is er al: de participatie op het stedenbouwkundig plan voor een binnenstedelijk plan voor vijfhonderd woningen. De ontwikkelaars Nijhuis/Explorius en woningcorporatie Openbaar Belang hadden een grote inspraakavond gepland voor de buurt op 19 maart, vertelt beleidsambtenaar Ciska Waalewijn. “Ze besloten nog voor de intelligente lockdown om die af te gelasten. Binnen anderhalve week was er een website in de lucht waar mensen konden reageren. Per brief zijn alle buurtbewoners daarover geïnformeerd. De reacties zijn verwerkt in een verslag en het raadsstuk kon op tijd in procedure.”

Uitvoeringskosten

Kunnen inspelen op risico’s en crises met een veerkrachtige en wendbare organisatie. Dat is het idee van resilience. Zijn gemeenten resilient? “Zeker”, zegt Geveke. “Gemeenten zijn goed in uitvoering, we zien wat er op ons afkomt en we weten het te vertalen in handelingsperspectief. Snel en met hoge kwaliteit. Wat helpt is dat het Rijk zegt dat de uitvoeringskosten worden vergoed. Maar dit is nog maar het begin. De kosten van het sociaal domein gaan stijgen. Op de verzoeken voor uitstel van belastingen volgen mogelijk verzoeken voor afstel. Voor de binnenstad met z’n horeca en culturele voorzieningen zal het nog lang heel erg moeilijk blijven. De positieve keerzijde is dat mensen in deze tijd heel erg naar elkaar omzien. Ook dat is veerkracht. We zullen het nog lang nodig hebben.”

Solidariteit in de regio

Het gebeurt vrijwel geruisloos in elke gemeente: de uitvoering van de Tozo, de regeling die zelfstandigen in eerste instantie drie en vanaf 1 juni nog eens drie maanden een minimuminkomen garandeert. In ijltempo zijn systemen en administratieve processen Tozo-bestendig gemaakt. “Dat gaat heel slagvaardig”, zegt programmamanager Manon Koldewijn van het Werkbedrijf Zwolle. Het regionaal bureau dat normaal mensen begeleidt die vanuit de bijstand zelfstandige worden, voert de regeling uit. Eén van de adviseurs zei: geef die klus maar aan mij, vertelt Koldewijn. “Hij dook in de regeling, regelde capaciteit met de directie en stelde teams samen. Klantmanagers die al bekend zijn met de uitkeringssystematiek doen de beoordeling.” Het bureau doet dit regionaal voor tien gemeenten. “We zien breder in de regio dat alle gemeenten bij elkaar aankloppen: hoe heb jij dit geregeld? Kun je me op weg helpen? Er is veel solidariteit.”
p.

Dit artikel staat ook in iBestuur magazine 35

Plaats een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Registreren